Breuk of doorbraak

Joop Schotanus • 75 - 1999/2000 • Uitgave: 11
In de loop der kerkgeschiedenis zien we vaak hoe een bepaalde eenzijdige nadruk kan leiden tot verstarring. Gelukkig zien we dan ook vaak dat er bijbel getrouwe predikers of schrijvers komen die een verfrissende boodschap brengen die tot evenwichtig herstel kan leiden. Heel vaak is men zo traditioneel en formeel, dat men alles wat niet tot eigen traditie hoort bij voorbaat op grote afstand houdt. Het niet-aannemen van de terechtwijzing leidt dan veelal tot een breuk terwijl het zou hebben kunnen leiden tot een doorbraak.

DENKPLICHT
In het na-oorlogse Nederland was er aan verschillende universiteiten op het gebied van de psychiatrie een soort verplichting om het schema van Freud aan te houden. Wee degenen die dan deze structuur van psychische probleemoplossing niet tot de zijne maakte. Het aannemen van Freudiaanse uitgangspunten behoorde tot de denkplicht van de studenten en als je daarvan afweek dan kon je het verder wel vergeten. Dat merkte men dan aan de beoordeling van de werkstukken, scripties en dissertaties. In deze denkplicht zat men gevangen. Het duurde nogal even voordat men in de maatschappij de doorwerking van de Freudiaanse leerstellingen als leugens ging ervaren. Men was zo overtuigd geweest van de Freudiaanse 'waarheid', dat men alles daaraan ging afmeten. Op allerlei andere gebieden komt men deze denkdwang ook tegen en men eist daarvoor voor zichzelf een eigen ruimte op. Op theologisch gebied eveneens. Je moet gereformeerd, hervormd, baptist zijn op de manier van bepaalde gereformeerden, hervormden of baptisten. Je krijgt dan een denkplicht mee uit het verleden.

‘LUCTOR ET EMERGO’
'In de vorige eeuw ontstonden uit een opwekkingsbeweging verschillende gemeenten. Dit leidde soms tot een breuk met de traditionele kerken. Eén van deze afscheidende gemeenten noemde zich 'luctor et emergo', omdat ze gestreden hadden om te ontkomen aan het dogmatisch christendom en zich nu voortaan ging concentreren op het praktische geestelijke christendom. De hele kerkgeschiedenis wordt als het ware gekenmerkt door deze worsteling. Dit leidde dan vaak tot een breuk met het bestaande dogmatische en formele christendom of het kwam tot een doorbraak daarvan. Zo kon men ontkomen aan een te ver doorgevoerde dogmatische denkdwang.

ENKELE VOORBEELDEN
Wij maakten reeds meer keren melding van het boek 'De achilleshiel van het calvinisme'. We reageerden ook positief op de 'Gedachten over het ambt' van dr. Graafland. U hebt aan al mijn schrijven kunnen merken dat ik zeer veel waardering heb voor het schrijven van o.a. Aad Kamsteeg. Daar waar dynamiet gelegd wordt onder het starre dogmatische formuliergeloof, kan men verzekerd zijn van onze belangstelling. Wij nemen waar dat in het geval van ds. Van Hulst de pogingen (nog) niet geleid hebben tot een doorbraak, maar wel tot een breuk met zijn vrijgemaakte kerk.

BEZWAREN
Waar men leeft onder de denkplicht van een leergeloof bestaat de neiging om te blijven steken in het zondaar-zijn oftewel het onvolmaakt-zijn. Vanuit dat eigen zondaar-zijn creëert men talloze verwijten naar de vernieuwers toe. Deze vernieuwers zouden een veel te optimistische kijk hebben op de mogelijkheden van de bekeerde mens. Ze zouden ook veel te lichtvaardig omgaan met de wet des Heren. Als tegenstanders zich door de kern van de zaak te sterk aangesproken weten dan gaat men de kritiek richten op de details. Men blijft dan wel heel serieus bezig met kerkelijke zaken, maar richt de aandacht daarbij dan vooral op de buitenkant ervan.

BEZWAREN ONDER DE LOEP
Als het om evangelische vernieuwing gaat wordt bij critici en tegenstanders vaak openbaar dat geloven voor hen minder een zaak van het hart en meer een zaak van het hoofd is. Men leeft in de sfeer van de verplichting. Ook hun dankbaarheid komt voort uit verplichting. De Here God zou het je eens aan kunnen rekenen dat je de dingen voor Hem niet doet uit dankbaarheid. De bezwaren komen voort uit een verdeeld hart. Niet het hele leven is doordrenkt van het geestelijke, maar men deelt het leven in het seculiere en het geestelijke, het zondagse en het door-de-weekse. De noodzaak van een totale bekering wordt versluierd (aldus Van Hulst) en toegedekt door het veelvuldig gebruik van een totaal onconfessionele term t.w. 'de dagelijkse bekering'.

WAT IS DE KEUZE?
Kiezen voor de noodzaak van een doorbraak in de kerken naar een persoonlijk en gemeenschappelijk geestelijk leven, op basis van bijbelse principes of zich daar (bewust of onbewust) tegen blijven afzetten, zodat er telkens weer nieuwe breuken ontstaan met die mensen in de kerk die hongeren en dorsten naar een levend geloof en een dagelijkse wandel in het licht met Jezus. Wat hebben kerken vaak veel fijne mensen verloren als ze niet de keuze maakten voor een geestelijke doorbraak, maar het liever lieten komen tot een breuk. Ik heb het niet over kerkscheuringen vanwege allerlei formalistische of liturgische zaken, maar over de binnenkant.

Joop Schotanus