Zestig jaar 'Vrijmaking'

Joop Schotanus • 80 - 2004/05 • Uitgave: 13
Zestig jaar 'Vrijmaking'



Er zijn zaken die je vanuit de kindertijd nog scherp in de herinnering kunnen staan. In mijn geval zelfs van 60 jaar geleden. Onze kinderloze buurvrouw kwam in die tijd geregeld bij ons koffiedrinken. Een gezellig moment in het drukke bestaan van mijn moeder. Onderwijl bood de vriendelijke buurvrouw zo tussen het eerste en het tweede kopje ook nog wel aan om de aardappelen even te schillen. Ik herinner me een gesprek over de kerkscheuring. Wat zou de beslissing worden van onze synodale buren? Het antwoord op die vraag aan buurvrouw is me duidelijk bijgebleven. "Onze dominee gaat niet mee en die weet het beter dan wij, want die heeft ervoor geleerd". Als dit argument gegolden zou hebben, dan hadden alle dominees het met elkaar eens moeten zijn, want die hadden er allemaal voor geleerd. Onze buren zullen niet de enigen geweest zijn die toentertijd op deze redenering hun beslissing gebaseerd zullen hebben. Vandaar dat de beslissing van een kerk vaak grotendeels afhing van de positie van hun dominee.



Wat heeft het gebracht?

In eerste instantie bij velen onderlinge onenigheid en verdriet. Inhoudelijk zei het onze buren voor zichzelf niet zoveel, want zij hadden geen kinderen. Voor gezinnen met kinderen was het van grote betekenis. Hoe kijk je aan tegen het Verbond en de Verbondsbeloften? De Schriften werden uitgeplozen om te zien wat de betekenis van dit alles was geweest voor Israël en dat werd tot in de kleinste details als vanzelfsprekend overgeplant naar de Kerk. Een sterke overtuiging dat men op grond van artikel 31 in het gelijk stond, bracht een overvloed aan toewijding in leer en leven. De inzichten werden ervaren als geestelijke rijkdom en schonken een blij en dankbaar gevoel. Men wist zich begenadigd. Dit schonk energie om met deze nieuwe inzichten aan de Kerk te bouwen. Er werd hard gestudeerd en het scheen allemaal zo goed in elkaar te passen. Natuurlijk wel alles binnen de grenzen van de Drie Formulieren van Eenheid. De gereformeerde voorvaders moeten eertijds uit datzelfde besef geleefd hebben. Hun leer en praktijk moeten zoveel mogelijk overeind blijven. Als je ergens een een onderdeel uit het hele stelsel zou wegnemen, dan loop je gevaar dat het hele stelsel in elkaar valt. Je moet natuurlijk wel weten waar het allemaal om gaat. Dus wordt er veel in het hoofd geprent.



De teleurstellingen

Langzamerhand wordt er geschud aan dat gebouw. Men ondergaat invloeden, die naast het goede dat men nu al jarenlang heeft ervaren, de ogen opent voor zaken die tot nu toe onderbelicht waren. Zaken die geen plekje hebben gekregen, omdat men de toenmalige zaken van doorslaggevend belang vond. Velen dachten dat alles wat Gereformeerd was tegelijkertijd synchroon was met Schriftuurlijk. Nu er nieuwe invloeden hun werk hebben gedaan weten velen geen raad daarmee, omdat dit bepaalde uitgangspunten schijnt aan te tasten. Wat willen de mensen toch? We werkten toch sterk onder het besef van de zegen van de Heer. Dat kunnen ze ons toch niet maar zo afnemen. Ze hebben helemaal niet het idee dat er verder uitgebouwd wordt, maar dat er alleen maar afgebroken wordt wat er in een jarenlange "strijd" is opgebouwd. Ook nu weer pijn, verdriet en teleurstelling.



De aanleiding tot vernieuwing

Heel lang had men zich weten af te schermen tegenover anderen. Men heeft vaak helemaal over het hoofd gezien, dat er met die afscherming tegenover het vermeende kwade, ook veel goeds buiten de deur gehouden werd, totdat er gelegenheden kwamen waarbij men over de muren heen kon kijken. Op het zendingsveld maakte men vaak christenwerkers mee van een zodanig geestelijk inzicht, dat men buiten eigen kring haast niet voor mogelijk had gehouden. Verder waren er uit hun midden journalisten en presentatoren bij de E.O terecht gekomen, die in hun wereldwijde contacten heel bijzondere genadevolle mensen mochten ontmoeten in wiens vocabulaire "het verbond" niet voorkwam, maar daar geen geestelijke schade van schenen te hebben. Anderen kwamen terecht op het spoor van de Puriteinen, die een totaal ander Kerkbesef schenen te hebben, maar de allerintiemste omgang met de Heer en met medegelovigen kenden. Zelfs bij hen die meenden alleen maar mensen te mogen dopen op geloof werd een geloofsleven ontdekt dat jaloersheid verwekte. MAF-piloten, Wycliff- Bijbelvertalers en de overweldigende vruchten van de vele zendingspioniers uit niet gereformeerde kerken. Ook de invloed van liederen uit de Angelsaksische wereld hielp mee om waardering te krijgen voor een geloofsleven, dat uitstak boven de matige uitdrukking, die men er zelf aan had weten te geven.



De gevolgen

Waar men zich in het verleden nog afvroeg of men wel samen kon bidden met mensen, die niet tot de Vrijgemaakte Kerk behoorden, komt men hen vandaag tegen op bidstonden met mensen van allerlei kerkelijke gezindten. Ook de ruimere opzet voor het bereiken van de ongelovigen vanuit de Vrijgemaakte Kerk is mede een gevolg van niet-specifiek-gereformeerde invloeden. Spontane bijbelstudies ontstaan. Men wil leren van de meer persoonlijke benadering van de Christelijk Gereformeerden. Dit alles mag overvleugeld worden door een openstaan voor het directe werk van de Heilige Geest, waar in de Gereformeerde Belijdenisgeschriften niet veel over te vinden is. Als Zoeklichtman mag ik dan besluiten met de constatering dat er hier en daar een toenemende liefde voor het volk van Israël te bespeuren valt en dat er in dit verband dan al verwezen wordt naar Wilhelmus á Brakel. Voor de toekomst van Israël kunt u ook niet terecht bij de Belijdenisgeschriften. We mogen dus eindigen met de wens, dat men zich niet langer gaat inperken door een eigen Belijdeniskader, maar de Schrift in alle opzichten volop de ruimte geeft.



Joop Schotanus