De opname (3)

Henk Schouten • 89 - 2013 • Uitgave: 21
Veel mensen hebben weinig hoopvolle verwachtingen wanneer ze denken aan de toekomst. Vaak hebben ze een beeld van rampen, oorlogen en veel strijd voor ogen. Maar ook milieuproblematiek, de radicalisering van de samenleving en de voortdurende dreiging van terrorisme maken velen onrustig. Dan hebben we het nog niet over de economische zorg, de pensioenafbraak, etc.

Bovendien is veel religieuze toekomstverwachting gevoed met woorden van oordeel en hel. Dat komt doordat men vaak het onderscheid uit het oog is verloren tussen de opname van de gemeente en de wederkomst van de Here Jezus. Dat zijn twee verschillende zaken. Het gaat ook niet om twee komsten van de Here Jezus. Wij schrijven over de opname van de gemeente. Wat gaat er gebeuren?

Rapture
De Engelse term voor de opname is ‘rapture’. De vertaling van dat woord luidt: (geest)vervoering, verrukking, in extase komen. ‘Rapturous’ (Engels) is verrukt, hartstochtelijk. In het Engels komt daardoor de blijde en hoopvolle boodschap van de opname veel beter tot zijn recht dan in onze taal. Er is inderdaad niets dat blijer en vreugdevoller maakt dan de bevrijding van de dood en een zekere plaats in het Vaderhuis met de vele woningen. Het gaat er dus met de opname om dat we uit dit leven weggenomen worden en naar een veel betere plaats worden gebracht. We worden vanuit een doodskelder gebracht in eeuwig en heerlijk licht.
Met een lied drukken we uit wat nog belangrijker is: ‘Het heerlijkst is, daar zien we Jezus’. Zowaar geen toekomst waar met schrik en beven naar gekeken moet worden, maar een toekomst waar we hartstochtelijk naar mogen uitzien. Waarom wordt dat toch zo weinig gepredikt? Het is de ‘zalige hoop’ (Titus 2:13) en beter kan de hopeloze wereld niet geboden worden.

Wat gebeuren gaat
We zagen eerder dat het aan Paulus gegeven was het geheimenis van de opname voor ons te ontsluiten (Het Zoeklicht nr. 20). We willen nu de aspecten benoemen die zullen plaatsvinden. De opsomming van gebeurtenissen zijn verzameld door Tim Lahaye en vinden we in zijn boek ‘De Here tegemoet’, dat door Het Zoeklicht werd uitgegeven. Helaas is dit boek uitverkocht. De nummering komt overeen met de nummers op de afbeelding.

1. De Here Zelf zal neerdalen van het huis van Zijn Vader, waar Hij plaats voor ons bereid heeft (Johannes 14:1-3 en 1 Tessalonicenzen 4:16).
2. Hij komt weer om ons tot Zich te nemen (Johannes 14:1-3).
3. De Here zal de gelovigen die in Hem ontslapen zijn opwekken. Wij, de levenden, zullen hen niet voorgaan (1 Tessalonicenzen 4:14-15).
4. Wanneer de Here neerdaalt, zal Hij roepen (‘een bevelend roepen’, of ‘een commando’) (1 Tessalonicenzen 4:16). Dit alles zal plaatsvinden ‘in een oogwenk’ (‘in een ondeelbaar ogenblik’ of ‘in een punt des tijds’) (1 Korintiërs 15:52).
5. Wij zullen de stem van een aartsengel horen (misschien om Israël te leiden tijdens de zeven jaren van de verdrukking, zoals hij deed in het Oude Testament) (1 Tessalonicenzen 4:16).
6. Ook zullen wij de bazuin van God horen (1 Tessalonicenzen 4:16). Dit is de laatste bazuin voor de gemeente (verwar deze bazuin niet met de zevende bazuin van Openbaring 11:15).
7. De doden in Christus zullen eerst opstaan (de vergankelijke overblijfselen en het stof van hun dode lichamen worden onvergankelijk opgewekt en samengevoegd met hun geest, die Jezus met Zich mee zal brengen) (1 Tessalonicenzen 4:16-17).
8. Dan zullen wij ‘de levenden die overblijven’ veranderd worden (‘onvergankelijk’ gemaakt worden, doordat onze lichamen ‘onsterfelijk’ gemaakt worden) (1 Korintiërs 15:51-53).
9. Dan zullen wij samen met hen opgenomen worden (1 Tessalonicenzen 4:17).
10. Met hen in (de) wolken (waar, zoals we aannemen, de gestorven en de nog levende gelovigen een bijzondere ontmoeting zullen hebben) (1 Tessalonicenzen 4:17).
11. Om de Here te ontmoeten in de lucht (1 Tessalonicenzen 4:17).
12. De Here Jezus heeft gezegd dat Hij dit zal doen ‘om u tot Mij te nemen’. Hij zal ons brengen naar het huis van de Vader ‘opdat ook u zult zijn waar Ik ben’ (Johannes 14:3).
13. ‘En zo zullen wij altijd met de Here zijn’ (1 Tessalonicenzen 4:17).

Wanneer we dit op ons laten inwerken, komen we diep onder de indruk van het grote plan dat de Here God heeft en wat een genade en vreugde het is dat Hij ons zo dicht bij Zichzelf wil hebben. In het licht van die eeuwige toekomst worden alle dingen op aarde relatief. Niets van wat we hier op aarde hebben heeft nog enige waarde of zin, wanneer we de zekerheid hebben Gods eigendom te zijn en erfgenaam van die hemelse toekomst.

Rechtszitting
Kijken we nog een keer naar de afbeelding, dan zien we bovenin, in het Vaderhuis, verwijzingen naar de Rechterstoel van Christus (2 Korintiërs 5:1-10) en de bruiloft van het Lam (Openbaring 19:7-9). In de Bijbel lezen we van meerdere oordeelsmomenten of rechtszittingen. In Matteüs 25 bijvoorbeeld worden de volken geoordeeld op grond van hun houding ten aanzien van Gods volk. Wie juist heeft gehandeld, krijgt toegang tot de Messiaanse tijd. Deze vrijgesproken mensen vormen met het overblijfsel van Israël de volkeren die tijdens het duizendjarig rijk de aarde zullen bewonen. In Openbaring 20:11-15 lezen we van de veroordeling van al de mensen die geen beroep gedaan hebben op het volbrachte werk van de Here Jezus. Zij worden geoordeeld op grond van hun eigen werken en zullen daarom voor eeuwig verloren gaan, hoe vreselijk is dat.
De gemeente zal ook beoordeeld worden. ‘Wij moeten allen voor de rechterstoel van Christus openbaar worden, opdat een ieder wegdrage wat hij in zijn leven gedaan heeft, hetzij goed, hetzij kwaad’ (2 Korintiërs 5:10). Wie echter op de Here Jezus heeft vertrouwd en zich aan Hem heeft overgegeven, mag weten dat hij loon zal ontvangen en behouden zal worden, al is het door vuur heen (1 Korintiërs 3:14,15).

Bruiloft
De opname van de gemeente geeft de gelegenheid om rechtszitting te houden, maar ook om het heerlijke feest van de bruiloft van het Lam te vieren. De hoogste en meest fantastische belofte voor de gemeente is dit heilig huwelijk, waarvan de aardse huwelijksband een voorafschaduwing is. Ook dit is een geheimenis dat aan de Nieuwtestamentische gelovige geopenbaard is. Paulus schrijft erover in Efeziërs 5:31-32 ‘Daarom zal een man [zijn] vader en [zijn] moeder verlaten en zijn vrouw aanhangen, en die twee zullen tot één vlees zijn. Dit geheimenis is groot, doch ik spreek met het oog op Christus en [op] de gemeente.’
Hoe meer we nadenken over de aspecten die samenhangen met de opname van de gemeente, hoe meer we kunnen gaan verlangen naar die heerlijke toekomst. De tegenwoordige dingen van de vergankelijke tijd verbleken bij de glans van wat komen gaat. Het is door genade dat we aan die toekomst deel mogen hebben. Hebt u die heilszekerheid en deelt u in die geweldige belofte?
Door genade ben ik een kind van God en zie uit naar Hem die mijn Verlosser en bruidegom is.
Maranatha, Jezus zal zeker komen.

Ds. Henk Schouten