Ervaringen van een prediker (6)

ds. Gerrit Leuvenink • 87 - 2011 • Uitgave: 17
We waren nog jong en stonden aan het begin van onze bediening toen we één van de levenslessen op een heel bijzondere wijze voorgeschoteld kregen. Dat was tijdens het eerste huisbezoek op de walletjes in onze hoofdstad. Zoekend naar het juiste adres van de bejaarde zuster uit de gemeente kwam ik met een rood hoofd in contact met enkele dames waar ik in ieder geval niet naar op zoek was. Ik was wel aan het goede adres, maar toen ik de naam noemde van de dame die me geen rood hoofd zou bezorgen werd er gelachen en uitdagend de deur geopend van Mary’s en Susanne’s room. Op de bovenste verdieping trof ik de hoogbejaarde gelovige aan, die me uitvoerig vertelde dat het de genade van God was dat ze de vele kamers van haar grote pand kon verhuren aan ‘verpleegsters’.

Een dankbare vrouw, al was ze vele jaren niet buiten geweest - dat ook nooit zou kunnen - zat bij het raam. Ze nodigde me uit om eens op haar stoel te gaan zitten en dan dichtbij het raam omhoog te kijken. Ik zag de wolken voorbij gaan en zag daarna in de vrij donkere kamer het gezicht van een blij kind van God. Blij en dankbaar omdat ze het zo goed had en naar de wolken keek. De Heiland had toch immers beloofd op de wolken terug te komen! Ze zat Hem te verwachten.
Toen sprak God tot mijn hart omdat wij - echtpaar, komend uit Twente - het heel moeilijk vonden in een lawaaierige flat te moeten wonen. We hadden het verlangen om de Hemelse Vader met een blij hart te dienen, dat deden we ook, maar het wonen, daar moesten we aan wennen. Met schaamte over mijn gevoelens en het gelach van de ‘verpleegsters’ nog in mijn oren, luisterde ik naar de levenslessen van een eenzaam kind van God, opgesloten in haar huis.
De rollen werden omgedraaid toen de Bijbel open ging. Niet ik mocht bemoedigen en de hemelse Vader centraal stellen, maar de ander. Het was een levensles waar ik God meerdere keren voor kon danken. De daaropvolgende bezoekjes waren niet meer met een rood hoofd wanneer ik de ‘verpleegsters’ weer zag, maar kon ik vrijmoedig vertellen van mijn doel nog een verdieping hoger te gaan.

Toen de begrafenis plaatsvond stonden Mary en Susanne met een rood hoofd te luisteren en hebben we gezongen van de komst van de Heiland. De rollen waren omgedraaid en de ‘verpleegsters’ hoorden het Evangelie van Jezus Christus, wat onwennig om zich heen kijkend in hun uitgaanskleding.
Misschien hebben ze nooit meer de boodschap van bekering en het mogen gaan naar het huis met de vele woningen gehoord.
Hoe wonderlijk zijn Gods wegen! Prediker 2:26a

Ds. Gerrit Leuvenink