Geestelijke wapenrusting (5)

Hans Kruisman • 86 - 2010 • Uitgave: 9
Neemt bij dit alles het schild des geloofs ter hand

Waarheid, gerechtigheid en vrede spreken ons eerst en vooral over de positie waarin wij als soldaten in Zijn dienst mogen staan. Maar nu gaan wij de onderdelen bespreken die specifiek voor de strijd gebruikt moeten worden. Dat vraagt oefening. ‘…neemt bij dit alles het schild des geloofs ter hand, waarmede gij al de brandende pijlen van de boze zult kunnen doven…’ (Efeziërs 6:16).
Met dit schild kunnen de concrete aanvechtingen afgeweerd worden. Pijlen die het minderwaardigheidsgevoel versterken of die juist de hoogmoed kunnen aanwakkeren. Pijlen die ons kunnen verleiden tot het occultisme, pijlen die God kunnen aanklagen, pijlen die teleurstellingen kunnen oproepen, enz… Het doel van satan is om ons van God te scheiden. Wij zijn dan onbruikbaar voor God.
Satan gebruikt de tactiek van brandende pijlen. Deze zijn een geweldige afleiding. Want hierdoor bestaat het gevaar dat wij ons eerder richten op de brand, dan op het gevecht. Je concentreert je op de gevolgen en niet meer op de oorzaak. Hierdoor zal het vertrouwen op God schipbreuk lijden. Het zaligmakend geloof is het schild tegen deze gevaren.
In ons tekstgedeelte staat dat wij met dit schild ‘alle’ brandende pijlen van de boze kunnen doven. Het is daarom ook raadzaam om dit schild altijd te hanteren. Elke dag! ‘En weerstaat hem, vast zijnde in het geloof…’ (1 Petrus 5:8-9); ‘Gods weg is volmaakt; des HEREN woord is zuiver. Hij is een schild voor allen die bij Hem schuilen’ (Psalm 18:30). Het schild van geloof is Jezus Christus. Wij dienen het schild van geloof zelf op te heffen. Dit spreekt van een vertrouwen op God, bij Hem je veilig weten, in alle omstandigheden. Door de Geest leer je anders om te gaan met pijn en teleurstelling, met verleidingen en zonden. Je laat je er niet in meeslepen, maar je wordt ertegen beschermd door het schild des geloofs. Hem dienen wij voor ons te houden. God laat wel eens dingen toe in ons leven waardoor ons ‘geloven’ meer praktische inhoud krijgt. (God kan ons wel eens in Zijn leerschool beproeven, zoals we zien bij Abraham in Genesis 22) Dan worden we bekwaam voor het opvangen van de pijlen, de ‘verzoekingen’, van satan. ‘De rechtvaardige zal uit geloof leven…’ (Romeinen 1:17). Het is de doorlopende houding, waarin de mens, die in zichzelf geestelijk dood is, constant opziet naar Christus. Het waarachtig geloof ziet alleen op Hem en satan ziet Hem voor u. Einde gevecht.

En neemt de helm des heils aan

‘…neemt bij dit alles het schild des geloofs ter hand, waarmede gij al de brandende pijlen van de boze zult kunnen doven; en neemt de helm des heils aan…’ (Efeziërs 6:16-17). Zoals het pantser ons hart beschermt, zo beschermt de helm ons denken. ‘…maar laten wij, die de dag toebehoren, nuchter zijn, toegerust met het harnas (pantser) van geloof en liefde en met de helm van de hoop (= verwachting) der zaligheid….’ (1 Tessalonicenzen 5:8). De hoop is gericht op de dingen die men niet ziet (lees Romeinen 8:24). Deze hoop is de zekerheid van onze bestemming, omdat het gegrond is op het volbrachte werk van Jezus Christus.
Wij, die uit deze christelijke hoop leven, hoeven niet mee te doen met een denken dat ons leven een andere richting wenst te geven. Ons levensschip moet koers houden naar de bestemming die ons bekend is. Ons kompas is hierbij het Woord en onze stuurman is de Here. Onze gedachten worden door de hoop beschermd en het geeft richting aan ons leven. Maar satan probeert toch mijn denken te beïnvloeden. Geef daaraan geen gehoor! Wijs hem op Efeziërs 1:17 ‘…opdat de God van onze Here Jezus Christus, de Vader der heerlijkheid, u geve de Geest van wijsheid en van openbaring om Hem recht te kennen…’ Ook al is ons kennen onvolledig (1 Korintiërs 13:9), blijf standvastig en twijfel niet. ‘En wordt niet gelijkvormig aan deze wereld, maar wordt hervormd door de vernieuwing van uw denken opdat gij moogt erkennen wat de wil van God is, het goede, welgevallige en volkomene…’ (Romeinen 12:1-2).
Het is de werking van de Heilige Geest op onze geest, zodat we het denken van Christus hebben. Satan wil mij ook de zekerheid van het heil in Christus ter discussie stellen, maar dan wijs ik naar Kolossenzen 1:23 ‘….indien gij slechts wel gegrond en standvastig blijft in het geloof en u niet laat afbrengen van de hoop van het evangelie…’ en 1 Petrus 1:3-7 ‘Geloofd zij de God en Vader van onze Here Jezus Christus, die ons door de opstanding van Jezus Christus uit de doden heeft doen wedergeboren worden tot een levende hoop, tot een onvergankelijke, onbevlekte en onverwelkelijke erfenis, die in de hemelen weggelegd is voor u, die in de kracht Gods bewaard wordt door het geloof tot de zaligheid, welke gereed ligt… Verheugt u daarin, ook al wordt gij thans… voor een korte tijd door allerlei verzoekingen bedroefd…’
Wij zien in deze tijd een sterke toename van deze strijd. Zorg ervoor dat u zich hierdoor niet uit het veld laat slaan! Aan de helm was te zien tot welk leger de soldaat behoorde. Wij, als hemelburgers, dienen nu als vreemdelingen en bijwoners te leven te midden van ‘de volken’. Laat zien wie je bent! Een sterke identiteit voorkomt misleiding en vormt een sterk getuigenis.

Hans Kruisman

Een historische schets.
Het houten, rechthoeking half-cylindervormig schild (Latijn: Scutum), zie nr. 4, was ongeveer 1,25 meter hoog en 0,80 meter breed. In de Griekse grondtekst van de Bijbel wordt gesproken van ‘Thure’os’. Daar is ons woord ‘deur’ van afgeleid. Achter dit schild kon de soldaat zich geheel beschermen. Het scutum was met leer overtrokken en aan de rand beslagen met metaal. In het midden bevond zich een metalen schildknop om gemakkelijker de werpsperen van de vijand af te weren.

De helm (Latijn:
Galea of Cassis), zie nr. 5, bedekte hoofd, hals en oren. Het materiaal was van brons of ijzer. Aan de helm kon men zien tot welk legioen men behoorde. Ook kon men aan de versieringen vaak de rang van deze persoon vaststellen.