Adeste Fideles

ds. Johan M. Zijlstra • 87 - 2011 • Uitgave: 25/26
Komt allen tezamen,
jubelend van vreugde:
komt nu, o komt nu naar Bethlehem!
Ziet nu de vorst der englen hier geboren.
Komt, laten wij aanbidden (3x), die Koning.

De hemelse englen
riepen eens de herders
weg van de kudde naar ’t schamel dak.
Spoeden ook wij ons met eerbiedge schreden!
Komt, laten wij aanbidden (3x), die Koning.

Het licht van de Vader,
licht van den beginne,
zien wij omsluierd, verhuld in 't vlees:
goddelijk Kind, gewonden in de doeken!
Komt, laten wij aanbidden (3x), die Koning.

O Kind, ons geboren,
liggend in de kribbe,
neem onze liefde in genade aan!
U, die ons liefhebt, U behoort ons harte!
Komt, laten wij aanbidden (3x), die Koning.


Samen in de naam van Jezus …
Juicht mensen, englen samen
Gij die gelooft, verheugt u samen
Christenen looft Hem met Abrahams kinderen samen

Traditionele kerstliederen. U kent die term wel, zo worden de liederen die al jaren gezongen worden in de kersttijd en die vaak enkele eeuwen oud zijn, wel genoemd. Welke kerstliturgieën je inziet, reken er maar op dat er vaak wordt begonnen met ‘Komt allen tezamen’ en dat ook ‘Stille nacht’ en ‘Komt verwondert u hier mensen’ gezongen wordt. Inderdaad, wij kunnen er niet buiten elkaar op te roepen ons te verwonderen over de grote daden van God. Verwondering, ‘amazing grace’, is er in ons hart als we zien wat God heeft voortgebracht, ‘Het sterrenlicht, het rollen van de donder, heel dit heelal, dat vol is van uw kracht’.
En over ‘kom‘ gesproken, daarover lezen we bij herhaling in het Woord van de Here. Wie van u zal niet weten van de oproep van Jesaja: “Kom, ook al heb je geen geld. Kom, koop voedsel zonder geld.” En waartoe Jezus oproept die dorst heeft? Die moet beginnen met komen en vervolgens drinken. De rij van oproepen om te komen zou te lang worden voor dit artikel, maar we kunnen toch niet om het woord uit Matteüs 11 heen, waar de Heiland zegt: “Kom naar mij, jullie die vermoeid zijn en onder lasten gebukt gaan.” En u weet vast van de geweldige belofte voor wie op de uitnodiging ingaat. Wat dit alles te maken heeft met ons kerstlied? Met de beginregel vooral? Alles! Eigenlijk bevat de eerste regel een drievoudige evangelische oproep:
Wat we moeten doen? Komen!
Wie dat moeten doen? Allen!
Hoe we dat moeten doen? Samen, tezamen!

We weten niet exact wanneer dit lied is gemaakt, maar het zal geweest zijn in de eerste helft van de achttiende eeuw. ‘Komt allen tezamen’ is van oorsprong een rooms-katholiek kerstlied, het verscheen eerst in het Latijn, de toenmalige taal van de katholieke kerk. In het Liedboek voor de kerken staat erboven ‘Adeste fideles, laeti triumphantes’. Volgens de traditie, want ook dat is niet met zekerheid te zeggen, is de Brit John Francis Wade de dichter.
Wade was uitgeweken naar Frankrijk vanwege zijn steun aan de jakobitische opstanden. Heel kort gezegd, u weet dat misschien nog van wat u leerde op wat nu de basisschool heet, is in 1689 onze stadhouder Willem III tevens koning van Engeland geworden. Hij nam de plaats in van zijn verdreven katholieke schoonvader Jacobus II. Later is Willem III de geschiedenis ingegaan als de koning-stadhouder. Alleen, dat Jacobus werd verdreven en er een niet-katholieke vorst kwam, daartegen rees verzet. Dit werd het jakobitisme genoemd, een politieke beweging die het katholieke koningshuis Stuart op de Britse troon wilde herstellen. Wade was daarvan een vurig aanhanger en om het vege lijf te redden week hij uit naar Frankrijk.
Gelukkig is zijn lied niet verloren gegaan. In 1760 zijn zowel de woorden als de melodie in Engeland gepubliceerd. Pas in 1841 kwam de Engelse tekst tot stand en nog weer later kwamen twee Nederlandse versies uit, een protestantse alsook een katholieke vertaling. De vier coupletten bezingen eigenlijk Lucas 2, over de vorst die geboren is, over herders die gehoor gaven aan het nieuws dat de engelen bekendmaakten, over het Licht, het Woord dat vlees geworden is en telkens weer volgt de drievoudige oproep te aanbidden.
Uiteraard leerde u op school de regels over het berekenen van de inhoud: lengte keer breedte keer hoogte. Maar daar komt u niet mee weg, het lukt u niet uit met deze drie gegevens de liefde van God – die u en mij zo liefhad dat Hij Zijn zoon gaf, geboren in Betlehems stal – te berekenen, zo een mens dat al ooit zou kunnen. U hebt een vierde gegeven nodig, lees maar mee: ‘Dan zult u met alle heiligen de lengte en de breedte, de hoogte en de diepte kunnen begrijpen, ja de liefde van Christus…’ (Efeziërs 3:). Nou wordt de oproep, de titel van het lied duidelijk, wij moeten allen tezamen komen. Dat is veel meer dan uw plaatselijke kerk, gemeente of korps. Dat is met alle heiligen, met heel de gemeente van Christus om Zijn geboorte te bezingen. En die oproep allen tezamen te aanbidden? Die gaat nog in vervulling: ‘Want alle volken zullen komen en voor U neervallen in aanbidding’ (Openbaring 15,4).
Komt laten wij aanbidden, die Koning!

Ds. Johan M. Zijlstra