Chesed: Gods onwankelbare liefde

Gieneke van Veen-Vrolijk • 81 - 2005/06 • Uitgave: 5
Het Hebreeuwse woord ‘chesed’ klinkt veelvuldig in de bijbeltekst en behoort tot die betekenisvolle oudtestamentische termen, die onmogelijk met één woord weergegeven kunnen worden. ‘Chesed’ is: bestendige liefde, genade, getrouwheid, erbarmen, gunst, gunstbetoon, liefdebewijs, liefdetrouw, goed(ertieren)heid, genadebe wijs, mededo gen, weldaad, weldadigheid, barmhartigheid. Uit deze opsomming van betekenissen en vertaalmogelijk heden blijkt de brede inhoud van de term ‘chesed’, die vaak een diepe geestelijke strekking heeft. Het bijzondere is dat dit woord ‘chesed’, zo rijk aan heerlijke betekenissen, voorkomt om te Here God te beschrijven: Zijn aard, natuur, handelen en omgang met de mens en de wijze waarop Hij Zich manifesteert.
Dit houdt voor ons rijke geestelijke lessen in en leert zien Wie en Wat de Here God is.
Gods leidende, verzorgende genade-liefde ondervond Eliëzer (Gen. 24:12,14,27) die wist dat Gods ‘chesed’ voorziet… Ook Jozef mocht ervaren dat de Here in de beproevingen Zijn chesed openbaart (Gn.39:21).
Mozes wist hiervan (Ex.34:6) en schreef als afscheidsles: De Here is groot van ‘chesed’ (Dt.34:6,7). Nehemia kende dit (Neh. 9:17), evenals de profeten (Jona 2:4; Joël 2:13) en de psalmist (Ps. 86:15; 103:8; 145:8).
Goddelijke ‘chesed’ onderhoudt, redt het leven van de mens (Ps. 6:4) en maakt levend (Ps. 119:88,149,159). Gods ‘chesed’ ondersteunt ons als wij wankelen (Ps. 94:18a; vgl. 89:29,34) en bestaat voor eeuwig, zoals de psalmist bij herhaling zingt (Ps. 136; vgl.100:5). Gods nooit aflatende, behoudende chesed-liefdebetoon is er zelfs in de grootste duisternis en ellende, zo beleed Jeremia met tranen: “… het zijn de liefdebewijzen van de Here dat wij niet omgekomen zijn.” (Kl.3:22).
In de Schrift ontmoeten wij een God die ‘chesed’ is en Zichzelf zo aan ons bekend maakt. Maar Hij nodigt ook uit Zijn ‘chesed-liefde’ te beantwoorden. Ondanks alle gebreken onzerzijds, mogen wij ootmoedig de God van chesed zijn toegewijd.
Laten wij dankbaar lovend die grote belijdenis van Ps. 136 nazeggen: “…Want voor eeuwig is Zijn genade-liefde…”.

Dr. Giekeneke van Veen-Vrolijk