Daniël 7 (d) - De Hemelse Rechtbank

Gert van de Weerd • 83 - 2007 • Uitgave: 18
Schatgraven in de Bijbel:
De Profeet Daniël 7(d)

De Hemelse Rechtbank


De bespreking van de vier dieren brachten ons bij het Romeinse Rijk van de Eindtijd. We gaan verder met Daniël 7:9. Daarbij geven we steeds de grondtekst, omdat we anders belangrijke details missen.

Voorwoord
Als de verschrikkingen van de Grote Verdrukking op zijn top zijn, grijpt God in (Dan. 7:9-14). Wij zijn daarin getuige van een gebeurtenis die gewoonlijk voor menselijke ogen verborgen blijft. Het speelt zich af in de toekomst en beschrijft een belangrijk keerpunt in de geschiedenis. God zet zich neer op Zijn troon om het lot van de wereld een definitieve wending te geven. Er volgt een rechtszitting. Drie belangrijke besluiten worden genomen:
1. Het oordeel over de volkeren wordt uitgesproken.
2. De groot geworden, kleine horen; de antichrist; de laatste heerser uit het tijdperk der menselijke heerschappij, wordt gedood en zijn rijk vernietigd.
3. Het koninkrijk van de rotssteen (Daniël 2), het Messiaanse Rijk, wordt aangekondigd.
De profetie doet denken aan Openbaring 4-5. Toch betreft het niet dezelfde gebeurtenis. Die vergadering vindt plaats voordat de oordelen, die in De Grote Verdrukking vallen, losbarsten. Vers 9 valt aan het einde daarvan.

Vers 9a Terwijl ik toekeek gebeurde het volgende. Er werden tronen opgesteld.
We weten niet waar dit zal gebeuren. Het betreft geen permanente verblijfplaats van God, want de tronen worden opgesteld. Dat suggereert een tijdelijke plaats. Er is sprake van meerdere tronen. Waarschijnlijk zijn, behalve God zelf, ook de hoogste engelen aanwezig. Jezus Christus nog niet. Die komt later op (vers 13).
Wie zijn dat, die hoge engelen? Hoogstwaarschijnlijk aartsengelen. Openbaring 1:4 noemt ze de zeven geesten, die voor zijn troon zijn. En Openbaring 8:1 spreekt van de zeven engelen, die voor God staan (God ten dienste staan).

De Bijbel kent verschillende ordes van engelen. Daarvan zijn de aartsengelen de hoogste orde. Daartoe behoren Michaël en waarschijnlijk ook Gabriël (Luc. 1:19,26 Dan. 8:16 en 9:21). De Joodse traditie benoemt ook de andere vijf: Uriël, Raphaël, Raguël, Saraquël en Jeremiël. Deze engelenvorsten zijn uitvoerders van belangrijke opdrachten Gods, zoals de oordelen in de Eindtijd (Op. 15:6). De zeven aartsengelen dalen af uit de hemel en begeven zich naar de plaats van de rechtszitting. Kort daarna komt ook Jezus Christus aan (vers 13). Na de rechtszitting vertrekken de zeven aartsengelen en Jezus Christus naar de aarde om het vonnis uit te voeren.

Vers 9b Hij die de tijdperken verduurt nam plaats. Zijn kleding was wit als sneeuw en het haar van zijn hoofd was als lamswol. Zijn troon was een vuurvlam, met raderen van verzengend vuur.
De kleur wit symboliseert reinheid. De beschreven persoon is God zelf. Dat is geen oude man, zoals veel vertalingen suggereren, maar een wezen dat vitaler is dan alles wat de schepping biedt. Op Hem zijn termen als oud of jong niet van toepassing. God kent geen begin of einde, vandaar de uitdrukking: Hij, die de tijdperken verduurt of, wat ook een goede vertaling is: de onvergankelijke van dagen.
De profeet ziet een tafereel dat het menselijke bevattingsvermogen ver te boven gaat. Hij beschrijft dat in begrippen die van de aarde stammen. Daarom kunnen we aan woorden als vuurvlam, raderen en verzengend vuur geen conclusies verbinden die de letterlijke betekenis suggereert. Daniël geeft een impressie die slechts een verre echo vormt van de werkelijkheid.

Vers 10a Een ziedende rivier van vuur kwam vanuit Zijn nabijheid. Duizendmaal duizenden dienden Hem en tienduizendmaal tienduizenden stonden voor Zijn aangezicht.
Een ziedende rivier ontspringt in Zijn nabijheid. Is dat het verterende vuur van het oordeel? We kunnen slechts gissen. Vers 10 zingt van de macht en majesteit van God: duizendmaal duizenden. Dat zijn miljoenen die Hem dienen. Tienduizendmaal tienduizenden; honderden miljoenen, die Hem ter beschikking staan. Want dat betekent de term: voor Zijn aangezicht.

Vers 10b Het gerechtshof zette zich neder en de boeken werden geopend.
De rechtszitting gaat beginnen. De boeken worden geopend.

Boeken in de hemel
De Bijbel spreekt op diverse plaatsen over hemelse boeken (Ex. 32:32, Dan. 12:1c grondtekst, Mal. 3:16, Luc. 10:20, Op. 20:12 en 21:27). Waarschijnlijk bestaan er drie belangrijke boeken in de hemel.
1. Het boek des levens.
Hierin staan alle mensen beschreven die ooit hebben geleefd en nog geboren zullen worden. Daarin is alles wat zij deden gedurende hun aardse leven, vastgelegd.
2. Het gedenkboek van hen die de HERE vrezen.
Dat bevat de namen van alle gelovigen, uitgezonderd de leden van de Gemeente van Christus.
3. Het boek des levens van het Lam.
Daarin vinden we allen opgetekend die in Christus zijn gestorven en nog zullen sterven.

Vers 11 Opeens werd mijn aandacht getrokken, vanwege het geluid van de snoevende woorden die de horen sprak. Gespannen zag ik toe, totdat het beest werd gedood. En zijn lichaam werd vernietigd, want het werd in het vlammende vuur geworpen.
Daniël hoort de horen (de antichrist) lasterlijke woorden spreken tegen God. Hij beseft dat deze godslastering niet te tolereren is en verwacht een reactie. Dus kijkt hij gespannen toe. De reactie komt ook. Haast achteloos staat er: het beest werd gedood. Er is geen sprake van een strijd tussen gelijkwaardige partijen. De toegemeten tijd van het beest is gewoon op, dus wordt het vernietigd (zie ook Openbaring 19).
Het Nieuw-Romeinse rijk van de Eindtijd zal dus op last van de Allerhoogste zelf worden vernietigd, evenals haar leiders; de antichrist en de valse profeet.

Vers 12 Het overige van de beesten werd ontdaan van hun heerschappij. Toch werd hen een levensduur van een periode van een tijd toegekend.
Wat rest (het overige) ziet op de restanten van de menselijke heerschappij, na de ondergang van het rijk van de antichrist.

Vers 13 Terwijl ik schouwde in het nachtgezicht, ziet! Op de wolken des hemels kwam iemand gelijk een Mensenzoon naderbij. En Hij naderde tot Hem, die de tijdperken verduurt en men leidde Hem tot in Zijn nabijheid.
De term Mensenzoon of Zoon des mensen is overbekend. Jezus Christus past het in de evangeliën meermalen op zichzelf toe. Daarmee maakt Hij zich bekend als de Messias van Daniëls profetie. De term op de wolken des hemels, verwijst naar zijn wederkomst (Hand. 1:11). De komst van de Mensenzoon naar de rechtszitting is het voorspel tot Zijn terugkeer op aarde. Voordat Hij daar aankomt, wordt Hij voor Hem, die de tijdperken verduurt, geleid.

Vers 14 Aan Hem werd de autoriteit gegeven en de glorie en de koninklijke macht. En alle volken, natiën en talen dienden hem. Zijn heerschappij is een eeuwigdurende die niet voorbij zal gaan en Zijn koninkrijk zal nooit verwoest worden.
Het goddelijke tribunaal doet vérstrekkende uitspraken. Jezus Christus ontvangt Zijn koninkrijk (Messiaanse Rijk) en de heerschappij over de aarde. Dat is de vervulling van de belofte uit Mattheüs 28:18 ‘Mij is gegeven (toegezegd) alle macht in hemel en op aarde.’

Vers 14b Zijn heerschappij is een eeuwigdurende die niet voorbij zal gaan en Zijn koninkrijk zal nooit verwoest worden.
Zijn koninkrijk - het rijk van Jezus Christus - zal als enige koninkrijk op aarde nooit verwoest worden. Dit Messiaanse Rijk ligt nog in de toekomst verborgen. Maar, wie goed luistert, hoort de echo’s van de voetstappen van de komende Messias.

Gert A. van de Weerd