Heimwee naar de hemel

Dirk van Genderen • 86 - 2010 • Uitgave: 14/15
Het komt in de vakantietijd wel voor dat mensen heimwee hebben. Heimwee naar thuis. Bij sommigen is dat heimwee zo sterk, dat ze niet meer van hun vakantie kunnen genieten. Ze zijn pas weer gelukkig als ze thuis zijn.
Ik moest hieraan denken toen ik Hebreeën 11 las. Over de geloofshelden die daar de revue passeren, wordt gezegd dat ze vreemdelingen en bijwoners waren op de aarde en dat ze verlangen naar een beter, dat is een hemels, vaderland (Hebreeën 11:13-16). Ook bij Paulus kom je deze gedachte tegen. In Filippenzen 1:23 zegt hij: 'Ik verlang heen te gaan en met Christus te zijn, want dit is verreweg het beste.'

Toen we vorig jaar op vakantie waren aan de Belgische kust, hebben we daar ook verscheidene kerken en kathedralen bekeken. In één van die bouwwerken - ik ben helaas vergeten in welke - zag ik een schilderij dat mij zeer aansprak. Je zag een pelgrim, op de reis door dit leven, onderweg naar de eeuwigheid.
De belijdenis van de aartsvaders dat zij vreemdelingen en bijwoners waren op aarde, komen we al tegen in Genesis 23:4. Ook al waren zij in het beloofde land, toch groeide in hen het verlangen naar het betere, het hemelse vaderland. Dat zegt Hebreeën 11:16. Daarom schaamt God er Zich niet voor om hun God genoemd te worden: de God van Abraham, Isaäk en Jakob. Zij hebben het hemelse vaderland reeds bereikt.

De zomer lijkt mij een prima tijd om hier eens mee bezig te zijn. Om jezelf af te vragen hoe het ervoor staat in je leven. Tekent Hebreeën 11 ook uw leven? Hoe vast zitten we nog aan deze aarde? Beseffen we dat we op weg zijn naar de eeuwigheid of schuiven we dat het liefst zo ver mogelijk voor ons uit?
Ik heb wel eens de indruk dat wij - en ik zeg het ook tegen mezelf - erg vastzitten aan deze wereld. We leven voor het hier en het nu. Een goede opleiding, een goede baan, een leuk huis, een gezin, een mooie carrière, promotie, een steeds grotere auto… En als we (ernstig) ziek zijn, strijden we tot het uiterste om zo lang mogelijk hier te blijven.

Begrijp me goed, ik zeg niet dat dit verkeerd is, maar ik zou sommige mensen toch wel eens hardhandig wakker willen schudden. Dit leven is tijdelijk. Als we sterk en gezond zijn 70 jaar, 80 jaar, heel misschien 90 jaar... Dan is het voorbij, althans hier op aarde. En voor sommigen is het al veel eerder voorbij.
Dan komt het erop aan dat we klaar zijn voor het hemelse vaderland. Dan begint het pas. Hebben we in dit leven geleerd dat we hier slechts gasten en vreemdelingen zijn? Is de Here u al aan het klaarmaken voor de hemel? Bent u als een pelgrim daarheen onderweg? Kent u het heimwee naar de hemel, ten diepste naar de Here Jezus zelf, om Hem te ontmoeten, Hem te zien en voor altijd bij Hem te zijn?

Dat kan alleen als u Hem hebt leren kennen als uw Heiland en Verlosser. Als Degene Die ook voor u Zijn leven heeft gegeven aan het kruis op Golgotha. Die voor u is gestorven, begraven en ook weer opgestaan. Die nu in de hemel is, aan de rechterhand van Zijn hemelse Vader. Die daar voor u bidt, voor u pleit. Die daar is om een plaats voor u te bereiden. 'En wanneer Ik heengegaan ben en u plaats bereid heb, kom ik weder en zal u tot Mij nemen, opdat ook gij moogt zijn waar Ik ben' (Johannes 14:3). Dit moment, Zijn wederkomst, kan wel eens dichterbij zijn dan wij vermoeden.

Of u nu wel of niet op vakantie gaat, ik wens u een goede zomertijd toe. Houd uw oog gericht op de Here Jezus. Een leef als een pelgrim, die verlangt naar het hemelse vaderland.

Dirk van Genderen