Israël: een teken van hoop

Kees de Vreugd • 81 - 2005/06 • Uitgave: 8/9
Israël: een teken van hoop



Het is een spannende tijd in Israël. Zodra je dat schrijft, realiseer je je: is het ooit wel eens anders geweest? Vanaf de oprichting in 1948, heeft de staat Israël voortdurend onder dreigingen en spanningen geleefd. En telkens weer verwonderen we ons erover dat Israël al die tijd niet alleen is blijven bestaan, maar groeit en zich ontwikkelt. De bijdrage die Israël bijvoorbeeld levert aan de wetenschap, wordt door bijna geen enkel ander land geëvenaard. Israël wordt gezegend en Israël is op die manier tot een zegen.

Tegelijk zit daar ook een grote verzoeking in, de verzoeking om als alle andere volken te zijn. Het is begrijpelijk dat het Israëlische volk verlangt naar rust. Maar aanpassing aan de wensen van de internationale gemeenschap zal die rust niet brengen.



Het nieuws wordt al maanden beheerst door de plannen voor de terugtrekking uit Gaza. Dat was althans het oorspronkelijke idee, maar al heel gauw zijn daar enkele dorpen in het noorden van Samaria aan toegevoegd. Deze politiek van de regering stuit op veel verzet, niet alleen van de inwoners van de gebieden zelf, maar ook van vele anderen. Voor hun protest hebben zij de kleur van de vlag van Gush Katif, de groep nederzettingen in de zuidelijke Gazastrook, gekozen. Die kleur is oranje. Men draagt oranje T-shirts, oranje linten, oranje vlaggetjes op de auto’s. Het straatbeeld van Jeruzalem kleurt oranje.

Maandag 6 juni was Jeruzalemdag, de dag van de hereniging van Jeruzalem, 38 jaar geleden. Tienduizenden mensen, vooral jongeren, waren naar de stad gekomen om dat te vieren. In een grote optocht trokken ze door de stad, rondom de Oude Stad en naar de Westelijke Muur als eindpunt, een grootse manifestatie van de betekenis van het ene en verenigde Jeruzalem voor heel Israël. En alles was oranje, wit en blauw. Jeruzalem is het centrum van de protestbeweging, niet alleen omdat het de hoofdstad is en de regering hier zetelt, maar ook omdat de nederzettingen de stad en het land beschermen. Er wordt gewezen op de precedentwerking: vandaag worden nederzettingen in Gaza en Samaria opgegeven, morgen is Judea aan de beurt en intussen wordt de druk op Jeruzalem opgebouwd om de stad op te delen.

De afgelopen tijd bezocht ik verschillende dorpen in Judea, Samaria en Gaza. De mensen daar zijn vastbesloten om te blijven. Ze weten zich geroepen om juist daar te wonen. Dit is het bijbelse hartland, dat God aan de aartsvaders beloofd heeft en aan Israël gegeven. Sommigen spreken over hun recht om daar te wonen. Eigenlijk gaat het nog verder. Ze hebben de plicht om daar te wonen. Ze gaan daar heen in gehoorzaamheid aan de bijbelse geboden. Ze ervaren de verbondenheid met de bijbel in het land waar de profeten optraden, waar David en Saul vandaan kwamen en waar heel de geschiedenis van het Joodse volk haar centrum heeft. Ds. Naim Khoury, een Arabische predikant uit Bethlehem, die ik regelmatig ontmoet, zei daarom dat de Israëlische regering met de terugtrekking uit Gaza en het opgeven van andere gebieden in Judea en Samaria, tegen de bijbel ingaat. Hij is wel een uitzondering onder zijn Arabische collega’s, maar hij steekt zijn mening niet onder stoelen of banken. Het getuigenis van de trouw van God aan Zijn belofte, Zijn trouw aan Zijn volk, wordt gelukkig ook onder Arabische christenen gehoord.



En vanwege die bijbelse beloften heb ik boven dit stukje gezet dat Israël een teken van hoop is. We zijn er dagelijks getuige van dat God doorgaat met Zijn werk. Hij brengt Zijn volk thuis. Het land komt tot bloei. Je ziet de profetie voor je ogen in vervulling gaan.

En dit is nog maar het begin. God zal niet alleen een nationaal, maar ook een geestelijk herstel geven. Wat is dat anders, zegt Paulus, dan leven uit de doden?



Kees de Vreugd



Kees de Vreugd studeerde theologie in Utrecht en in Jeruzalem, waar hij zich specialiseerde in de studie van het Jodendom en de Joodse wortels van het christendom. Hij is sinds begin 2004 werkzaam als leider van het studiecentrum van Christenen voor Israël Internationaal op de berg Sion in Jeruzalem.