Israël, vluchtelingen en leugens

drs. Jan van Barneveld • 82 - 2006/07 • Uitgave: 8/9
Leugen tegen Waarheid

In hun strijd tegen Israël hanteren de moslim-Palestijnen het wapen van de leugen met groot succes. Boosaardigheid en kwade bedoelingen
kunnen dikwijls eenvoudig herkend worden aan de manier waarop de tegenpartij beschuldigd
wordt. Kinderen zeggen wel eens: “Wat je zegt ben je zelf.” Een paar voorbeelden maken dit duidelijk. De Palestijnen en hun antisemitische napraters beschuldigen
Israël van terrorisme, terwijl ze zelf de terroristen zijn. Israël wordt beschuldigd van racisme, terwijl anderhalf miljoen Arabieren
binnen Israël meer vrijheid en democratische rechten hebben
dan hun volksgenoten in veel Arabische landen. Echt racistisch is de eis van de Palestijnen om de gebieden ‘Judenfrei’ over te dragen.

Israël wordt als ‘bezetter’ gebrandmerkt,
terwijl de Palestijnse Autoriteit Gods land bezet houdt. De Joden zouden uit zijn op de wereldmacht, terwijl islamitische politieke leiders en imams voortdurend
oproepen tot de jihad, niet alleen tegen Israël maar over heel de wereld. Israël zou volkenmoord plegen op het ‘Palestijnse volk’, terwijl zij zelf bezig zijn Joden te vermoorden. Zo kunnen we nog wel een poosje doorgaan. Overigens,
Arabieren hebben niet het patent op dergelijke ‘omkeerleugens’.

Het is een algemeen kwaad, geïnspireerd door de ‘vader van de leugen’. Ook onze samenleving wordt steeds meer ‘geregeerd’ door leugen!


Vluchtelingen?

Onlangs hebben de ‘Palestijnen’ een oude leugen uit hun kast vol bedrog gehaald. Israël zou tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog van 1948 het Palestijnse vluchtelingenprobleem
veroorzaakt hebben. Hamas en ook de ‘gematigde Abbas’
eisen, net als vroeger Arafat, dat Israël een paar miljoen nakomelingen
van die vluchtelingen opneemt. Feit is dat de Arabische landen die Israël in mei 1948 aanvielen, zelf verantwoordelijk zijn voor de stroom van ongeveer 500.000 Arabieren die toen uit Israël vluchtten. Zij begonnen die oorlog. In een publicatie uit 1958 van het ‘Instituut voor Publieke Zaken’ te Washington staat: “De hoeveelheid bewijzen, die nu beschikbaar
is, geeft aan dat de evacuatie
van Palestina in de eerste plaats te danken was aan de druk van de militaire en politieke leiders
van de Arabische staten zelf.” Een vluchteling klaagde in het Jordaanse
dagblad Al Ardun (09 april ‘53):“Het zijn onze leiders die verantwoordelijk
zijn voor de vlucht en het verliezen van de dorpen, omdat zij overdreven berichten verspreid hebben over Joodse misdaden……

waardoor zij de harten met zoveel vrees vervulden, dat zij hun huizen en eigendommen voor de vijand achterlieten.” Op 19 augustus
1951 stond in het Libanese weekblad Koul Shai: “Wie brachten
de Palestijnse vluchtelingen naar Libanon? Wie brachten ze in afschuwelijke toestand en armoede?

De Arabische staten, waaronder
Libanon, hebben het gedaan.” Ruimte ontbreekt om nog meer citaten uit Arabische bron aan te halen, die de ware oorzaak van het vluchtelingenprobleem onthullen. Maar de hele wereld houdt Israël verantwoordelijk. Een beroemd Engels historicus Toynbee spreekt zelfs van “een gruweldaad, groter
dan die de Nazi’s hebben gepleegd.“

Deze grove leugen zegeviert
tot vandaag. Van Israël wordt geëist om de nakomelingen van die vluchtelingen op te nemen. Zij zijn gevoed met haat tegen Israël en Joden, worden gefinancierd door de internationale gemeenschap
en zijn zo gevormd tot een wapen tegen Israël. Daarom zijn ze vanaf 1948 in armoede gelaten. Daartoe zijn ze gemanipuleerd door hun Arabische geestelijke en politieke leiders.


Merkwaardig

Zaken die voor andere landen normaal zijn, worden Israël verboden.
Een paar voorbeelden: Oorlogen hebben in de loop van de jaren miljoenen vluchtelingen veroorzaakt. Die vluchtelingenproblemen
werden meestal vrij snel opgelost. Alleen van Israël wordt geëist ‘Palestijnse vluchtelingen’
op te nemen. De VS bouwt een enorme muur om arme Mexicanen,
die naar werk zoeken, tegen
te houden. De EU zet barrières
op om doodarme Afrikanen, die hier een toekomst willen opbouwen,
tegen te houden. Alleen Israël moet de muur, die hen tegen
(zelfmoord)terroristen moet beschermen, afbreken. Toen de Geallieerden in 1945 de oorlog wonnen, legden ze Duitsland de vredesvoorwaarden op. Recht van de overwinnaar. Als Israël verdedigingsoorlogen
van Arabische agressors wint, moet Israël om vrede smeken en worden er eisen gesteld die, als ingewilligd, het einde van Israël zouden betekenen.
Bijvoorbeeld het opnemen van die zogenaamde vluchtelingen.

Zoals Joden vroeger gediscrimineerd
werden, is nu Israël een paria onder de volken gemaakt. Er is niets veranderd! Steeds strakker wordt een net van leugens over Israël gespannen. “HERE, redt mij van de leugenlippen, van de bedrieglijke tong,” (Psalm 120:2) baden de Joden in ballingschap en bidt Israël nu weer.


Medicijn

Israël zucht onder de druk van het terrorisme en de leugen. “De hele dag verminken zij mijn woorden,” (Psalm 56:6), klaagt Israël. Maar God “richt te gronde de leugensprekers”
(Psalm 5:7). Ook voor ons bevat deze situatie een belangrijke
les. “Eerst de Jood en ook de Griek,” waarschuwt Paulus
ons. We hoeven ons dus niet te verbazen dat in ons land en over de hele wereld de leugen regeert. Satan, de ‘vader van de leugen’ is zeer actief. Het is niet toevallig dat juist nu door de leugens van de Da Vinci Code en van Het Evangelie
van Judas de Bijbel wordt aangevallen. Wij houden ons vast aan het eeuwige en onaantastbare Woord van God, dat de Waarheid is. Het enige medicijn tegen alle leugen. Ook waar het spreekt over Israël, Gods volk.