Mashiach
MASHIACH
Wij hebben de Messias gevonden !
Het thema van dit Zoeklicht-nummer - discipelschap gericht op Jezus wederkomst - bepaalt ons bij de concrete vraag: Wie wij als discipel volgen en verwachten. Elke wedergeboren christen die de Here Jezus als persoonlijke Zaligmaker kent, beantwoordt deze vraag door te wijzen op die éne Naam tot behoud: Jezus Christus (Hand. 4:12). De zo dierbare naam Jezus betekent Verlosser, maar wat houdt Christus eigenlijk in? Christus wordt vaak opgevat als eigennaam, maar het is de titel Messias van de Here Jezus, waarmee Zijn bediening en taak werd/wordt aangeduid.
Christus is de vertaling van het woord Messias dat letterlijk gezalfde betekent. Messias is de Nederlandse vorm van het Hebreeuwse woord Mashiach (uitspraak: masjiéag). Mashiach/messias is afgeleid van het Hebreeuwse werkwoord mashach dat betekent: zalven, bestrijken, met olie overgieten, inwijden, wijden.
Het Hebreeuwse woord mashiach/messias werd in het Grieks vertaald met christos, waaruit het Nederlandse Christus voortkomt.
Dit werkwoord mashach/zalven/olie gieten werd gebruikt met betrekking tot personen en voorwerpen. Mashach/zalven komt vooral voor in de beschrijving van de inwijding van de Tabernakel en het priesterschap (Ex. 28, 29) en de inwijding van de Tempel (1Kon. 5-8).
Het werkwoord mashach is een symbolische handeling waardoor een persoon of gebruiksvoorwerp werd afgezonderd en bestemd voor een bepaalde functie en taak. Zo is mashach/zalven uitdrukking van bestemming vóór en toewijding áán een bepaalde bediening.
Koningen werden zo ingewijd (1Sam. 16:3, 12); soms een profeet (1Kon. 19:16b). Ook het heiligdom van God werd door zalving ingewijd (Ex. 30:26; 40:9-11).
Priesters werden gezalfd (Ex. 28:41; 29:7, 29, 36; 30:30; 40:13), zoals ook beschreven in Psalm 133. Hiermee werden zij ingewijd en afgezonderd voor hun bijzondere bediening voor God.
Het van mashach/zalven afgeleide woord mashiach/gezalfde/Messias duidt zo op iemand die door deze symbolische zalving van Godswege is bestemd voor een door Hem gegeven bediening, zoals dat vooral bij de priesters het geval was. Hun bijzondere bediending was de offerdienst.
Zowel de Tora als profeten leren dat de priester- en offerdienst een profetische heenwijzing is naar de grote Hogepriester, Jezus, voorbestemd om Zichzelf als offer te geven voor verloren zondaren. We ontdekken zo dat Mashiach/Messias een door God gegeven eretitel van de Here Jezus is.
In Jezus tijd verwachtte men de komst van de Mashiach/Messias/Gezalfde. Helaas hoopten veel Joden toen op een politieke verlosser die hen zou bevrijden van het juk van de Romeinse onderdrukking. Toch waren er ook anderen die uitzagen naar de Mashiach/Messias zoals die werd beschreven in de Tora (Wet) en de Profeten.
De Mashiach/Gezalfde kwam als het Lam Gods getuigde Johannes de Doper (Joh. 1:29, 36). Dit getuigenis maakte twee van zijn discipelen (discipel: leerling) tot volgelingen van Jezus (Joh. 1:35 50). Eén van hen was Andreas, broer van Simon-Petrus. Hij herkende en identificeerde Jezus als de Messias en jubelde het uit: Wij hebben de Mashíach/Gezalfde/Messias gevonden de Christus ! (vers 42).
Andreas leiddde broer Simon tot Jezus. Later getuigde Filippus tegenover Nathanaël dat ook hij Jezus herkende als van Wie Mozes in de Wet heeft geschreven en de profeten (vers 46). Geen andere Mashiach/Messias dan Die van de Schrift!
De Mashiach/Messias van de Bijbel vinden en volgen maakt ons tot Zijn kind om Hem te dienen hier en nu. Tegelijkertijd kijken wij als discipel van de Messias verwachtingsvol uit naar Zijn aangekondigde wederkomst. Maar ondertussen?
Andreas leert ons het getuigenis van een Jezus-discipel: Wij hebben de Messias gevonden ! Zegt het voort.
Dr. Gieneke van Veen-Vrolijk
Wij hebben de Messias gevonden !
Het thema van dit Zoeklicht-nummer - discipelschap gericht op Jezus wederkomst - bepaalt ons bij de concrete vraag: Wie wij als discipel volgen en verwachten. Elke wedergeboren christen die de Here Jezus als persoonlijke Zaligmaker kent, beantwoordt deze vraag door te wijzen op die éne Naam tot behoud: Jezus Christus (Hand. 4:12). De zo dierbare naam Jezus betekent Verlosser, maar wat houdt Christus eigenlijk in? Christus wordt vaak opgevat als eigennaam, maar het is de titel Messias van de Here Jezus, waarmee Zijn bediening en taak werd/wordt aangeduid.
Christus is de vertaling van het woord Messias dat letterlijk gezalfde betekent. Messias is de Nederlandse vorm van het Hebreeuwse woord Mashiach (uitspraak: masjiéag). Mashiach/messias is afgeleid van het Hebreeuwse werkwoord mashach dat betekent: zalven, bestrijken, met olie overgieten, inwijden, wijden.
Het Hebreeuwse woord mashiach/messias werd in het Grieks vertaald met christos, waaruit het Nederlandse Christus voortkomt.
Dit werkwoord mashach/zalven/olie gieten werd gebruikt met betrekking tot personen en voorwerpen. Mashach/zalven komt vooral voor in de beschrijving van de inwijding van de Tabernakel en het priesterschap (Ex. 28, 29) en de inwijding van de Tempel (1Kon. 5-8).
Het werkwoord mashach is een symbolische handeling waardoor een persoon of gebruiksvoorwerp werd afgezonderd en bestemd voor een bepaalde functie en taak. Zo is mashach/zalven uitdrukking van bestemming vóór en toewijding áán een bepaalde bediening.
Koningen werden zo ingewijd (1Sam. 16:3, 12); soms een profeet (1Kon. 19:16b). Ook het heiligdom van God werd door zalving ingewijd (Ex. 30:26; 40:9-11).
Priesters werden gezalfd (Ex. 28:41; 29:7, 29, 36; 30:30; 40:13), zoals ook beschreven in Psalm 133. Hiermee werden zij ingewijd en afgezonderd voor hun bijzondere bediening voor God.
Het van mashach/zalven afgeleide woord mashiach/gezalfde/Messias duidt zo op iemand die door deze symbolische zalving van Godswege is bestemd voor een door Hem gegeven bediening, zoals dat vooral bij de priesters het geval was. Hun bijzondere bediending was de offerdienst.
Zowel de Tora als profeten leren dat de priester- en offerdienst een profetische heenwijzing is naar de grote Hogepriester, Jezus, voorbestemd om Zichzelf als offer te geven voor verloren zondaren. We ontdekken zo dat Mashiach/Messias een door God gegeven eretitel van de Here Jezus is.
In Jezus tijd verwachtte men de komst van de Mashiach/Messias/Gezalfde. Helaas hoopten veel Joden toen op een politieke verlosser die hen zou bevrijden van het juk van de Romeinse onderdrukking. Toch waren er ook anderen die uitzagen naar de Mashiach/Messias zoals die werd beschreven in de Tora (Wet) en de Profeten.
De Mashiach/Gezalfde kwam als het Lam Gods getuigde Johannes de Doper (Joh. 1:29, 36). Dit getuigenis maakte twee van zijn discipelen (discipel: leerling) tot volgelingen van Jezus (Joh. 1:35 50). Eén van hen was Andreas, broer van Simon-Petrus. Hij herkende en identificeerde Jezus als de Messias en jubelde het uit: Wij hebben de Mashíach/Gezalfde/Messias gevonden de Christus ! (vers 42).
Andreas leiddde broer Simon tot Jezus. Later getuigde Filippus tegenover Nathanaël dat ook hij Jezus herkende als van Wie Mozes in de Wet heeft geschreven en de profeten (vers 46). Geen andere Mashiach/Messias dan Die van de Schrift!
De Mashiach/Messias van de Bijbel vinden en volgen maakt ons tot Zijn kind om Hem te dienen hier en nu. Tegelijkertijd kijken wij als discipel van de Messias verwachtingsvol uit naar Zijn aangekondigde wederkomst. Maar ondertussen?
Andreas leert ons het getuigenis van een Jezus-discipel: Wij hebben de Messias gevonden ! Zegt het voort.
Dr. Gieneke van Veen-Vrolijk