Openbaring 11:15-19 - De zevende bazuin

Jeep van der Schoot • 91 - 2015 • Uitgave: 10
Christus’ Koningschap geproclameerd!

De zevende bazuin is het derde ‘wee’ en wordt in het midden van de Laatste Jaarweek geblazen. In de dagen van de stem van de zevende engel zal het geheimenis van God volbracht worden, zoals Hij aan Zijn knechten, de profeten heeft verkondigd (Openbaring 10:7). Daarom omvat deze bazuin alle verdere gebeurtenissen tot en met de nieuwe schepping. Het is daarom niet vreemd dat Christus’ Koningschap al te midden van de Verdrukking vanuit de hemel wordt geproclameerd en de Ark van Zijn Verbond in de hemel zichtbaar wordt.

De zeven bazuinen worden verdeeld in twee gedeelten, eerst vier en dan nog drie. Bij de eerste vier bazuinen wordt de wereld getroffen door rampen vanuit het heelal (Openbaring 8). De oordelen van de vijfde, zesde en zevende bazuin zullen nog heviger zijn. Want bij de vijfde bazuin (het eerste ‘wee’) komt er een hels sprinkhanenleger uit de afgrond om de mensen voor vijf maanden te pijnigen. Bij de zesde bazuin (de tweede ‘wee’) zullen de vier gebonden engelen bij de Eufraat losgelaten worden, om een derde deel van de mensen te doden.
Bij de zevende bazuin (het derde ‘wee’) zullen de duivel en zijn trawanten op de aarde geworpen worden. De satan zal zich dan incarneren in de antichrist: ‘Daarom, verheugt u, gij hemelen en wie daarin wonen. Wee de aarde en de zee, want de duivel is tot u nedergedaald in grote grimmigheid, wetende, dat hij weinig tijd heeft’ (Openbaring 12:12; 13:2). Zo is het derde ‘wee’ de meest verschrikkelijke van alle drie de weeën. In Daniël 12:1 staat: ‘en er zal een tijd van grote benauwdheid zijn, zoals er niet geweest is sinds er volken bestaan, tot op die tijd toe.’

De laatste bazuin
In het artikel over Openbaring 8 heb ik het al genoemd, dat we de laatste bazuin in het boek Openbaring niet moeten verwarren met de laatste bazuin die tijdens de Opname van de Gemeente zal klinken (1 Korintiërs 15:51-52; 1 Tessalonicenzen 4:15-18). Paulus en Johannes bedoelen beiden iets geheel anders met de laatste bazuin.
Bij de Opname klinkt er een heilsbazuin en dit is tevens de slotbazuin van de Gemeenteperiode op aarde. Openbaring onthult ons grotendeels Gods orde en het programma van Zijn handelen met Zijn oude verbondsvolk Israël in de eindtijd. Daarover lezen we veelal in het Oude Testament (OT), in de Schriften van Zijn dienstknechten, de profeten en ook in de Evangeliën (zie Matteüs 24 en 25, ‘de rede over de laatste dingen’ en ‘het volkengericht’).
Omdat Gods weg met de Gemeente een verborgenheid was voor Zijn profeten in het OT, is het begrijpelijk dat Paulus de Opname een geheimenis noemt. Zij zal namelijk op een geheim tijdstip, in een ondeelbaar ogenblik, in een oogwenk weggevoerd worden, de Here tegemoet in de lucht. Als Christus wederkomt als Koning, dan zal heel Israël Hem zien wederkomen met de wolken en zal Hij Zijn voet op de Olijfberg zetten (Zacharia 14:4). Het is belangrijk dat we deze dingen onderscheiden.

De verzameling van het verstrooide volk
Ook voor het verstrooide volk Israël in de eindtijd zal er nog een bazuingeschal klinken, als hun Messias-Koning wederkomt: ‘En dan zal het teken van de Zoon des mensen verschijnen aan de hemel en dan zullen alle stammen der aarde zich op de borst slaan en zij zullen de Zoon des mensen zien komen op de wolken des hemels, met grote macht en heerlijkheid. En Hij zal zijn engelen uitzenden met luid bazuingeschal en zij zullen Zijn uitverkorenen verzamelen uit de vier windstreken, van het ene uiterste der hemelen tot het andere’ (Matteüs 24:30-31). Ook dit bazuingeschal moeten we niet verwarren met de laatste bazuin voor de Gemeente, ook niet met de zevende bazuin, want die klinkt halverwege de Grote Verdrukking (vers 15). Dat blijkt wel uit de context van Jezus’ ‘rede over de laatste dingen’. Een paar belangrijke gebeurtenissen die halverwege de Laatste Jaarweek plaatsvinden, zijn:
‘Wanneer gij dan de gruwel der verwoesting, waarvan door de profeet Daniël gesproken is, op de heilige plaats ziet staan – wie het leest, geve er acht op – laten dan wie in Judea zijn, vluchten naar de bergen’ (vers 15-16).
‘Bidt, dat uw vlucht niet in de winter valle en niet op een sabbat’ (vers 20).
‘Voorwaar, Ik zeg u, dit geslacht zal geenszins voorbijgaan, voordat dit alles geschiedt’ (vers 34).

De Ark van het Verbond
We zien Christus’ altijddurende Koningschap niet alleen over de wereld geproclameerd worden (vers 15-18). Als een profetische vooruitblik zien wij ook Zijn Koningschap over Israël geproclameerd worden, doordat de Ark van het Verbond zichtbaar wordt in Gods tempel in de hemel (vers 19, vgl. Genesis 15:18). Zijn Komst is dan zeer nabij! Dan zal Israël geestelijk hersteld worden, maar ook fysiek. Van dit laatste zien wij nu een voorvervulling plaatsvinden.
De uiteindelijke vervulling van Zijn Koningschap zal komen als Hij wederkomt met Zijn verheerlijkte Gemeente, in kracht en majesteit (Openbaring 19:11-16). Dan zal de Messias Zelf de grenzen van Israël bepalen (Ezechiël 47 en 48). Maar eerst zullen nog de zeven schalen van gramschap over de aarde uitgegoten moeten worden (Openbaring 15 en 16). En zullen de laatste voorbereidingen nog getroffen moeten worden voor de komst van de grote Koning.

De vierentwintig oudsten in de hemel
Als de zevende bazuin klinkt, zijn de vierentwintig oudsten al in de hemel. Dit is indirect één van de vele bewijzen dat de laatste bazuin in Openbaring niet over de Opname van de Gemeente gaat. In hun aanbidding, als een profetische proclamatie, zeggen de vierentwintig oudsten dat de Here God, de Almachtige, het Koningschap heeft aanvaard en dat de volken toornig waren geworden en dat Zijn toorn is gekomen. Dit doet sterk denken aan Psalm 2: ‘De koningen der aarde scharen zich in slagorde en de machthebbers spannen samen tegen de HERE en Zijn Gezalfde: Laat ons Hun banden verscheuren en Hun touwen van ons werpen! Die in de hemel zetelt, lacht; de Here spot met hen. Dan spreekt Hij tot hen in Zijn toorn, en verschrikt hen in Zijn gramschap: Ik heb immers Mijn Koning gesteld over Sion, Mijn heilige berg’ (vers 2-6). Zie ook Psalm 110.

Israël opnieuw gehuwd
Tijdens de laatste drieënhalfjaar van de Grote Verdrukking zal het gelovig overblijfsel van Israël zwaar beproefd worden. Die periode zal God ‘Gans Israël’ met Zich gaan verzoenen en met haar een nieuw verbond sluiten (Ezechiël 36:26-28). Ook daarom wordt hier de Ark van het Verbond zichtbaar in de hemel. Dan zal Jahweh Zijn aardse bruid Israël weer huwen, zoals het profetisch Woord dat zo mooi voorzegd (Hosea 2:13-22). In Jesaja 62:4 staat: ‘Men zal u niet meer noemen: Verlatene, en men zal uw land niet meer noemen: Woestenij; maar gij zult genoemd worden: Mijn Welgevallen, en uw land: Gehuwde. Want de HERE heeft een welgevallen aan u, en uw land wordt ten huwelijk genomen.’

Jeep van der Schoot