Overgave en toewijding
Wij komen in onze contacten met gelovigen nogal wat verschillen tegen. Er zijn er die heel oppervlakkig en onverschillig omgaan met hun christen-zijn. Anderen die hun leven met de Here heel serieus nemen. Er zijn heel wat gelovigen die ooit in hun leven één of meerdere keren gehoor hebben gegeven aan de oproep tot ‘volkomen overgave’. Misschien zijn ze in een samenkomst of conferentie naar voren gekomen om in een nazorggebed met mede-broeder of -zuster het besluit van hun totale overgave heel bewust aan de Here kenbaar te maken. Of misschien zijn ze na een indringende en uitdagende boodschap heel gewoon bij thuiskomst, in de nagloei van de samenkomst, op de knieën gegaan om zich volkomen aan de Here over te geven. De boodschap over het overwinningsleven heeft indruk gemaakt. De Heilige Geest heeft hen overtuigd dat het afgelopen moet zijn met het tweeslachtige leven. Dat leven van het liefhebben van de Here Jezus kan niet meer samengaan met het in beslag genomen worden door de dingen van de wereld. Dit moet het radicale keerpunt zijn van het leven. In sommige geloofsgemeenschappen klinkt die oproep duidelijker dan in andere. In de Pinkstergemeenten van de vijftiger jaren ging er haast geen samenkomst voorbij zonder deze oproep. Hierbij deed zich het probleem voor dat er altijd wel een paar mensen tussen zaten die de week daarvoor ook al naar voren waren gekomen. Daaruit zou men de conclusie kunnen trekken dat een eenmalige totale overgave niet afdoende is.
Eenmalige totale overgave niet afdoende(?)
Bij sommigen schijnt een beslissing van algehele toewijding aan de Here wel een goede uitwerking te hebben. Bij anderen soms veel minder. Het was een besluit voor het aangezicht van de Here om Hem toegewijd te zijn met loslating van alles wat die toewijding in de weg zou kunnen staan. Na een poosje, of in sommige gevallen reeds de volgende dag, kan het toch nog wel op een niet verwachte teleurstelling uitlopen. Soms is er overwinning, maar niet automatisch altijd. De nederlagen worden voortaan als dubbel erg ervaren. De verwachtingen waren dat de voormalige problemen van een halfslachtig geestelijk leven als mist voor de zon zouden verdwijnen. Als dat niet gebeurt, dan kan men de neiging hebben om terug te zien op de beslissing als iets onwezenlijks. Zelfs kan het gebeuren dat men zich in een volgende opwekkingssamenkomst weer zeer gedrongen voelt om opnieuw naar voren te gaan. De gedachte dat dit toch wel een beetje absurd is, weerhoudt de betrokkene ervan.
Waar ligt het probleem?
We hoeven niet te twijfelen aan de echtheid van die eerste beslissing na een ontwaken uit een oppervlakkig leven of een leven van strijd tegen bepaalde zonden. Het moet duidelijk zijn dat de eerste beslissing van de totale overgave een gebeuren van het moment was. Het was een besluit met het oog op de toekomst om zich doelbewust volkomen aan de Here toe te vertrouwen. Om uit het leven van sleur of van kramp verlost te worden. Misschien had men al eerder belijdenis gedaan, gewoon omdat het vanwege de leeftijd verwacht werd. Misschien had men zich in het verleden wel laten dopen, omdat dat er in eigen geloofsgemeenschap nu eenmaal bij hoort. Toch bleef er de behoefte om de volle werkelijkheid van het geloof in Christus duidelijker te beleven. Begrijpelijk en zelfs in vele gevallen bijzonder noodzakelijk om zich heel bewust voor het eerst of bij vernieuwing volkomen aan de Here over te geven. We mogen alle begrip voor de noodzaak van zo’n overgave hebben. Daar hoeft niemand minachtend over te doen.
De eerste stap blijft belangrijk!
Deze eerste principiële stap blijft doorslaggevend. Men heeft de consequenties er niet altijd helemaal van doorzien. Maar er is een basis gelegd voor verdere dagelijkse toewijding. Wij hebben bij dat moment van de volledige overgave het roer volledig uit handen gegeven en hadden de intentie dat ook voor de toekomst te doen. Het was onder de werking van het Woord en de Geest. De warmte van de samenkomst bleef nagloeien. De ‘eens voor altijd’-beslissing betreft een intentie die in een sfeer van geestelijke warmte en toewijding genomen wordt. Zo duidelijk hadden we ons misschien nog nooit eerder uitgesproken. De werkelijkheid van deze intentie moet ons dagelijks bijblijven.
Joop Schotanus
Eenmalige totale overgave niet afdoende(?)
Bij sommigen schijnt een beslissing van algehele toewijding aan de Here wel een goede uitwerking te hebben. Bij anderen soms veel minder. Het was een besluit voor het aangezicht van de Here om Hem toegewijd te zijn met loslating van alles wat die toewijding in de weg zou kunnen staan. Na een poosje, of in sommige gevallen reeds de volgende dag, kan het toch nog wel op een niet verwachte teleurstelling uitlopen. Soms is er overwinning, maar niet automatisch altijd. De nederlagen worden voortaan als dubbel erg ervaren. De verwachtingen waren dat de voormalige problemen van een halfslachtig geestelijk leven als mist voor de zon zouden verdwijnen. Als dat niet gebeurt, dan kan men de neiging hebben om terug te zien op de beslissing als iets onwezenlijks. Zelfs kan het gebeuren dat men zich in een volgende opwekkingssamenkomst weer zeer gedrongen voelt om opnieuw naar voren te gaan. De gedachte dat dit toch wel een beetje absurd is, weerhoudt de betrokkene ervan.
Waar ligt het probleem?
We hoeven niet te twijfelen aan de echtheid van die eerste beslissing na een ontwaken uit een oppervlakkig leven of een leven van strijd tegen bepaalde zonden. Het moet duidelijk zijn dat de eerste beslissing van de totale overgave een gebeuren van het moment was. Het was een besluit met het oog op de toekomst om zich doelbewust volkomen aan de Here toe te vertrouwen. Om uit het leven van sleur of van kramp verlost te worden. Misschien had men al eerder belijdenis gedaan, gewoon omdat het vanwege de leeftijd verwacht werd. Misschien had men zich in het verleden wel laten dopen, omdat dat er in eigen geloofsgemeenschap nu eenmaal bij hoort. Toch bleef er de behoefte om de volle werkelijkheid van het geloof in Christus duidelijker te beleven. Begrijpelijk en zelfs in vele gevallen bijzonder noodzakelijk om zich heel bewust voor het eerst of bij vernieuwing volkomen aan de Here over te geven. We mogen alle begrip voor de noodzaak van zo’n overgave hebben. Daar hoeft niemand minachtend over te doen.
De eerste stap blijft belangrijk!
Deze eerste principiële stap blijft doorslaggevend. Men heeft de consequenties er niet altijd helemaal van doorzien. Maar er is een basis gelegd voor verdere dagelijkse toewijding. Wij hebben bij dat moment van de volledige overgave het roer volledig uit handen gegeven en hadden de intentie dat ook voor de toekomst te doen. Het was onder de werking van het Woord en de Geest. De warmte van de samenkomst bleef nagloeien. De ‘eens voor altijd’-beslissing betreft een intentie die in een sfeer van geestelijke warmte en toewijding genomen wordt. Zo duidelijk hadden we ons misschien nog nooit eerder uitgesproken. De werkelijkheid van deze intentie moet ons dagelijks bijblijven.
Joop Schotanus