Spreuken 2:1-6

Els ter Welle • 80 - 2004/05 • Uitgave: 1
Spreuken

Spreuken 2:1-6

We lezen in Hosea 4:1-3 dat er geen trouw, geen liefde en geen kennis van God in het land Israël is. De mensen doen alles wat in Spreuken toegeschreven wordt aan dwazen en goddelozen. Zij vloeken, liegen, stelen, moorden, plegen geweld, echtbreken. Het gevolg is dat alles verschrikkelijk mis gaat in het land. En de grondoorzaak is: Ze kennen God niet. Vers 6 zegt: 'Mijn volk gaat verloren door gebrek aan kennis'. Kennis van God is wat anders dan verstandelijke kennis. Het is met God rekening houden en is in de Bijbel bijna hetzelfde als liefhebben.


Spreuken 2:1-4 vertelt ons uitgebreid de voorwaarden om Goddelijke wijsheid te ontvangen. Als we aan die condities voldoen dan... Ja, wat vinden we dan?

Nee, er staat niet wijsheid, maar: 'Dan zult gij de vreze des Heren verstaan en de kennis Gods vinden' (vers 5). Wijsheid, vreze des Heren en kennis van God horen helemaal bij elkaar. Het een bewerkt het ander. In Spreuken zijn wijsheid en geloof twee kanten van dezelfde medaille. En dat komt helemaal overeen met Spreuken 1:7 wat de kerngedachte van het boek weergeeft: 'De vreze des Here is het begin der kennis'. Maar de vreze des Heren is niet alleen het begin van de wijsheid, het leidt ook tot een steeds beter begrijpen van God. De wijsheid is uit God en voert tot God.



Wijsheid staat niet op zichzelf als een verstandelijk begrip, waarbij ieder mens het begrip kan invullen zoals hij wil en denkt dat waar is.

Wijsheid is volstrekt gebonden aan God en Zijn woord. Vers 6 zegt: 'Uit Zijn mond komt kennis voort'. Als we wijsheid loskoppelen van God en Zijn Woord wordt de mens met wat hij denkt en voelt, maatstaf van alle dingen. Dat is humanisme en dat is de gevaarlijkste filosofie van onze tijd. Spreuken 3:5a zegt: 'Steun op uw eigen inzicht niet.' Dat betekent dat we niet zomaar uitgaan van ons gezonde verstand, maar dat we zoeken naar Gods principes waarin we Gods Wijsheid kunnen vinden.



Els ter Welle