Aanknopingspunten in de tijd (4)

Henk Schouten • 83 - 2007 • Uitgave: 3
We schreven over het evangelie van het koninkrijk en zagen dat dit iets anders is dan het evangelie van verzoening en genade door het bloed van onze Heiland. Het evangelie van het koninkrijk heeft betrekking op het Messiaanse rijk dat komen gaat, waarin Israël een centrale rol zal spelen. Jezus Christus zal als koning regeren, duizend jaar lang. Lam en leeuw zullen tezamen grazen, een kind zal zijn hand uitstrekken naar het hol van een adder, de wapenen zullen tot ploegen worden omgesmeed. Dat zijn de dingen die horen bij het evangelie van het koninkrijk. Die situatie was er nog niet, is er nog niet, maar zal naar Gods rijke belofte spoedig werkelijkheid worden.

Voordat dat koninkrijk aanbreekt zal er op aarde eerst nog een heel andere tijd aanbreken. Het mensdom zal nog een ongekende ontwikkeling doormaken. Niet een groei in beschaving, niet een verbetering van de samenleving, het gaat bergafwaarts. Er zal eerst nog een vreselijke dictatuur komen, met de antichrist aan de top. Deze antichrist zal met zijn compagnon ‘de valse profeet’ de mensheid voorgaan in het dienen en aanbidden van de satan. De satan is een leugenaar en mensenmoorder van het begin. Dat zal dan ook het kenmerkende van die vreselijke, overigens beperkte tijd zijn. Leugen en dood zal heersen. Vandaag al zien we een toename van de leugengeesten en het leven is vandaag al lang niet veilig meer, zelfs in de baarmoeder wordt het leven niet meer gerespecteerd.

In dit verband spreekt de Here Jezus in Zijn rede over de laatste dingen over de ‘gruwel der verwoesting, waarvan door de profeet Daniël gesproken werd’, Matteüs 24:15. Er zijn, wat deze dingen betreft, natuurlijk weer bijbeluitleggers die niet willen, kunnen of durven geloven dat de Bijbel heel specifiek is in zijn voorzeggingen. Wanneer we zorgvuldig letten op de dingen die in Matteüs 24 staan geschreven gaan we haast vanzelf zien waarop deze dingen betrekking hebben en blijkt Gods woord vast en betrouwbaar te zijn.

Wat wordt bedoeld met de ‘gruwel der verwoesting?
We komen deze woorden ook tegen in het boek dat Daniël mocht schrijven: Daniël 9:27; 11:31; 12:11. Wat in Daniël 11:31 staat, werd reeds in 167 voor Christus vervuld, dit is dus al gebeurd. Dat betekent dat we door die vervulling kunnen begrijpen wat met gruwel der verwoesting bedoeld wordt. Antiochus Epiphanes verontreinigde de tempel, hij plaatste er een afgodsbeeld voor Zeus en liet er waarschijnlijk ook varkens offeren. De reactie daarop was de opstand van de zogenaamde Makkabeeën. Antiochus haatte de Joden en wilde hun godsdienst vernietigen. Duizenden Joden werden gedood en de tempel werd ontheiligd tijdens de opstand die volgde. Door deze gebeurtenissen kunnen we ons een voorstelling maken van wat in de toekomst gebeuren zal. Er zal opnieuw een verontreiniging van de tempel plaatsvinden. Dat zal gebeuren drieënhalf jaar voordat de Here Jezus terugkomt naar de aarde om Zijn koninkrijk op te richten (denk aan het evangelie van het koninkrijk!). In Daniël 9:26-27 lezen we: “…en het volk van een vorst die komen zal, zal de stad en het heiligdom te gronde richten… in de helft van een week (na 3 ½ jaar) zal hij slachtoffer en spijsoffer doen ophouden, en op een vleugel van gruwelen zal een verwoester komen.”
Dat betekent dat een toekomstige machthebber een verbond met Israël zal sluiten. Hij zal dit verbond echter na drieënhalf jaar breken en in plaats van bescherming te bieden aan Israël, zal hij de meest gruwelijke vervolging inzetten.

Omdat er nu geen tempel in Jeruzalem is en er sinds 70 na Christus ook niet was, komt de vraag op of en wanneer de tempel herbouwd zal worden. Daar geeft de Bijbel geen uitsluitsel over, maar het lijkt er wel op dat voorafgaande aan de terugkomst van onze Heer de orthodoxe Joden hun offerdienst zullen herstellen in een tempel die tegen die tijd gebouwd zal zijn. Dat zal wellicht vlak voor de opname van de gemeente zijn of heel snel daarna. Na drieënhalf jaar zullen de offers gestaakt worden en de tempel zal opnieuw ontheiligd worden. Laten we beseffen dat de tempel die dan gebouwd zal worden, gebouwd zal worden door Joden die Jezus (nog) niet als Messias hebben aangenomen, over wie nog een bedekking is. Het zal ook de tempel van de antichrist blijken. We moeten dus zeer gereserveerd zijn wanneer we horen en lezen van plannen tot herbouw van de tempel en herstel van de tempeldienst.
Ook dat is weer een aanknopingspunt in de tijd, niet voor de gemeente, maar voor Gods volk Israël. De periode van de grote verdrukking breekt aan en de Heer geeft advies, waarvan we hopen dat velen het zullen opvolgen: “Laten wie in Judea zijn vluchten naar de bergen. Wie op het dak is gaat niet naar beneden om zijn huisraad mede te nemen en wie in het veld is kere niet terug” Matteüs 24:16,17.

In 2 Tessalonicenzen 2:3-4 lezen we een soort naschrift met betrekking tot deze machthebber van de eindtijd. Daar wordt hij ‘mens der wetteloosheid’ genoemd, ‘zoon des verderfs’, die zich verheft tegen al wat God of voorwerp van verering heet. Hij zal zichzelf in voornoemde tempel zetten, dat is de gruwel! In Openbaring 13 lezen we nog van een handlanger, een valse profeet. Deze valse profeet zal allerlei wonderen en tekenen doen en mensen ertoe brengen de valse messias te eren en te aanbidden. In dat verband zie ik ook met enige terughoudendheid het verlangen naar wonderen en tekenen vandaag bij velen die ter kerke gaan. Die valse religie die eraan komt, zal niet om de kerk heengaan, ze zal er dwars doorheen trekken. De kerk, die de bruid van Christus zou moeten zijn, verwordt tot een hoer, zo leren we uit het boek Openbaring. Juist wonderen en tekenen zijn kenmerk van de valse kerk en de valse christus die komen gaat.

Het beest uit de aarde, dat aanbeden zal worden, zal zelfs van een dodelijke wond genezen. Alles wijst in de richting van imitatie. Een valse profeet staat voor een valse religie, een valse kerk. Het beest uit de zee staat voor een valse Christus en de bedoeling daarachter is dat de mensheid komt tot de aanbidding van satan, een valse god. Daar was satans rebellie uiteindelijk en allereerst ook om begonnen: als God zijn. Het was ook de verleiding waar de mens voor viel.

Het zijn aanknopingspunten van de tijd, we mogen ze niet negeren, niet ontkennen. De Heer heeft ze ons gegeven, opdat we waakzaam zouden zijn en vol verwachting. Al deze dingen leren mij, de Here komt spoedig terug.

Maranatha, de Here zal zeker terugkomen.

Ds. Henk Schouten