Alles op zijn tijd

Roeland Klein Haneveld • 81 - 2005/06 • Uitgave: 18
Mozes had het goed begrepen – God wilde hem gebruiken als verlosser voor het volk Israël, dat in die dagen zuchtte onder de slavernij in Egypte. Dat besef was nauwelijks tot hem doorgedrongen, of hij ging aan de slag. De Egyptenaren moesten verslagen worden en hij begon aan dat karwei. De eerste de beste moest eraan geloven. Zo had hij nog heel lang kunnen doorgaan….
Mozes’ probleem was niet, dat hij Gods plan niet kende, maar dat hij Gods tijd en methode niet goed begreep.
Als christenen kunnen we in eenzelfde positie verzeild raken. Want we lezen over het komende Rijk van God en we verlangen naar die tijd, dat de aarde vol zal zijn van gerechtigheid en vrede. We lezen dat God met zijn volk over de aarde zal heersen en dat wij zelfs engelen zullen oordelen. Ongeduldig als we zijn, willen we alvast aan de slag.
De geschiedenis laat zien dat het dikwijls zo gegaan is. In perioden dat grote delen van de bevolking van een land betrokken was bij de christelijke kerk, werd het land beschouwd als een christelijk land. Door middel van wetgeving werden ook niet-christenen gedwongen tot een christelijke levensstijl. Het land werd als het ware gezien als een voorbode, ja als bruggenhoofd van Gods Rijk, dat door de inspanningen van de christenen zou groeien. Door christelijke politiek en allerlei christelijke organisaties zou uiteindelijk alle tegenstand overwonnen worden en Gods rijk zou de aarde vervullen. Dan hoefde Christus alleen nog maar te komen om de koninklijke waardigheid in ontvangst te nemen. Maar wat is eigenlijk God plan? Wat is zijn methode?

Driemaal Goed Nieuws
In de Bijbel vinden we de boodschappen die God voor de aarde heeft. Sommige daarvan worden aangemerkt als “evangelie”, goed nieuws. Andere zijn niet echt goed nieuws. Zo wordt Gods spreken tot Abraham wel aangemerkt als evangelie 1, maar de woorden van God op de berg Sinaï is een harde boodschap: “Doe dat en leef” 2. Een boodschap die door ons zondige hart geen positieve uitwerking heeft 3.
In het Nieuwe Testament is sprake van drie ‘vormen’ waarin het heil geopenbaard wordt. Deze drie heilsboodschappen worden alle aangeduid als “evangelie”, maar moeten naar tijd en inhoud van elkaar onderscheiden worden.

Kort voor de verschijning van de Rechter der wereld laat God op indringende wijze het eeuwige evangelie verkondigen 4. Bij de verschijning van Jezus zal niemand kunnen zeggen nooit van Hem gehoord te hebben. Dit evangelie doet een beroep op het verstand van de mens, dat God hem gegeven heeft om uit de zintuiglijke waarneming van de schepping de conclusie te trekken, dat er een Schepper is 5. Het stelt een minimale eis aan de mens, die echter verleid is en wordt om in plaats van de Schepper de schepping of het schepsel te vereren 6.
Johannes de Doper en de Heer Jezus zelf verkondigden het evangelie van het Koninkrijk. Dit rijk, met Jeruzalem als wereldhoofdstad, was door de wet en de profeten aangekondigd 7. Johannes de Doper bereidde de komst van deze Koning door zijn boeteprediking voor. De Zoon van God, Jezus, verkondigde, zij het als de nog verborgen, maar toch al aanwezige Koning, dat de aanvang van dit Koninkrijk zeer nabij was. Ja, in zijn persoon was toen dat koninkrijk midden onder de Joden. De Heer Jezus wendde zich uitdrukkelijk tot Israël en gaf ook zijn discipelen de opdracht om aan Israël deze boodschap van het komende koninkrijk te verkondigen 8. In dat rijk wenden de heidenen zich tot de Joden om aan het heil deel te krijgen 9. Dat rijk komt pas, als de Koning uittrekt om alle vijanden te overwinnen.
De apostelen van Jezus verkondigden in eerste instantie waar zij ook kwamen in de synagogen het evangelie van het Koninkrijk 10. Maar Paulus was geroepen om het evangelie van Gods genade 11 te prediken aan alle volken 12. Joden en heidenen worden door dit evangelie, dat Paulus ook wel aanduidt met de woorden: “mijn evangelie” 13, is een plan, dat eeuwenlang in God verborgen is gebleven, om aan Joden en heiden op gelijke wijze het heil aan te bieden, zodat Joden op dezelfde manier behouden worden als heidenen 14.

Elk evangelie op zijn eigen tijd
Nu is het voor ons van belang om te weten wat Gods boodschap voor de tegenwoordige tijd is. Het eeuwige evangelie wordt kort voor Jezus’ terugkeer verkondigd.
Het evangelie van het koninkrijk werd door Johannes de Doper, Jezus en zijn apostelen verkondigd. Maar nadat de Joodse natie ook het getuigenis van de Heilige Geest over Jezus verwierp, en de leidslieden van de Joodse gemeenschappen in de verstrooiing de beslissing van de oudsten en de priesters te Jeruzalem onderschreven, werd deze bediening onderbroken. Het slot van het boek Handelingen concludeert, dat het heil (zij het in een tot dan toe onbekende vorm) voor alle volken bestemd is 15. Maar in de tijd van Jacobs benauwdheid zal deze boodschap opnieuw verkondigd worden 16. Het gelovig overblijfsel uit Israël zal zich dan aan deze opdracht wijden en met buitengewone gevolgen dit evangelie van het Koninkrijk verkondigen - geheel naar de oudtestamentische beloften en de woorden van de Heer Zelf. Hele ‘volken’ zullen tot discipelen gemaakt worden. Dit evangelie heeft tot doel het volk Israël gereed te maken om als Gods boodschapper onder de volken te functioneren 17 om vele volkeren binnen te leiden in Gods Rijk.
Maar vanaf het moment dat het heil Gods aan de heidenen gezonden werd, wordt het evangelie van de genade wereldwijd bekend gemaakt. Daarbij wordt het heil aangeboden aan Joden en heidenen zonder onderscheid. En ook tussen gelovigen uit de Joden en de gelovigen uit de heidenen is geen onderscheid meer. Niet Jeruzalem is de centrale plaats, maar de persoon van de Heer Jezus Zelf. We mogen in gebed rechtstreeks tot zijn hemelse troon naderen en Hij is aanwezig waar twee of drie personen in zijn Naam samen zijn.
De Heer Jezus heeft gezegd, dat Hij na zijn dood en opstanding zijn gemeente zou gaan bouwen. Een gemeente van “uitgeroepenen” uit alle volken. Dat deed Hij niet alleen door apostelen en profeten, maar Hij zette daarvoor alle gelovigen in.

Onze opdracht
Nu we deze verschillende facetten van Gods spreken onderscheiden, kunnen we ook onze eigen opdracht ontdekken.
Vandaag de dag bouwt God niet aan zijn koninkrijk op aarde. Dat komt als Hij komt! En dan komt het op de manier die de profeten voorzegden. Maar nu is Hij bezig de gemeente te formeren. Hij is bezig burgers van een rijk in de hemelen te rekruteren, die als vreemdelingen in vijandig gebied zullen leven. Met één doel: doorgeven wat ze ontvangen hebben.
Als we niet dezelfde vergissing willen begaan als Mozes, geven we niet onze grootste inspanning aan het kerstenen van ons land, maar aan het winnen van mensen voor Jezus. Dat gaat niet het meest effectief door allerlei organisaties, hoewel die voor allerlei praktische zaken handig en noodzakelijk zijn. Het meest effectief is het, als ons leven de kenmerken draagt van dat hemelse rijk, dat toekomstige rijk. Want dat wordt vandaag de dag alleen zichtbaar in rechtvaardigheid, vrede en blijdschap 18; in kracht, liefde en bezonnenheid door de Heilige Geest 19.
Zijn dat de sterkste eigenschappen van ons als christenen?

Roeland Klein Haneveld

Noten
1 Galaten 3:8
2 Galaten 3:12
3 Romeinen 3:20
4 Openbaring 14:6,7
5 Psalm 19:1-6; Romeinen 1:19vv
6 Romeinen 1:21vv
7 Bijv. in Psalm 2:6vv; Jesaja 9:6; Micha 5:1
8 Mattheüs 15:24; 10:5
9 Zacharia 8:23
10 Vgl. Handelingen 20:25
11 Handelingen 20:25
12 Handelingen 9:15
13 Romeinen 2:16; 16:25
14 Handelingen 15:11
15 Handelingen 28:28
16 Mattheüs 24:14
17 vgl. Zacharia 8:23
18 Romeinen 14:17
19 2 Timotheüs 12:17