Anno Domini 2012

Feike ter Velde • 88 - 2012 • Uitgave: 1
Een rampjaar?

Dat 2012 als rampjaar te boek staat, komt misschien vooral door de publicaties van de occultist José Arguëlles (1939). Hij baseerde zijn opvattingen op de Maya-kalender, een heidense cultuur in Zuid-Amerika, met een godheid die Quetzalcoatl heette, een gevederde slang. De Maya’s en de Azteken offerden mensenharten, die bij het leven uit het lijf van de slachtoffers werden gerukt, aan de goden, om het vergaan van de wereld te voorkomen. In kringen van New Age worden deze middeleeuwse Zuid-Amerikaanse culturen als hoogstaand betiteld. Het was echter een zeer wrede cultuur, waarin massaal mensenoffers werden gebracht. Desondanks populair in onze cultuur.

José Arguëlles werd vooral op het spoor van de Maya’s gezet door een andere occulte schrijver, Tony Shearer, die in 1971 een boek schreef over de (weder)komst van de heidense godheid, waarna een nieuwe tijd zou aanbreken. Door deze insteek vond dit alles goede aansluiting bij New Age, de religie van de nieuwe tijd. In korte tijd werden de opvattingen wereldwijd verspreid en geloofd, vooral ook in de jongerenwereld, de computergeneratie. Er werden allerlei boeken geschreven en films gemaakt over dit populaire thema: het vergaan van de wereld.
Alle religies houden zich bezig met het einde der tijden. Sektes doen dat soms op heel uitgesproken en extreme manieren, kortom het is een breed onderwerp. Het einde van de Maya-kalender op 20 december 2012 werd geïnterpreteerd als het einde der tijden en zo ging het de wereld in. Later werden deze beweringen weer bijgesteld of ontkend. Toch bestaat er grote onzekerheid over de toekomst in het algemeen en het jaar 2012 in het bijzonder. Men lijkt aan te voelen dat het niet goed zit met onze toekomst.

Dat de somberheid overheerst, komt natuurlijk in de eerste plaats door de sombere economisch en financiële vooruitzichten. De enorme schuldenberg van Europese landen en de Verenigde Staten en daarmee een grote druk op de groei van de economie, is een bijna onoplosbaar probleem. Het redden van de euro is prioriteit nummer één van onze regeringsleiders. Het wankelen van enkele van de zwakste Europese landen zoals Griekenland, Spanje, Portugal en Italië, zorgt voor groeiende instabiliteit in heel de eurozone. Voor die landen wordt geld lenen op de kapitaalmarkt steeds duurder en straks onmogelijk.
Het ineenstorten van hun economie en het omvallen van hun bankenstelsel zou ook de rest van Europa in een zwart gat trekken. De financiële systemen zijn nauw met elkaar verweven en kunnen niet worden losgekoppeld. Iemand gebruikte het voorbeeld van een door elkaar geklutst eitje. Je kunt de dooier daar nooit meer uithalen. Een opmerking van mensen als: laat die landen die het zo slecht doen toch in hun eigen sop gaarkoken, is daarom geen optie! Dat zou het domste zijn wat Europa zou kunnen doen. We moeten er gezamenlijk uitkomen. Of dat gaat lukken hangt ook samen met het vinden van een nieuw en werkbaar financieel stelsel.
En dan natuurlijk bezuinigen. De regeringen van alle Europese landen moeten fors bezuinigen om terug te keren naar een gezonde financiële situatie. Overheden hebben hun inkomsten vooral van belastingen. Die belastinginkomsten lopen terug bij een mindere groei, of een krimp(!) van de economie. Dat is voor 2012 ook in ons land het geval. De bezuinigingen van 18 miljard door het huidige kabinet lijken bij lange na niet voldoende. Daar moet nog tussen de 5 en de 10 miljard bij. Dat gaat iedereen pijnlijk voelen. Dus we moeten allemaal op de huishoudelijke uitgaven bezuinigen. Daar moet iedereen voor zichzelf creatief in worden.
Niemand weet hoe lang de crisis gaat duren en dat maakt mensen vooral somber. In landen als Griekenland is dat dramatisch, maar ook bij ons wordt het zeer voelbaar. We hebben allemáál op te grote voet geleefd. De regels die gelden sinds de komst van de euro, zijn door bijna alle eurolanden met voeten getreden. We bleven maar te veel uitgeven in de hoop op economische groei, waardoor we het weer zouden inhalen. Maar die groei kwam niet en is nu helemaal stilgevallen. Het roer moet dus om. In dit opzicht is 2012 misschien wel een rampjaar te noemen. We moeten vrezen dat het ná 2012 niet onmiddellijk beter zal worden. Misschien nog wel veel slechter. En wat dan?

Als Europa financieel onbestuurbaar gaat worden, wordt de roep om een sterke man alleen maar luider! Dan moeten landen delen van hun zeggenschap over begroting, belasting, pensioenregelingen, etc. allemaal uit handen geven aan technocraten in Brussel en Straatsburg. Niet gekozen bestuurders, maar technocraten gaan dan namelijk de dienst uit maken. De dictatuur neemt het dan over van de democratie in Europa. Dat is in feite in Griekenland en Italië reeds het geval! Dit zou zo maar de wegbereiding van de antichrist kunnen zijn, want die is zeker onderweg in dit Europa, dat steeds meer de trekken krijgt van het herstelde Romeinse Rijk van tweeduizend jaar geleden. Komt er namelijk geen oplossing voor de problemen, van welke kant dan ook, dan ligt de weg open voor grote sociale onrust, enorme demonstraties, anarchie en oorlog. Aan zo’n scenario wil niemand denken.

De woelige politieke ontwikkelingen in Europa staan niet op zichzelf. Ook de Verenigde Staten moeten het enorme schuldenprobleem oplossen. Aan dit fenomeen hangt voor een groot deel de hele wereldeconomie. Makkelijke oplossingen zijn hier ook niet in zicht. Het steeds verder terugvallen van de Verenigde Staten als wereldmacht heeft op den duur ook grote gevolgen voor Europa. Amerika als democratie is voor Europa politiek onmisbaar. Cultureel horen Amerika en Europa bij elkaar. Ondoordachte politieke stappen in deze woelige wereld moeten derhalve niet plaatsvinden. Want ook de islamitische wereld is volop in beroering.
We spraken in 2010 van een Arabische lente, maar dit jaar zetten de politieke commentaren in op een Arabische winter. En die aanduiding lijkt juister. In Egypte vonden verkiezingen plaats en de fundamentalistische islamieten wonnen met overmacht, evenals in Tunesië. De geluiden anti-Israël waren dan ook niet van de lucht. De spanningen stijgen daardoor in het Midden-Oosten en rond Israël. In 1991 won in Algerije op democratische wijze het Islamitische Reddingsfront de verkiezingen en de hele wereld keek verbijsterd toe. Door een ingrijpen van het leger werd deze extreme moslimpartij buitenspel gezet. Jarenlang moordden zij hele dorpen uit, mannen, vrouwen, kinderen, niemand werd ontzien.
Nu zijn in Egypte mensen, vanuit een aantal islamitische partijen, maar met dezelfde politieke kleur, aan de macht met 61 % van de stemmen. Eén van de partijen, Jamaat al-Islamiyya, is verbonden aan Al-Qaida. De meest conservatieve partij, de Salafisten, die 24% van de stemmen kreeg, wil zo snel mogelijk een referendum over het vredesakkoord met Israël, terwijl de moslimbroederschap het vredesakkoord op verschillende punten zegt te willen wijzigen. Samen hebben deze partijen dus 61% van de zetels in het parlement en zijn dus oppermachtig om een islamitische republiek te scheppen. Hoe het lot van christenen in Egypte dan wordt laat zich raden. De vrede met Israël staat nu al op losse schroeven. De Verenigde Staten, die jaarlijks honderden miljoenen dollars in Egypte hebben gepompt, kijken vooralsnog toe, zij het met grote zorgen.
De vrees bestaat dat ook de fundamentalisten in Marokko uiteindelijk de grootste politieke stroming zullen gaan worden, evenals in Libië, waar dictator Khadaffi met behulp van NAVO-bommen is verdreven. Deze dictators, ook Moebarak in Egypte, zorgden voor stabiliteit. Die is nu definitief weg. De achtertuin van Europa, namelijk Noord-Afrika, ziet er erg duister uit.

De Arabische ‘lente’ was een aanduiding van politieke dagdromers hier in het Westen, die maar niet overtuigd willen raken van het gevaar van de politieke islam. Zij denken met het uitdelen van bonbonnetjes mensen te winnen voor gematigde politieke standpunten. Voor wat de islam betreft is dat meer dan onnozel en politiek niet ongevaarlijk. De islam is een woestijnreligie met een zeer grote ongeletterde massa, maar met als harde kern een goed gestructureerde politieke elite, die de massa weet te manipuleren. Deze elite beroept zich wel op de religie, maar heeft daar zelf weinig boodschap aan. De ontmaskerde dictators, zoals bijvoorbeeld Khadaffi en zijn zonen, hielden van ruige feesten met veel vrouwen, hoeren uit het Westen, ook uit Nederland en vooral met veel drank en drugs. De talrijke sjeiks en prinsen van Saoedi-Arabië houden ook van feesten. Ze verdrinken bijna in de oliedollars, hebben grote plezierjachten op de Middellandse Zee en struinen de Westerse havenplaatsen af op zoek naar nieuw avontuur.
Inmiddels is politiek links in Europa, ook in ons land, te naïef om het gevaar te zien van de politieke islam, die in de verzwakking van Europa, nu mede dankzij de kredietcrisis, grotere kansen zien. De uit Iran afkomstige Tariq Ramadan was lange tijd dé knuffelmoslim van Partij van de Arbeid en GroenLinks, die grote kansen kreeg voor zijn propagandaverhalen o.a. aan de Erasmus-universiteit van Rotterdam. Als je goed luisterde, hoorde je wat de man bezielde, namelijk de meest fundamentalistische islam denkbaar. Alleen, hij droeg een stropdas en een strak, westers kostuum. Meer was niet nodig om zijn bedrog te camoufleren voor de intellectuele elite van onze havenstad. In deze onverantwoordelijke houding is nog niets veranderd.

Stel, er komen in 2012 nieuwe verkiezingen, wat heel goed denkbaar is. De grote economische en financiële problemen van ons land en van Europa zijn op dit moment bijna onoplosbaar. De roep van de straat is om meer linkse politiek, die zegt de portemonnee van de armsten te willen ontzien. Welk politieke klimaat staat ons dan te wachten? Wordt 2012 een rampjaar? In ieder geval dienen christenen hun ogen op te houden en te leven naar Gods geboden, in heiligheid en reinheid en in de wetenschap: Jezus komt! Daarom zijn de ontwikkelingen net zo veel ‘tekenen van de tijd’.

Feike ter Velde