Beelden van de Gemeente in het Nieuwe Testament (3) Bruid van Christus

dr. Theo J.W. Kunst • 82 - 2006/07 • Uitgave: 10
Wat is de kerk? Als je mensen op straat deze vraag stelt, wijzen ze naar een gebouw. Maar de gemeente van Jezus Christus is niet van steen! We hebben gezien dat de gemeente het volk van God is. Ook zagen we dat de gemeente Lichaam van Christus wordt genoemd. Dit beeld spreekt van de geestelijke eenheid die er is tussen Christus, het Hoofd, en de gelovigen, de leden, en tussen de gelovigen onderling. Ook leert dit beeld ons dat het de bedoeling is, dat de gemeente als een geestelijk lichaam functioneert en groeit. Het beeld van de gemeente als Bruid van Christus spreekt vooral van de liefdesrelatie, die er bestaat tussen de Bruid en haar Bruidegom. We zijn gewoon om bij dit beeld aan individuele gelovigen te denken, en dat mag ook wel, maar het slaat toch in de eerste plaats op de gemeente. We willen nu de teksten over de “bruid van Christus” gaan bestuderen:

2 Korinte 11:2.
Letterlijk staat hier: “Want ik heb jullie uitgehuwelijkt aan één man om een reine maagd voor Christus te stellen.” Paulus ziet zichzelf hier als een vader, die zijn dochter heeft uitgehuwelijkt aan Christus. Hij heeft haar verwekt door het Evangelie (vgl. 1Kor 4:15/ 2Tim 1:2/ Filemon 10).

Efeze 5:22-33.
Deze verzen laten zien wat Christus voor de gemeente is en doet:
1. Hij is het Hoofd van de gemeente (vers 23). Hij heeft een permanent geheim ‘telefonisch’ contact met de gemeente. Want de Geest van Jezus woont in haar (1Kor 3:16). Door Zijn Geest in Zijn dienstknechten spreekt Hij tot haar. En Zijn Geest woont ook in elke individuele gelovige (1Kor.6:19).

2. Hij houdt de gemeente in stand. Letterlijk staat er: “Hijzelf is de Redder, de Verlosser van het lichaam.” Hier rijst de vraag: “Hoe doet Hij dit?” Er zijn meerdere antwoorden:
a) Hij is de goede Herder, die ons leidt door het leven.
b) Hij zal ons ook behouden doen aankomen in Zijn Koninkrijk.
c) Hij zorgt dat het werk op aarde doorgaat: de poorten van het dodenrijk zullen de gemeente niet overweldigen (Matt. 16:18). Denk aan Paulus, de opvolger van Stefanus (Hand.7:58-8:1; 9:1-6)!

3. Christus heeft Zijn gemeente liefgehad (vers 25). Niet omdat ze zo liefdevol was (Rom. 5:8), maar om haar liefdevol te maken! Daarom heeft Hij Zich voor haar overgegeven met een bepaald doel:
a) om haar te heiligen d.m.v. reiniging door het waterbad met het Woord (vers 26);
b) Zelf de gemeente voor Zich te plaatsen: stralend, zonder vlek of rimpel, of iets dergelijks, met als resultaat: de gemeente is heilig en onbesmet (vers 27).

4. Christus voedt de gemeente. D.w.z. Hij onderhoudt haar! Ook koestert Hij haar. Dit werkwoord betekent het warm houden van de relatie, tedere liefde bewijzen (vers 28-29). Hieruit blijkt Zijn voortgaande liefde. Hoe doet Hij dat? Hij is door Zijn Geest levend verbonden met de gemeente. Zo kan Hij werken in haar. Verder door de genadegaven, bedieningen en werkingen van de Geest (1Kor. 12:4-7), die Hij geeft tot welzijn van allen.

5. Het huwelijk is een voorafschaduwing van de relatie tussen Christus en de gemeente (vers 31-32). Paulus beschrijft het één vlees worden in het huwelijk van man en vrouw als een groot geheimenis: zo is de relatie tussen Christus en de gemeente: een geestelijke eenheid (vgl. 1Kor. 6:16-17). Vandaar, dat het zo belangrijk is in de gemeente om de eenheid van de Geest te bewaren (Ef. 4:3).

Waar loopt dit alles op uit? Wat is de bestemming van de bruidsgemeente? Wat voor toekomst wacht haar? De teksten uit het boek Openbaring geven hierop antwoord.

Openbaring 19:7,9
Hier zien we in een profetisch vergezicht de vrouw van het Lam (vers 7) in de hemel (vers 1). Haar worden prachtige klederen ‘gegeven’ (vers 8; vgl. Ef. 2:10!), want de bruiloft gaat nu gevierd worden. Dan zullen alle kinderen van God aan Jezus gelijk zijn (1Joh. 3:2). Jezus zal dan verheerlijkt worden in Zijn heiligen en met verbazing aanschouwd worden in allen, die tot geloof gekomen zijn (Tess. 1:10)!

Openbaring 21:2,9
Na de bruiloft en na het 1000-jarig Vrederijk (Op. 20) ziet Johannes de heilige stad, een nieuw Jeruzalem, neerdalend uit de nieuwe hemel op de nieuwe aarde, getooid als een bruid, die voor haar man is versierd (vers 2; vgl. Jes. 61:10). Dan, in vers 9, wil een engel aan Johannes de bruid, de vrouw van het Lam, laten zien. Hij neemt dan Johannes mee in de geest en toont hem de heilige stad, Jeruzalem (vers 10). Kennelijk is deze stad de woonplaats van de bruid op de nieuwe aarde. In deze stad woont de Here God Zelf en het Lam, de Here Jezus Christus (21:22). We komen in deze stad Israël en de Gemeente samen tegen (vgl. vers 12,14). Eindelijk zijn ze verenigd en is Gods plan voltooid!

Openbaring 22:17
Tenslotte keert het boek Openbaring weer tot de gewone werkelijkheid terug. Er wordt een vriendelijke uitnodiging gedaan door de Geest en de bruid, de gemeente, aan een ieder die dorst heeft, om te komen. En wie wil, mag van het water van het leven gratis nemen! Vgl. Op. 21:6 en Jes. 55:1-3.

ELK DIE WIL MAG KOMEN!

Dr. Theo J.W. Kunst