Betsaleël

Gieneke van Veen-Vrolijk • 81 - 2005/06 • Uitgave: 16
Ditmaal wil ik met u stilstaan bij de naam van een man met een bijzondere roeping en bediening in de dienst van de Here God: Betsaleël. Dit is een veelzeggende naam, die letterlijk betekent: ‘in de schaduw van God’.
De naam ‘Betsaleël’ omvat de Hebreeuwse woorden ‘be’ (= in), ‘tsel’ (= schaduw), ’el’ (= God).
De Here gaf Betsaleël zeer belangrijke opdrachten en verantwoordelijke taken betreffende de tabernakelbouw (Ex. 31:2a; 35:30; 36:1a). Betsaleël was een begaafd, kunstzinnig man met grote talenten. Niet voor niets is een beroemde Israëlische kunstacademie naar hem genoemd. Maar het belangrijkste is dat zijn leven van toewijding aan God en zijn inzet van de ontvangen gaven in Zijn dienst, ons een diepe geestelijke les leert. Dienstbaar zijn voor God… Betsaleël leefde in overeenstemming met de betekenis van zijn naam, ‘in Gods schaduw’, en bij die inhoudsvolle naam werd hij door God geroepen: “Ik heb bij naam geroepen…”.
Betsaleël, de kunstenaar in Gods schaduw, diende God met zijn talenten en onderwees hierbij ook anderen (Ex. 35:34). Dit onderricht lag niet louter op kunstzinnig gebied, maar ook in de geestelijke lessen van het dienen van God, blijvend in Hem. Ook ons wordt vandaag deze actuele les voorgehouden: (ver)blijven in de schaduw van God, in Zijn bescherming, om Hem zo te kunnen dienen met de gaven die Hij een ieder geeft.

Centraal staat in de naam Betsaleël het Hebreeuwse woord ‘tsel’ (= schaduw).
Dit woord wordt in algemene zin gebruikt, zoals in 2 Kon. 20:9-11; Jes. 38:8.
Maar ‘tsel’/schaduw heeft met betrekking tot God vooral de bijzondere betekenis van bescherming tegen kwaad en gevaar. In die zin duidt ‘tsel’/schaduw op de bijstand, bescherming, schuilplaats die God biedt. De Psalmen leren ons te schuilen “…in de ‘tsel/schaduw’ van de Almachtige…” (Ps. 91:1). Gods ‘tsel/’schaduw behoedt, leidt ons... Hij is de ‘tsel’/schaduw aan onze rechterhand…(Ps. 121:5). Verborgen in Zijn ‘tsel’/schaduw mogen wij zingen (Ps. 63:8) en weten dat slechts bij Hem eeuwige bescherming is (Ps. 17:8; 36:8; 57:2).
Is er een betere plaats denkbaar voor Gods kinderen? Blijf altijd ‘betsaleël’!

Dr. Gieneke van Veen-Vrolijk