Bij de wilde beesten af!

Roeland Klein Haneveld • 81 - 2005/06 • Uitgave: 13
Wie het nieuws een beetje bijhoudt, weet dat er meer dan ooit gesproken wordt over normen en waarden. Maar tegelijkertijd lijkt ons land en de hele wereld vol agressie en haat te zitten. De dromen die Daniël als bejaarde ontving, toen hij al door koning Belsassar op een zijspoor gezet was, laten de samenleving zien als een verzameling beesten.

Vier dieren
Het visioen van hoofdstuk 7 is een angstaanjagend visioen van 4 dieren: leeuw, beer, luipaard en een dier waarvoor geen naam is. Deze komen uit de zee, die dikwijls een metafoor is om de volkenwereld voor te stellen1. Net als in hoofdstuk 2 gaat het hier ook om koningen en/of koninkrijken2. Het ligt dan ook voor de hand om aan dezelfde naties te denken als in hoofdstuk 2, met dien verstande, dat Babel z’n tijd bijna gehad heeft en alleen terugblikkend beschreven wordt. Babel wordt in de profetie van Jeremia voorgesteld als een leeuw3, Nebukadnessar en zijn legermacht worden voorgesteld als een arend4. En de gevleugelde leeuw is door archeologen in Irak, veelvuldig gevonden als een symbool van de grootheid van Babels koningen. Dat de leeuw een menselijke geest kreeg zou kunnen duiden op de genezing, zo u wilt: bekering, van Nebukadnessar5. Het volgende rijk, Medo-Perzië6, wordt uitgebeeld door een beer. De uitdrukking: “Eet veel vlees” zou kunnen duiden op de enorme omvang van de Perzische legers, een nogal logge macht.Het derde rijk in de rij, Griekenland7, wordt uitgebeeld door een vliegend luipaard met vier koppen. Het is een rake typering van het snelle en doel-gerichte leger van Alexander de Grote. Het rijk werd na de dood van Alexander bestuurd door zijn vier generaals, van wie de twee die het bewind over respectievelijk Syrië en Egypte voerden het belangrijkste zijn geworden.

Het laatste rijk, Rome, wordt gesymboliseerd door een monster. Van belang zijn de 10 horens, voorstellend 10 koningen, uit wie tenslotte, in de tijd van het einde, één heel boosaardige vorst voortkomt. Hij blijkt zich te ontpoppen als een grote tegenstander van God en een vervolger van de heiligen. Let op de tegenstrijdigheid in dit beest: het oogt als een mens, maar zijn woorden zijn grootspraak en zijn daden zijn beestachtig. Het is niet voldoende om de mond vol te hebben van de rechten van de mens. Zoals ook in hoofdstuk 2 naar voren kwam, blijkt ook hier weer, dat dit laatste rijk, maar ook de eerder genoemde rijken, op de een of andere manier blijven voortbestaan tot het einde8. En sporen daarvan vinden we tot op vandaag: astrologie (horoscopen) en astronomie zijn een uitvinding van de Babyloniërs, evenals de beginselen van de wiskunde. In Griekenland is de basis gelegd van de moderne krijgskunst en filosofie. Rome leeft voort in rechtspraak, godsdienst en wetenschap (Latijn!).

Drie beesten
Het lijkt misschien vreemd, dat de geschiedenis van de mensheid door zulke gewelddadige beesten wordt uitgebeeld. Nog merkwaardiger is het, dat deze oude profetie van Daniël dagelijks actueel is. De mensheid ontpopt zich geregeld als ongekend gewelddadig en vredesinspanningen lijken nauwelijks effect te sorteren.
De oorzaak daarvan vinden we in Openbaring 12 en 13, waar drie beesten figureren: de draak, een beest uit de zee en een beest uit de aarde. De identiteit van de draak is duidelijk – het is satan zelf. De andere dieren staan voor machthebbers op aarde en worden door hem gebruikt om de volkeren aan zich te onderwerpen. Het beest uit de zee vertoont alle kenmerken van de dieren uit Daniël, hetzelfde aantal koppen, hetzelfde aantal horens. En zijn uitwerking is even dodelijk.
Op dit moment wil ik niet ingaan op de precieze betekenis van deze beesten, maar alleen concluderen, dat het ons niet hoeft te verbazen als mensen en volkeren vol haat en geweld lijken te zitten. De aarde wordt geregeerd door de overste van deze wereld.

De Koning der koningen
Het blijkt echter in Daniëls visioen om veel meer te gaan, dan om een schildering van de opeenvolgende wereldmachten. Boven die machten staat een hogere autoriteit: de “Oude van dagen”. Komt hier de voorstelling vandaan van God als een oude man, een beetje sullig, dat vaak gebruikt wordt om ‘geloven’ voor te stellen als iets dat alleen bij ‘sullige’ mensen past? Maar de uitdrukking “Oude van dagen” betekent zoveel als “de Eeuwige”. Zijn witte haar is een teken van wijsheid (zoiets als bij Engelse rechters), zijn witte kleed symboliseert zijn heerlijkheid, zijn vurige troon is een aanduiding van zijn gerechtigheid. Hij spreekt recht over de koningen der aarde. Hij vergeet zijn volk, zijn kinderen niet!
Vóór Hem verschijnt nog iemand, als een mensenzoon, op de wolken. In hoofdstuk 2 was sprake van een steen, die zonder toedoen van mensenhanden was afgehouwen en de gehele aarde vulde. Daar lag de nadruk op Gods Koninkrijk. Hier wordt Gods Koning naar voren geschoven. In het licht van het Nieuwe Testament herkennen we Hem. Gebruikte de Heer Jezus niet graag de titel “Zoon des mensen”? En Johannes roept in zijn profetie uit: “Zie, Hij komt met de wolken!”9.
Hem wordt een eeuwig koningschap gegeven en Hij deelt zijn macht en heerschappij met de heiligen van de Allerhoogste. In het gedachtegoed van Daniël is dat het volk Israël. In het licht van het Nieuwe Testament horen daar de christenen bij.
Onderweg in vijandelijk gebied Dit visioen leert ons, dat er tot de komst van de Mensenzoon geen einde komt aan de verdrukking van Gods volk, ook al wisselen koningen en koninkrijken elkaar op het wereldtoneel af. Alle aardse machten zijn uiteindelijk tegen Gods volk gericht, omdat ze onderworpen zijn aan de overste van deze wereld. Het is een voorrecht, dat we nu in een vrij land wonen en vrijelijk de Allerhoogste kunnen dienen. Maar dat is niet vanzelfsprekend en we moeten niet verbaasd zijn als dat ooit zou veranderen. We leven in vijandelijk gebied!

Toch is de macht van de aardse machthebbers beperkt. Daniël laat net als andere profeten zien, dat Babel geoordeeld wordt omdat het niet Gods opdracht uitvoerde, maar zich in Gods plaats stelde. Dat is een troost voor hen die zuchten onder welke verdrukking dan ook: we worden niet boven vermogen verzocht10.
Spurgeon zei: Ik lees de krant om te zien hoe God de wereld bestuurt. Weliswaar schrijft de Bijbel niet in details de algemene geschiedenis, maar ze toont wel de hoofdlijnen waarlangs deze zich ontwikkelt. Daarom putten degenen die deze dingen zien gebeuren, extra moed, omdat ze weten, dat de verlossing genaakt: hoe zwaar ook, de vervolging is een lichte last van een ogenblik11. Die hoop doet al ons leed verzachten!

En wij?
Hoewel het niet direct van belang is voor de inhoud van het visioen, is het toch goed om eens even – met één oog op onszelf gericht – op de persoon Daniël te letten.
Hij ontving dit visioen terwijl hij op bed lag. De indruk bestaat, dat hij ongerust was, zoals eerder koning Nebukadnessar12. Was hij, omdat hij wist dat Babels einde nabij was13, ongerust over Babel en zijn inwoners? Hij had zich immers eerder ook over Nebukadnessar bezorgd getoond.
Of keek hij uit naar de toekomst van zijn volk? Na zeventig jaar zou er immers wel eens een einde kunnen komen aan de ballingschap en de verdrukking14? Dat houdt in elk geval in een volgend hoofdstuk zijn gedachten bezig.
Of voelde hij zijn einde naderen en was hij ongerust dat er na hem niemand was die voor Gods volk op de bres stond? Want die taak had hij, getuigen hoofdstuk 9, op zich genomen.
Wat houdt ons in deze tijd (de eindtijd?) het meeste bezig?

Roeland Klein Haneveld

1 Jesaja 17:12,13; 57:20,21
2 Daniël 7:17
3 Jeremia 4:7; 5:6
4 Ezechiël 17:3,12; Habakuk 1:8
5 Daniël 4
6 vgl. Daniël 8:20
7 vgl. Daniël 8:21
8 Daniël 7:12
9 Openbaring 1:7
10 1 Corinthiërs 10:13
11 2 Corinthiërs 4:17
12 Daniël 2:29
13 Jeremia 25:12
14 Jeremia 29:10; 2 Kronieken 36:21