De Bergrede (3)

Henk Schouten • 82 - 2006/07 • Uitgave: 2
Wanneer we de lessen van Jezus in de bergrede volgen, dan zitten we midden in een heftig debat met de Farizeeën en de schriftgeleerden. Naar de mens gesproken, getuigt hetgeen Jezus zegt, van grote moed, de schriftgeleerde zal het als brutaliteit ervaren hebben. De dingen die Jezus hen en ons voorhield en houdt zijn echter lessen tot heil, van Godswege. De conclusie van de schare toen en van ons vandaag kan niet anders zijn dan, zoals we in Matt. 7:29 lezen, “Hij leerde hen als gezaghebbende en niet als hun schriftgeleerden.” De boodschap van Jezus is radicaal, vooral radicaal anders.
Wat te denken van de zin: “Laat uw linkerhand niet weten wat uw rechter doet, opdat uw aalmoes in het verborgene zij en uw vader die in het verborgene ziet, zal het u vergelden” (Matt. 6:4). Dat is heel anders dan de sommen geld die vandaag voor charitatieve doeleinden via de TV omwille van de sluikreclame gedoneerd worden.

Zo is er ook een goede en een verkeerde manier van bidden. Het gaat er niet om dat we in het openbaar met een veelheid van woorden onze bidcultuur demonstreren. De binnenkamer is de plaats voor gebed. Het gaat niet om veelheid van woorden, geen ‘christelijke’ mantra’s, eindeloze loze herhalingen. Gebed mag niet een demonstratie van geestelijk leven beogen, wie dat zo meent, demonstreert juist erg ongeestelijk te zijn. Het gebed is ook niet een magisch middel waar God mee gemanipuleerd zou kunnen worden. Gebed is een uitdrukking van een relatie.

Jezus geeft vervolgens een voorbeeld, we spreken meestal over het ‘Onze Vader’. Hiermee laat de Here Jezus ons een gebed zien dat aangenaam is bij God en ook een gebed dat door God beantwoord zal worden. Het gebed moet beginnen met de erkenning dat God groot en machtig is. Het unieke van God moet onderstreept worden en daarmee is direct onze plaats ten opzicht van God duidelijk. Dan gaat het gebed dat de Heer ons leert over in het belang
van de verkondiging van de hoop die er is, “Uw koninkrijk kome.” De bedoeling daarvan is duidelijk, heel de wereld, ieder mens moet gebracht worden tot aanbidding van God, dan kan Gods zegen, Zijn koninkrijk werkelijkheid worden. Pas daarna komen de persoonlijke noden van mensen naar voren, zoals de bede om het dagelijks brood ons leert.

In onze gebeden moeten we ons onze zonden bewust zijn en vergeving zoeken. We moeten ook zelf vergevingsgezind zijn jegens hen die ons onheus behandeld hebben. Het is duidelijk dat we aan de hand van dit voorbeeldgebed
van de Heer, veel kunnen leren voor wat ons persoonlijk gebedsleven betreft.

Het radicale van de boodschap van Jezus komt ook tot uiting, wanneer Hij over het vasten spreekt. We leven in een tijd, waarin het vasten steeds meer aandacht krijgt. Wil God dat we vasten en zo ja, hoe zouden we moeten vasten?
Belangrijke vragen die in het voortraject tot het vasten naar mijn idee nogal eens worden overgeslagen. De Here Jezus zegt hier in ieder geval wat behartenswaardig is. Het was bij de Farizeeën gebruik om zich bij het vasten zo te kleden en het gezicht zo op te maken, dat voor ieder duidelijk was, deze man vast en heeft het zwaar. De Heer stelt een heel ander vasten op prijs: Zalf je hoofd, was je fris. De mensen hoeven niet te weten of te zien dat je aan het vasten bent, want dan gaat het je ten diepste om eer van mensen. God heeft een heel ander puntensysteem. God ziet het hart aan en kijkt naar de innerlijke houding dus de werkelijke beweegredenen. Hij zal het u vergelden, dat wil zeggen, de beloning komt van Hem en dat is anders.dan de waardering die van mensen op onze uiterlijke houding komt.

Hoe iemands werkelijk geestelijke leven is komt ook tot uitdrukking in materiële kwesties. “Verzamelt u geen schatten op aarde” (Matt. 6:18). We leven in een materialistische tijd. Alles draait om geld en materieel gewin. Het rode potlood in het stemlokaal kruist meestal die partij aan waar we materieel gezien het meeste fiducie in hebben. Immateriële of geestelijke zaken doen in het verkiezingdebat nauwelijks mee. “Waar uw schat is zal ook uw hart zijn.” Dat zijn woorden die aankomen, het was schokkend voor de farizeeër, maar durven wij nog echt naar deze woorden van de Heer te luisteren en daar onze consequenties aan te verbinden? Opmerkelijk is dat de belofte die de Here Jezus hier bij geeft, verder reikt dan het koninkrijk dat voor de deur staat. Hier ligt de beloning niet in het aardse maar in het hemelse: “verzamelt u schatten in de hemel.” Af en toe lees ik van kerken die grote beleggingen hebben in aandelen van (bedenkelijke) multinationals. Ik kan me niet voorstellen dat zoiets heeft te maken met het verzamelen van schatten in de hemel. Maar hoe zit het met onze eigen beleggingen en investeringen?

Wanneer we ons vingertje langs de woorden van de Here Jezus laten glijden en wanneer we daar slechts kort meditatief naar luisteren, dan beseffen we dat de boodschap van Jezus indringend anders is dan die van de wereld. Niet alleen anders dan die van de wereld van de schriftgeleerden toen, ook heel anders dan de boodschap die alle dagen op ons afkomt. Naar welke boodschap zullen we luisteren? Je kunt niet God dienen en de Mammon. Wie is uw God? Jezus is radicaal!

Ds. Henk Schouten