De God van de Bijbel. Wie is Hij?

Feike ter Velde • 79 - 2003/04 • Uitgave: 24
Als we nu toch eens een God dienen die we zelf hebben geschapen? De God van ons religieuze voorstellingsvermogen, een afgod dus! Of de god van de cultuur, die gevormd werd door onze nationale geschiedenis? Of de god van onze kerkelijke traditie met haar gewoonten en rituelen? Of het gouden kalf van ons comfortabele leven en ons levensgevoel. En wee degene die dat beeld verstoort en die god ontmaskert als afgod. Steeds weer moet een gelovige naar de Bijbel terug en zichzelf vragen durven te stellen. Vooral deze vraag: God, Wie bent U?

Mensen oproepen terug te keren naar de Bijbel, die Bijbel zelf te lezen en zichzelf in dat bijbelse licht te bevragen is eigenlijk een riskante zaak. Kortgeleden meldde de kerkelijke pers dat, naar het oordeel van een theoloog, we thans leven in een tijd van analfabetisme, als het gaat om de Bijbel. Mensen kennen steeds minder van de Bijbel. Waarschijnlijk is dat dan ook de oorzaak van het feit, dat we het zicht op de God van de Bijbel aan het kwijtraken zijn. We zijn gevlucht in uiterlijkheden, vormen, kerkgebouwen en kerkrecht, vaste en vertrouwde klanken vanaf de kansel, die ons bevestigen in onze mening en vooral in ons eigen gelijk. Zolang dat niet wordt verstoord, voelen wij ons goed. Ondertussen zijn veel mensen op zoek geraakt. Niet weinigen hebben de laatste tientallen jaren de kerk verlaten, met alle veroordelingen die zij achter zich aan hebben gekregen. Hele families zijn daardoor uit elkaar geraakt. Jongeren zijn op zoek gegaan en proberen eigen vormen te vinden van de Godsbeleving. Kortom, er is behoorlijk wat verwarring. Het SoW-proces en de komende fusie van drie kerkelijke denominaties, in de Protestantse Kerk van Nederland (PKN) zal hierin weinig verandering brengen. En dat is zorgelijk.

Heeft Kuitert gelijk?
Dat is zorgelijk, omdat voor steeds meer mensen, deze eigengemaakte god voor anderen, b.v. voor je kinderen, niet acceptabel is. Dat betekent dat veel kinderen in of na de puberteit het geloof van de ouders zullen loslaten. Velen zijn aangesproken door de conclusie van Dr. H. Kuitert, dat "de mens er eerder was dan God" – met andere woorden: de mens heeft zich een God geschapen en niet andersom. Die ‘vondst’ in zijn theologie is de vrucht van jaren lang redeneren over God, zoals Hij beleefd wordt in de kerk, daarbuiten en in andere religies. Dat gaat niet van God uit, maar van de mens. Veel christelijke theologie op academisch niveau, is verworden tot het onderzoeken van de godsbeleving door mensen. Het is eigenlijk ‘antropologie’ geworden – dat is de ‘kennis over de mens’. En dan vooral de mens en zijn religie. Men komt dan ook tot de slotsom dat Allah van de moslims dezelfde is als de God van de Bijbel. Dat wordt nu ook binnen de kerk steeds meer gehoord. Men gaat niet meer uit van een onfeilbare Bijbel, waarin de levende God zichzelf bekend maakt, maar van geloofservaringen van mensen en culturen. Daarbinnen kan ieder mens zijn eigen god scheppen. Die god is door mensen gemaakt en dus had Kuitert daarin eigenlijk wel gelijk. Natuurlijk zegt hij wel iets anders te bedoelen, maar dat blijkt niet uit zijn redeneertrant, waarin hij zijn lezers meeneemt naar zijn einddoel: God bestaat niet. Hij is daarbij natuurlijk wel tolerant in die zin, dat hij niemand zijn geloof in God wil afnemen. Zelfs bepaalde geloofsgetuigenissen kunnen ook Kuitert ontroeren, zei hij in een televisiegesprek. De god van de mensen, de menselijke god, de afgod van onze tijd.

Vele gezichten
Die afgod, die menselijke god, heeft niet alleen een vrijzinnig gezicht. Hij kan net zo goed een orthodox of een evangelisch gezicht hebben. In de kerkstrijd in verleden en heden gaat het vaak om de tradities, het kerkrecht, de kerkelijke eigendommen en noem maar op. In die strijd moet alles uit de kast worden gehaald. De waarheid van de enig ware kerk – onze kerk – daar moet het omgaan. De gereformeerde kerkscheuringen van na de oorlog hebben niets dan schade opgeleverd. De ‘god van onze kerk’ spreekt veel jonge mensen niet meer aan. Ook veel van hun ouders zijn op drift geraakt en men schiet allerlei richtingen uit. Want die vermenselijkte god heeft niets te bieden. Zoekende mensen binnen de eigen kerk, lopen vaak op tegen vormen en tradities. Want alles moet blijven zoals het is. Er mag niets en niemand aan tornen. Je moet je er maar in aanpassen. Wie zwijgt mag meepraten. Maar voor kerken en kerkleiders is het van belang te erkennen,t dat de tijden veranderd zijn. Mensen zijn massaal weggelopen omdat ze geen heil vonden bij de eigengemaakte en vermenselijkte god. Veel leven nu volkomen in de wereld en als je ze er naar vraagt, dan missen ze niks. Het leven is veel makkelijker geworden. De zondagmorgen is nu voor de sportschool. Al dat gedoe en dat gekissebis hoef ik niet meer. Hier zijn mensen aan het woord, die òf een reformatorische kerk òf een evangelische groepering hebben verlaten en de god die daar werd verkondigd, met alle valse schijn die daarbij hoort. Ze voelen zich niet zelden bevrijd.

Er is hoop
Toch gloort er hoop, ook in de grote kerken. Ik las het volgende bericht: Het triomoderamen van de Samen op Weg-kerken verstuurt binnenkort tien boekenleggers en een leesgids naar alle plaatselijke kerkelijke gemeenten. Op de boekenleggers en op de voorkant van de leesgids staat het gebed "Kom, Heilige Geest, vernieuw uw kerk, vernieuw mijn leven". De leesgids biedt plaatselijke kerken en gemeenten de mogelijkheid, om drie weken, aan de hand van eenentwintig bijbellezingen, stil te staan bij het werk van de Heilige Geest. Het triomoderamen vraagt de leesgidsen en boekenleggers onder gemeenteleden te verspreiden. Extra leesgidsen en boekenleggers kunnen worden bijbesteld. In de brief die bij de boekenleggers en de leeswijzer is bijgevoegd, wordt nadere informatie over de kostprijs en bestelwijze verstrekt. Het initiatief wordt gedragen door de Dienstenorganisatie van de Samen op Weg-kerken in samenwerking met het Evangelisch Werkverband, de Confessionele Vereniging, het Confessioneel Gereformeerd Beraad en de Hervormde Bond voor Inwendige Zending.

Overal komt beweging en komt er een verlangen, uit de nood geboren, terug te keren naar de levende God en naar Zijn levend Woord. In dat Woord openbaart Hij wie Hij is en wat Hij doet, ook in onze wereld, onze kerk en ons persoonlijk leven. Te midden van alle strijd en moeite, mogen we ons ook verheugen en bidden om geestelijke vernieuwing en opwekking. Als de levende God ons gaat zegenen met een opwekking in de kerk komt ook de geestelijke eenheid terug die nu soms ver te zoeken is. Ds. W. van Vlastuin (Katwijk) schrijft in zijn prachtige boekje over opwekking: "Daarom is op geen enkele wijze te verdedigen dat wij zo gescheiden optrekken…! Laten we bovendien bedenken dat in de hel gelachen wordt bij iedere scheuring". Nu de fusie van kerken ophanden is in de PKN, die spanning veroorzaakt bij anderen, is dit een woord dat ter harte genomen zou moeten worden. Geen scheuring, wel opwekking, zodat de God van de Bijbel zichtbaar wordt in een levende en bloeiende kerk.

Feike ter Velde