De nieuwe hemel en de nieuwe aarde

ds. Jac. Schouten • 78 - 2002/03 • Uitgave: 24
Het is met een zekere schroom dat we dit onderwerp tegemoet treden. Een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Onze gedachten gaan uit naar de eerste woorden die we in de Bijbel tegenkomen: "In de beginne schiep God de hemel en de aarde'. En God zag dat het goed was. Wat is er met die hemel en met die aarde gebeurd dat deze nieuw moeten worden. Vanuit de Schrift wordt het ons duidelijk. En in het laatste bijbelboek gaan we zien waarom en waartoe dit alles moest geschieden.

Waarom de eeuwige Godszoon zijn heerlijkheid moest verlaten om naar deze koude en dorre aarde te komen. Hij heeft de hemel verlaten om voor de mensen schuld en zonde op Zich te nemen en voor heel de schepping een groot en machtig herstel aan te brengen. Daarom een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. In die prachtige woorden zien wij het grote doel van het totale verlossingswerk.

In 2 Petrus 3 vs. 10 lezen wij het zo treffend;
"Op die dag zullen de hemelen met gedruis voorbijgaan en de elementen door vuur vergaan, en de aarde en de werken daarop zullen gevonden worden ".

Uit de verwoesting en de vlammen van de oude schepping zal de nieuwe schepping te voorschijn komen. Een nieuwe aarde waarop gerechtigheid woont. Dat is de geloofsverwachting van Gods volk. Zo was het in het Oude Testament bij Israël, zo is het in het Nieuwe Testament bij de gemeente.

Maar is die verwachting wel zo groot?
Wie de Bijbel daarover bestudeert blijft niet in het onzekere. Vele psalmen zingen daarvan. En in Jesaja 65 vs. 17 en Jesaja 66 vs. 22 wordt al gesproken van Gods plan om een nieuwe aarde en een nieuwe hemel te maken. Ook in het Nieuwe Testament komen we deze belofte tegen. Denk aan het woord van Petrus, hier boven geschreven. Maar het is de apostel Johannes, gezeten op het eiland Patmos, die het met profetisch oog heeft mogen zien.

In Openb. 21 vs. 1 schrijft hij: "En ik zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, want de eerste hemel en de eerste aarde waren voorbij gegaan". Johannes ziet het al komen. En nu komen we terug bij die eerste woorden van de Bijbel. God heeft deze aarde geschapen en Hij zag dat het goed was. Maar al heel spoedig lezen we het verhaal van de zondeval. De aarde werd verontreinigd door de zonde. En al heel spoedig lezen we van de eerste doodslag. Het mensenbloed doordrenkt de aarde. Het zijn stromen bloed tot in onze tijd. De aarde kwam terecht in handen van duistere machten. Het was een hopeloze en zelfs een wanhopige zaak, ondanks al het streven van de mensheid.

Maar dwars door de wanhoop heen klinken in dat Oude Testament reeds woorden van hoop: Er komt een nieuwe aarde! Petrus heeft nog een stap verder mogen zien. Hij zag de elementen van aarde en hemel al op een bruisende wijze voorbijgaan. Zij waren aan hun einde gekomen.

Een nieuwe hemel en een nieuwe aarde
Het zal duidelijk zijn dat hier niet gesproken wordt over de woonplaats van God. De Bijbel spreekt van meer hemelen. Paulus is opgetrokken geweest tot in de derde hemel (2 Corinthe 12:3). Hij heeft daar woorden gehoord die het een mens niet geoorloofd is uit te spreken. Over die hemel gaat het niet. In het boek Job lezen we van een plaats waar de engelen samen kwamen om verslag uit te brengen aan God, waar ook de satan zich bij voegt. Later wordt de satan uit de hemel geworpen. Waaraan moeten we hier denken? Allereerst denken we aan het uitspansel. In Genesis 1:8 lezen we: "God noemde het uitspansel hemel".

Dat is de hemel waar wij tegen aan zien. Eigenlijk hoort deze hemel bij de aarde. Wat is deze hemel vervuild door alles wat de mensen daar doorheen gezonden hebben en nog doen. Geestelijk en materieel is de hemel waaronder wij leven verontreinigd. Bij een nieuwe aarde moeten we tegelijk aan deze hemel denken, dit uitspansel. In de totale vernieuwing zien we straks ook deze hemel nieuw worden. Wat zal dat schitterend zijn om tegen aan te zien. Een reine, zuivere hemel boven de aarde.

Maar er is meer.
We denken ook aan de hemelse gewesten. In Efeze 6 vs. 12 staat geschreven dat wij de strijd hebben niet tegen vlees en bloed, maar tegen de wereldbeheersers dezer duisternis, tegen de boze geesten in de hemelse gewesten. Het zijn deze machten die sedert de schepping bezig zijn om het bestaan van de mens te verontreinigen. Meer dan ooit doen deze machten dat in onze tijd. Zo zijn aarde en hemel verontreinigd. Maar God zegt:

Zie, Ik maak alle dingen nieuw
En we zien het komen, een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Al het restaureren van deze aarde waar de mens telkens mee bezig is, helpt niet. God gaat het doen. Een nieuwe aarde waarop gerechtigheid woont. Eeuwige gerechtigheid. Tijdens het duizendjarig rijk zal het al een heerlijke aarde zijn, omdat de machten onschadelijk zijn gemaakt. Maar in de eeuwigheid komt er een nieuwe aarde., waarop de volkeren in eeuwige vrede zullen leven, en nimmer zal er meer iets gevonden worden wat onrein is.

Er komt een nieuwe hemel. Nu al kunnen we ons geen voorstelling maken van de pracht van de hemel, maar dan zal alles van het verleden voorbij zijn. Een hemel zo rein, zo zuiver, als we ons niet kunnen indenken. Op de aarde zullen de volkeren leven. Een totaal herstelde schepping. Ja, meer dan dat.

In de hemel leeft de verloste gemeente, om voor altijd bij Christus te zijn. Maar het wordt nog groter en heerlijker. God zal bij de mensen wonen en zij zullen zijn volken zijn. Was in de oude situatie voor God de aarde de voetbank van zijn voeten. In de nieuwe aarde leeft God bij de mensen. Hoe zal dat zijn? We hebben er geen voorstelling van, maar het zal groot en heerlijk zijn. Want de eerste dingen zijn voorbij gegaan, het is alles nieuw geworden.
Halleluja.

ds. Jac. Schouten