De opstanding… de grote overwinning

ds. Theo Niemeijer • 85 - 2009 • Uitgave: 7
De opstanding… de grote overwinning

Hij wentelde de steen weg en zette zich daarop

In een paar zinnen beschrijft Matteüs het wonder van de opstanding van de Here Jezus: ‘En zie, er kwam een grote aardbeving, want een engel des Heren daalde uit de hemel neder en kwam nader, en hij wentelde de steen weg en zette zich daarop.’ Verder lezen we dat de bewakers zo door vrees bevangen werden dat ze ‘als doden’ werden. Het is alleen Matteüs die dit beschrijft. Het is dan ook met name deze evangelist die zich tot het Joodse volk richt, dat zich alleen door tekenen en wonderen laat overtuigen. We lezen hier niet dat de Here Jezus, net zoals bij de opstanding van Lazarus, uit het graf te voorschijn kwam. Kennelijk had Hij het graf al eerder verlaten, want een steen voor het graf zou Hem niet tegen kunnen houden. Later bleek dat gesloten deuren Hem ook niet weerhielden om aan Zijn apostelen te verschijnen.
Wel blijkt uit deze gebeurtenis dat bij de openbaring van de kracht van God de menselijke macht volkomen in het niet valt. We lezen over een grote aardbeving. Wat zal deze aardbeving in Jeruzalem aangericht hebben? Het beven van de grond zal de inwoners van deze stad niet ontgaan zijn. Bij de wederkomst van de Here Jezus zal niet alleen de aarde, maar ook de hemel beven, lezen we in Hebreeën 12:26. De vijanden van de Here Jezus dachten het graf goed verzekerd te hebben. Het graf was verzegeld, de wachters stonden op hun post, menselijke gesproken kon er niets mee gebeuren. Wat wordt Gods almacht door de mensen vaak onderschat! De opstanding van de Here Jezus was één grote overwinning op alle vijandelijke machten in de hemel en op de aarde.

De duisternis werd overwonnen
De opstanding vond plaats op de eerste dag van de week. Op de eerste dag van de ‘scheppingsweek’ sprak de Here Zijn machtwoord: “Er zij licht, en er was licht.” De Here God begon Zijn schepping met het licht. In de opstanding mogen we het begin zien van een nieuwe schepping. Zo lezen we in Kolossenzen 1:18 ‘Hij is het begin, de eerstgeborene uit de doden, zodat Hij onder alles de eerste geworden is.’ Door de opstanding werd de duisternis overwonnen en werden we wedergeboren tot een levende hoop (zie 1Petr. 1:3). Voor de opgestane Heer en Heiland moet de duisternis wijken en breekt het overwinnende licht in ons leven door.

Satan werd overwonnen
In de verzoeking, die de Here Jezus na Zijn doop veertig dagen in de woestijn onderging, probeerde satan de Here Jezus drie keer uit te dagen om te bewijzen dat Hij de Zoon van God was. De Here Jezus liet Zich niet verleiden hoewel, na veertig dagen gevast te hebben, de verleiding, om van stenen brood te maken, groot was. De Here Jezus werd echter niet alleen deze veertig dagen verzocht, Zijn hele leven op aarde was één verzoeking, met het sterven aan het kruis als de climax. Ook aan het kruis werd Hem steeds gevraagd om zich als de Zoon van God te bewijzen. De woorden ‘het is volbracht’ klonken als de doodsklokken voor satan. Het was hem niet gelukt om de Here Jezus, net als Adam en Eva, te verleiden.
Zijn opstanding bevestigde Zijn overwinning op satan. In Romeinen 1:4 lezen we over Zijn opstanding: ‘…door de opstanding uit de doden verklaard Gods Zoon te zijn in kracht, Jezus Christus, onze Here.’ De opstanding was het grote bewijs van Zijn almacht en overwinning over de satan, een overwinning die nu reeds behaald is, maar straks bij Zijn wederkomst bevestigd en gevierd zal worden. Zijn opstanding voltrok zich echter niet alleen in Jeruzalem, zo’n tweeduizend jaar geleden. De Bijbel leert ons dat we door het geloof met Christus opgestaan zijn en dat Hij als de overwinnaar in ons leven komt. Zo mogen we ontdekken, dat Zijn opstanding ook voor ons, in ons persoonlijk, dagelijks leven, de overwinning op satan betekent.

De dood werd overwonnen
In Romeinen 5:12-17 lezen we over de dood, die vanaf de zondeval als koning over de aarde regeert. De dood die ons geestelijk van de levende God gescheiden houdt en ons uiteindelijk lichamelijk laat sterven. Niemand ontkwam aan de dood. We lezen dat de dood tot alle mensen doorgedrongen was, er was geen ontkomen aan. In Handelingen 2:24 lezen we: ‘God evenwel heeft Hem opgewekt, want Hij verbrak de weeën van de dood, naardien het niet mogelijk was, dat Hij door hem werd vastgehouden.’ Door de opstanding werd de onoverwinnelijke kracht van de dood door Gods almacht verbroken. De Vorst des levens bleek sterker dan de dood. De Levende kon door de dood niet vastgehouden worden.
In het Oude Testament wordt ons deze overwinning door de geschiedenis van Jona getoond. We lezen over Jona dat hij tot op de bodem van de zee neerdaalde in het ingewand van de vis. Menselijk gesproken betekende dit het einde van de geschiedenis van Jona. Maar God sprak tot de vis en deze spuwde hem levend uit op het droge. In Matteüs 12:40 verwijst de Here Jezus naar deze geschiedenis en leert de omstanders dat het met Hem net zo zal gaan. Zo lezen we in 1 Korinthiërs 15:54-57 dat in de opstanding van Christus de ‘dood in de overwinning verzwolgen is’ en we in Zijn opstanding de overwinning hebben. Zo heeft de dood niet meer het laatste woord voor hen die in Christus geloven, maar het leven. Zo wordt het einde van ons aardse leven niet meer door het sterven beheerst, maar betekent het sterven voor ons gewin… het nemen van onze intrek bij Christus, want dat is verreweg het beste (Fil. 1:21-24)!

De zonde wordt overwonnen
Paulus leert ons in Romeinen 15:17 dat we zonder opstanding nog steeds in de zonden zouden leven. Aan het kruis worden ons de zonden vergeven, maar in Zijn opstanding worden de zonden overwonnen. We zijn in Zijn opstanding niet alleen met Christus levend geworden, waardoor het contact met God weer hersteld werd, nee, we zijn ook met Hem opgewekt (zie Ef. 1:5-6).
Het woord ‘opwekken’ heeft dan een andere betekenis dan ‘levend worden’. Wanneer we in Lucas 24:5-6 lezen: ‘Wat zoekt gij de levende bij de doden, Hij is hier niet want Hij is opgewekt’, dan betekent het dat Hij niet alleen levend geworden was, maar ook het graf verlaten heeft. ‘Opwekken’ heeft met name te maken met het verlaten van de doodsomgeving, naar de levensomgeving. Door de opstanding hoeven we als kinderen Gods niet meer in de zonde te leven. Onze leefomgeving is door Zijn opstanding totaal veranderd.
We hoeven niet meer slaaf van de zonde te zijn. De zonde hoeft niet meer als koning in ons lichaam te regeren. Hij is opgestaan en heeft de macht van de zonde verbroken, ook in het leven van hen die Hem toebehoren.

Ons verlangen naar overwinning
Het was het verlangen van Paulus om de kracht van Zijn opstanding te leren kennen (Fil. 3:10). Naast deze historische overwinning over de dood, zo’n tweeduizend jaar geleden in Jeruzalem, is het mijn verlangen om deze overwinning steeds meer in mijn persoonlijk leven mee te mogen vieren. Ik hoop dat dit Paasfeest ons opnieuw zal overweldigen door de grote overwinning die toen op de duisternis, dood, zonde en satan behaald werd. Een overwinning die we nog dagelijks in ons persoonlijk leven mogen ervaren.

Ds. Theo Niemeijer