Dood en overwinning

ds. Jac. Schouten • 78 - 2002/03 • Uitgave: 1
Ten dage dat gij daarvan eet, zult gij voorzeker sterven, Of, zoals het in de Statenvertaling staat: "Zult gij de dood sterven". In het prachtige volmaakte Paradijs, de Hof van Eden, klinken deze woorden. Is dat geen dissonant, bij al de volmaaktheid die daar was? Het was alles goed, het was onbevlekt, precies zoals God het had gezien: God zag alles wat Hij gemaakt had, en zie, het was zeer goed (Gen. 1 vs. 31).
Toch klinken daar deze woorden "sterven" en "dood". Wat voor indruk moeten deze woorden gemaakt hebben op dat eerste volmaakte mensenpaar? Hebben zij wel begrepen waar het om ging? Hebben zij iets verstaan van deze indringende woorden "sterven" en "dood"?
We moeten ons niet voorstellen dat God deze mensen iets gezegd zou hebben dat zij niet begrepen. Soms wordt er gedacht dat deze mensen als een paar kinderen alles nog moesten leren en ontdekken, en op deze wijze zouden groeien. Maar dat is niet de gedachte van de Bijbel, maar wel de gedachte van de wereld, van de evolutie. Als we in de geschiedenis mensen tegenkomen als halve of hele wilden, dan is dat het resultaat van de zonde, waardoor de mensen gedegenereerd raakten. Maar de mensen die wandelden in die prachtige tuin van God, waren hoogst intelligent, zij waren volmaakt. We komen deze hoge intelligentie tegen, zowel in de Bijbel als ook in de profane geschiedenis. Nog maar nauwelijks waren die eerste mensen de Hof van Eden uit, of in hun nageslacht begon er een grote ontwikkeling. Op aarde gaat zich een culturele, industriële en landbouwmaatschappelijke gemeenschap vormen in en door de zonen van
Lamech (Gen. 4 vs. 19 vv.).
Zien wij iets verder, dan constateren wij dat er vanaf Egypte en het Midden-Oosten, via Babylonië en Indië tot in China toe, zich een hoge culturele beschaving heeft ontwikkeld, die zeer tot onze verbeelding spreekt.

Dit alles doet ons overwegen dat die eerste mensen wel wisten wat dood, wat sterven, was. Is het te ver gedacht om te veronderstellen dat de Here God, de heilige Schepper, er met hen over heeft gesproken wanneer Hij wandelde in de Hof in de avondkoelte? Is het misschien mogelijk geweest dat die eerste volmaakte mensen contact hebben gehad met de engelen? God zal hen geen gebod hebben opgelegdf waarvan zij de diepe betekenis niet hebben begrepen. Er was heel iets anders aan de hand: Gods Woord werd in twijfel getrokken.

Belangrijk is dat we hier zien dat nu, duizenden jaren later, de methode van de duivel nog precies dezelfde is. Dat is de eeuwen door gegaan en alle eeuwen heeft dit geleid tot een afdwalen van het Woord van God, met alle gevolgen daarvan. In de Hof van Eden stortte Gods prachtige schepping ineen. Korte tijd later werd deze wereld overspoeld door de zondvloed. Nog weer later dwaalde Israël af doordat men de voorkeur gaf aan de Baäls en de Ästartes. En zo is het doorgegaan tot in onze tijd toe. Wat wordt er een twijfel gezaaid over Gods verlossingswerk, over de lichamelijke opstanding van de Here Jezus Christus. Soms horen wij de wanhoopskreten van mensen, die het zeggen: Onze predikant zegt zo maar op de preekstoel dat hij het ook niet weet.

Die eerste mensen wisten wat de dood was, maar zij gaven gehoor aan de macht van de duisternis, die hen voorspiegelde dat het allemaal niet zo erg zou zijn. Integendeel, zij, de mensen, zullen als God zijn, kennende goed en kwaad.
De twijfel aan Gods Woord deed hen vallen in diepe, zonde. En de resultaten worden zichtbaar. De prachtige Hof van Eden wordt voor hen afgesloten. Daar gaan zij, dat eerste mensenpaar, bekleed met de kleding die God hen heeft geschonken, de wereld in. Met in hun gedachte dat indringende woord: Gij zult de dood sterven!

De eerste dode valt in Genesis 4, maar in Genesis 5 beginnen de doodsklokken te luiden over de aarde in een monotoon ritme: En hij stierf, en hij stierf. In Genesis 6 komt in de zondvloed, de grote dood, over de aarde. En zo gaat het door. De dood blijkt een verschrikkelijke macht te zijn, die veel dieper gaat dan het uiterlijke sterven. Dat uiterlijke sterven proberen we, als mensen, nog zo mooi mogelijk en zo clean mogelijk af te doen. Maar de dood waar God het over heeft gaat veel dieper. Het is de diepe zondedood, waar de mensheid in terecht gekomen is door de zondeval.
En dat werkt door, tot in onze tijd toe. Nog steeds is die diepe dood aanwezig. Iets daarvan wordt zichtbaar en hoorbaar in de woorden die de Here Jezus uitspreekt in (Openbaring 1 vs. 18 “ik ben dood geweest”. Hier bemerken wij iets van de huiver voor de dood. De Here Jezus heeft de dood aan de lijve ervaren en heeft deze dood ondergaan. Maar dan zijn we tegelijk bij de grote omslag: de overwinning. Want deze woorden sluiten aan bij de woorden die we horen in Genesis 3 vs. 15: "Ik zal vijandschap zetten tussen u en de vrouw, en tussen uw zaad en haar zaad; dit zal u de kop vermorzelen en gij zult het de hiel vermorzelen".

Neen, de mens wordt niet zonder hoop de Hof van Eden uitgezonden. De mens begint zijn wandeling door de geschiedenis niet zonder uitzicht. Er komt strijd, grimmige strijd, want God neemt het niet dat Zijn schepping, de mens, Hem wordt ontnomen. Het is een strijd die voor een deel in de onzichtbaarheid wordt gevoerd, de geestelijke strijd tussen de machten van God en de machten der duisternis. Soms wordt ook de mens in die strijd meegesleept. Dat wordt zichtbaar als de dood op een gewelddadige wijze toeslaat in deze wereld. God roept een volk uit om Hem te dienen, een bijzonder volk, een uitverkoren volk, Israël. Zij moesten de glorie van God verkondigen in deze wereld. Maar wat lezen we van hen? In Jesaja 28 vs. 15 staat er dat zij een verbond met de dood en het dodenrijk hebben gesloten. Dat hebben zij gedaan door een verbond aan te gaan met de afgodendienaren van toen. Dat zullen zij doen als zij in de toekomst een verbond zullen sluiten met de vertegenwoordiger van de macht van de dood op aarde, de antichrist. Onder de nazaten van dat eerste mensenpaar blijkt er niemand te zijn die in die strijd overeind blijft. Dan blijft uiteindelijk alleen die Ene over, die de strijd aangaat met de machten van zonde, dood en duisternis. Die Ene waarvan de eerste bladzijden van de Bijbel hebben gesproken dat Hij zou komen om de machten te verslaan. En Hij heeft ze verslagen op Golgotha's kruis. Colossenzen 2 vs. 15 zegt het: "Hij heeft de overheden en de machten ontwapend en openlijk tentoongesteld en zo over hen gezegevierd".

Op Golgotha gebeurde het en op de opstandingsmorgen werd het zichtbaar. Majestueus verrees de Here Jezus Christus uit de dood, Hij is de grote Overwinnaar. Neen, niet alleen voor Hem Zelf, maar voor de mensheid. Want iedereen die gelooft in Hem, de grote Zondedrager, die met Zijn eigen leven, Zijn eigen bloed, alles tot stand heeft gebracht. zal voor eeuwig behouden zijn. Dat is Goede Vrijdag, dat is Pasen. Dat bracht de grote omkeer. En onmetelijk groot is het aantal mensen, een schare die niet te tellen is, die gekomen is in diep en waar geloof in Hem. Zij zijn van de dood overgegaan in het leven, het eeuwige leven, het leven bij God.
En zo zien we een gemeente verrijzen die God de eer zal brengen in alle eeuwigheden, gekochten door het bloed van het Lam. Maar ook Israël gaat delen in die grote zegen, want straks komt het moment dat die Ene zal komen van de hemel, om in Israël Koning te zijn. En dan, ja, dan zal het vrede worden, want Hij is de ware Vredebrenger, de Vredevorst.

En zelfs blijft het niet bij Gods gemeente en bij Israël. De overwinning werkt nog veel verder door. Want de hele schepping komt terug in Gods macht, als Hij, de grote Koning, strak zal zijn wedergekomen. Dan zijn de machten definitief verslagen. En de laatste machthebber die verslagen wordt is de dood, die altijd weer dreigende dood. Want Jezus Christus is de grote Overwinnaar.
En uiteindelijk komt die heerlijke schepping, waarvan we lezen in Genesis 1 en 2 weer terug. Het zal weer volmaakt worden op deze aarde. En altijd, in alle eeuwigheden zal het Lam van God geprezen worden voor het grote werk dat Hij heeft gedaan. En vandaag mogen wij het zingen:

Overwinnaar zal Hij zijn
over zonde, dood en pijn.
Heel het rijk der duisternis
weet Wie Jezus Christus is:
Hij is de hoogste Heer!
Glorie aan God.

ds. Jac. Schouten