Door het geloof weggenomen

Joop Schotanus • 79 - 2003/04 • Uitgave: 12
Door het geloof weggenomen

Bij de geloofsgetuigen waar in Hebreeën 11 naar verwezen wordt, zijn er twee die zonder te sterven de Heerlijkheid van God zijn binnen gegaan. In vers 5 wordt Henoch met name genoemd. Elia valt onder de profeten die in vers 33 ter sprake worden gebracht. Er zijn heel wat mensen die hun ongeloof uiten als het gaat om de Opname van de Gemeente. Het moet ons wel bevreemden dat men moeite heeft met de gedachte dat gelovigen tot heerlijkheid bevorderd kunnen worden zonder te moeten sterven. Toch komen we ‘het weggenomen worden’ dus in de Bijbel tegen. Het is niet een totaal nieuw begrip. Vanaf de zondagsschooltijd weten reeds vele mensen van de hemelvaart van Henoch en Elia.

Zonder de dood te zien
Zo wordt het heengaan van Henoch omschreven. Met de nadrukkelijke vermelding dat hij niet meer in het land der aardbewoners werd gevonden, want God had hem weggenomen. Er wordt zelfs een speciale reden genoemd, die ongetwijfeld op vele anderen van toepassing had kunnen zijn. Toch maakt de Here God voor Henoch een uitzondering. De grondvoorwaarde van Gods welgevalligheid in Henoch is het geloof, want zonder geloof is het onmogelijk om de Here welgevallig te zijn. Ons geloofsleven brengt ons gezonde verstand, dat gelooft in het bestaan van God, in de juiste verhouding tot de openbaringswaarheid van God. Maar ook waar ons verstand tekort schiet zal de openbaringswaarheid het moeten winnen door het geloof. Dat geloof schept een werkelijkheid, die alle verstand te boven gaat, maar daarmee niet strijdig is. Van Henoch wordt getuigd dat die geloofswerkelijkheid zo reëel was, dat de Here God hem met een rechtstreekse hemelvaart beloond heeft, zonder de dood te hoeven smaken. Vanuit die geloofswerkelijkheid werd hij opgenomen in heerlijkheid.

Van toen en nu
Het geloof in de tijd van Henoch was gebaseerd op rechtstreekse openbaringsfeiten van de Here God. Hij kon in praktische ervaringen bewijzen in God te geloven. De Here God leidde hem in persoonlijke omstandigheden, waardoor hij zijn geloof kon ontwikkelen. Dat geloof zal vele malen en op velerlei wijze beproefd zijn geworden. Gods voorzienigheid kon dat ware geloof omzetten in een levenswerkelijkheid, mede door de inwerking van Zijn Geest. Zo werkte het toen. Maar nu is er voor ons een doorslaggevend openbaringsfeit bij gekomen. De Here Jezus heeft God de Vader geopenbaard. Langs deze weg mogen wij nu weten wat Gods bedoelingen zijn. Dit openbaringsfeit is het concentratiepunt van ons geloof. Dit alleen brengt ons in de juiste relatie tot God. Alles wat in Christus geopenbaard is, kan nu ons deel worden door het geloof in Hem. Door onze eenwording met Hem. Nu, in ons aardse bestaan, is Hij met ons en bij de Opname van de Gemeente zijn wij bij Hem in een verheerlijkte vorm.

Nog een voorbeeld
Er is in het Oude Testament nog een voorbeeld van een opname in heerlijkheid. In 2 Koningen 2 wordt de laatste dag van Elia op aarde beschreven. Elia en Elisa maken nog samen een dagtocht en de hele dag staat in het teken van afscheid. Eerst samen naar Betel. Daar is het al bekend dat Elia van Elisa weggenomen zal worden. Stilzwijgend gaat hij verder met Elia en ze komen terecht in Jericho. Hier heeft hij Elia grote dingen zien doen. Het gevoel van gemis gaat hem reeds beklemmen. Dan komen ze terecht bij de Jordaan. De Jordaan, het beeld van scheiding en afscheid. Daar raakt het gesprek op gang over de overdracht van de bediening. En ook al wordt Elia weggenomen, het werk van God gaat door via Elisa. Ook Elia kende een geloofswerkelijkheid die zijn leven en werk beheerste. We weten het: Elia een mens van gelijke bewegingen als ons, bad een gebed dat het niet regenen zou en we kennen de verdere gevolgen. Voor hem werd ook het geloof in een eeuwige toekomst aanschouwen. Met een hemels vervoermiddel verdwijnt Elia en blijft Elisa achter met een opdracht.

Een heenwijzing
Ook elders in het Oude Testament wordt er geschreven over hemelse vervoermiddelen. In Ezechiël wordt gesproken over een vervoermiddel, dat de naam "werveling" draagt. Bij het vertrek van Elia denken we ook aan een wervelstorm. In eerste instantie is de hemelvaart van Elia een heenwijzing naar de hemelvaart van de Here Jezus. De hemelvaart van de Here Jezus is weer een heenwijzing naar de hemelvaart aller gelovigen. "Ik wil dat zij ook zijn waar ik ben." Gelijk de Vader Mij gezonden heeft in deze wereld, zo zend Ik u. In de gelovige mag de wereld een herbeleving zien van de tegenwoordigheid van Christus. Als beelddragers van Christus mogen we leven uit het geloof en de Here Jezus zichtbaar maken in deze wereld. Door onze eenwording met Christus zijn we onlosmakelijk aan Hem verbonden. Hij kan niet zonder ons. Wij kunnen niet zonder Hem. Daarom is er een Opname van de Gemeente. Dan zullen we altijd bij de Here wezen.

Joop Schotanus