Drinken zullen jullie!

Jan van Barneveld • 87 - 2011 • Uitgave: 21
We leven in een angstig-spannende tijd. Vooral voor Israël. Tegelijk zien we grote daden van God. Die machtige daden van God worden zichtbaar in het licht van Bijbelse profetieën die tot in details worden vervuld. Ook de snelheid waarmee dit gebeurt is geprofeteerd: ‘de HERE het op Zijn tijd met haast zal volvoeren’ (Jesaja 60:22). We zien hoe de komst van de Here Jezus en de vreselijke eindtijd snel dichterbij komen.

Jeremia 30 is één van de profetische hoofdstukken die over het huidige herstel van Israël gaan. Deze profetie begint met: ‘Want zie, de dagen komen, luidt het woord van de HERE, dat IK in het lot van mijn volk Israël en Juda, een keer breng, zegt de HERE, en hen terugbreng in het land dat IK aan hun vaders gegeven heb, zodat zij het zullen bezitten’ (30:3). ‘Zij’, Israël en dus niet de Palestijnen, zullen het bezitten.
De terugkeer is al ruim een eeuw aan de gang. Ook hier past een profetisch patroon uit Jeremia (16:16): De vissers zijn zionisten die de Joden opvissen en de jagers zijn antisemieten, die Joden wegjagen. Helaas ook uit ons land. Het gaat om ‘mijn volk Israël en Juda’. Dus ook Israël: De rest van de ‘Falasha’s’ (de stam Dan uit Ethiopië) is bezig terug te komen. Ook de stam Manasse uit Noordoost-India. Efraïm en de stammen die daarbij horen zullen ook komen (Ezechiël 37:15-19). De wereld verzet zich fel tegen Gods machtige handelen met Israël. Jeremia 30 voorzegt die tegenstand ook. In de tijd van terugkeer zal er grote benauwdheid zal zijn (30:7). Een tijd van angstgeschreeuw en schrik. ‘iedere man heeft zijn handen aan zijn heup als een barende’ en wordt lijkbleek (30:6). Rabbijnen spreken dan ook over de ‘weeën van de Messias’. Maar God zegt: ‘Daaruit zal hij gered worden’ (30:7).

Benauwdheid
Die weeën zijn al begonnen. De laatste weeën voordat de Messias komt zijn de ontsluitingsweeën en de persweeën. Deze worden in het boek Openbaring beschreven (8:13, 9:12 en 11:14). Tekenen en rampen die het ‘begin van de weeën’ (Matteüs 24:7,8) zijn, gaan momenteel steeds sneller over de wereld. De wereld haalt zelf, o.a. door het toenemende antisemitisme en antizionisme, die eindtijdweeën over zich heen. ‘Drinken zullen jullie’ (Jeremia 25:28) waarschuwt God in een profetie die gaat over de ‘beker van Gods toorn’. Voor Israël is het momenteel een angstige tijd. Omsingeld door vijanden die hen fel haten. Delen van Israël bezet door ‘het overblijfsel van de volken’ (= Palestijnen; Ezechiël 36:1-4). Zij roepen: ‘Ha, eeuwige hoogten zijn in ons bezit gekomen’ (de bergen van Israël, Judea en Samaria). Na WO II is de Jodenhaat van de Nazi’s in moslimradicalen gevaren en over Israël gekomen.
De Arabische lente heeft nu ook Egypte, dat sinds 1979 een vredesverdrag met Israël had, veranderd in een vijand. De Israëlische ambassadeur en zijn staf moesten 10 september voor hun leven uit Caïro vluchten. Turkije, jaren een bondgenoot, is nu aanvoerder van de vijanden van Israël. En dan Iran. Zelfs het Internationaal Atoomenergie Agentschap heeft bij monde van de directeur Yukiya Amano gewaarschuwd dat Iran wel degelijk militaire doelen heeft met zijn koortsachtige kernenergieprogramma. Iedereen kan wel raden wat die doelen zijn. Al die vijanden van Israël zijn niet alleen uit op het vernietigen van de staat Israël. Zij willen het werk van Hitler, genocide op het hele Joodse volk, afmaken. De Sinaï is een griezelige verzamelplaats van moordlustige terroristen. Hamas en Hezbollah laten luid en duidelijk weten dat ze Israël willen vernietigen. De PLO van Mahmoud Abbas heeft vanaf de oprichting (1964) de vernietiging van Israël tot doel. Een Palestijnse staat interesseert ze alleen als stap naar hun doel. ‘Doodt de Joden’ is de reden van hun bestaan.
Israël klaagt terecht: ‘Te lang woon ik bij wie de vrede haten. Ik ben een en al vrede, maar als ik spreek, dan zijn zij uit op strijd’ (Psalm 120:7). Daarom zijn het vredesproces en vredesonderhandelingen zinloos. Israël onderhandelt om vrede, de tegenstanders zoeken naar wegen om Israël verder in het nauw te drijven. Zij krijgen steun van bijna heel de wereld. De VN staat zo vijandig tegenover Israël dat een Israëlische vertegenwoordiger eens klaagde dat hij het gevoel had met een Jodenster op te lopen bij de VN. Durban conferenties van VN tegen racisme en discriminatie liepen uit op een scheldpartij, vervloeking van Israël. Men haalde, volgens Genesis 12:3, een vloek over zichzelf. Verraad van de VS van Obama en de EU zal de Westerse wereld meer en ergere problemen brengen dan de financiële crisis. Onze intense voorbede voor en bemoedigende steun aan Israël zijn machtige wapens in de strijd om Israël. Een strijd die in wezen opstand is van geestelijke wereldmachten tegen de doorbraak van het Koninkrijk van de Here Jezus.

Uitbarsting
Deze spanningen zullen spoedig exploderen. De atoombom van Ahmadinejad, de zenuwgas scudraketten van Syrië, de tienduizenden raketten van Hezbollah en Hamas, de intifada van Mahmoud Abbas drijven Israël en de wereld naar een van de eindtijdoorlogen. De Moslim Broederschap, die bezig is de Arabische lente in een kille shariawinter te veranderen, heeft maar één doel: Israël te vernietigen als opstap naar een wereldwijd kalifaat. Als de strijd zich rond Jeruzalem toespitst, kan het uitlopen op de Jeruzalemoorlogen in Zacharia 12:1-3. Ook de oorlog die beschreven wordt in Psalm 83 kan elk moment losbarsten. Israël bidt: ‘Mijn God, op U vertrouw ik; laat mij niet beschaamd worden, laten mij vijanden niet over mij juichen’ (Psalm 25:2). Wij bidden dit mee en voegen eraan toe: ‘O, God, verlos Israël uit al zijn benauwdheden’ (Psalm 25:22). Een belangrijk geestelijk aspect van deze dreigende situatie onthult Psalm 83. Daar bidden we met Israël: ‘Overdek hun aangezicht met schande opdat zij uw Naam zoeken, o, HERE’ (Psalm 83:17-19). Na een beschamende nederlaag zullen veel moslims, vooral jongeren, de islam verlaten en zoeken naar iets anders. Velen van hen zullen dan de Here Jezus vinden. Tegelijk veranderen ze van vijanden in vrienden van Gods uitverkoren volk. Laten we ook hiervoor bidden.

Drinkbeker
Ten slotte nog een profetisch beeld dat op het punt staat realiteit te worden. ‘In de hand van de HERE is een beker… alle goddelozen van de aarde moeten hem slorpende drinken’ (Psalm 75:9). God zei tegen Jeremia: ‘Neem deze beker met de wijn van de gramschap uit mijn hand en geef die te drinken aan alle volken, waar IK u heenstuur’ (25:15). De drinkbeker vol met wijn van benauwdheid die Israël nu drinkt, zal verwisseld worden. Tegen die volken zegt de HERE: ‘Drinken zullen jullie.’ Benauwdheid zal komen over de volken. ‘Want de HERE houdt een dag van wraak, een jaar van vergelding in Sions rechtsgeding’ (Jesaja 34:8). Pas toch op met het veroordelen van Israël.
Al wie bijvoorbeeld Israël voor het Internationale Strafhof in Den Haag brengt, zal zelf onder het oordeel vallen. Helaas zijn er ook veel christenen die niet ophouden wat zij noemen ‘het ongelovige Israël’ te oordelen. Ook zij lopen het risico van de beker van Gods toorn. De drinkbeker wordt verwisseld. De volgende oorlog (moge de Heer het verhoeden) zal tegelijk strafgerichten over de vijanden van Israël brengen en oordelen over de volken. Als ‘knecht van de HERE’ staat Israël onder enorme druk. De HERE adviseert: ‘roep Mij aan ten dage van benauwdheid, IK zal u redden en gij zult Mij eren’ (Psalm 50:15).
En wij? Zoals de discipelen de Here Jezus moesten bijstaan in Zijn zware taak, zo moeten wij Israël steunen op de zware weg als messiaans volk. Het alternatief, ook voor ons, is de drinkbeker van Gods toorn.

Jan van Barneveld