Edut - Gods getuigenis

Gieneke van Veen-Vrolijk • 84 - 2008 • Uitgave: 24
EDUT

Gods Getuigenis


Vorige keer begonnen wij een bespreking van Hebreeuwse ‘wetstermen’. We wezen er op dat deze termen ook gebruikt worden ter aanduiding van Gods Woord. Dat heeft ons veel te zeggen!
Het woord dat nu onze aandacht vraagt is ‘edut’ (getuigenis). ‘Edut’ is afgeleid van het werkwoord ‘`ud’, dat betekent: waarschuwen, vermanen, toezeggen, inscherpen, betuigen, getuigenis afleggen, stellig/vurig verzekeren, aankondigen, opdragen, proclameren. De betekenissen van dit werkwoord ‘`ud’/getuigen klinken door in het hiervan afgeleide woord ‘edut’ (uitspraak: edoet): getuigenis, waarschuwing, waarschuwingsteken, vermaning, statuut, verordening, bepaling, aankondiging. Soms heeft ‘edut’ de betekenis van: verzekering, belofte.

‘Edut’ en de verbondsluiting
Het woord ‘edut’ komt altijd voor met betrekking tot Gods getuigenis, gegeven aan Zijn volk. Vooral in verband met de verbondsluiting, tabernakel en ark neemt ‘edut’ een centrale plaats in (Ex. 38:21; Num.1:50,53). Hoe belangrijk dit woord in de verbondsluiting is, blijkt uit het feit dat de ‘Tien Woorden’ (geboden) die God schreef om aan Mozes te overhandigen worden aangeduid als ‘edut’: “En Hij gaf aan Mozes… op de berg Sinaï… de twee stenen platen van de getuigenis… beschreven met de vinger van God” (Ex. 31:18; vergelijk Ex. 24:12; 32:15; 34:29). De Here God schreef Zijn getuigenis! Opdat de Zijnen - ook ieder van ons nu! - daarnaar zouden leven…
In Exodus 30:6 komt tweemaal het woord ‘edut’/getuigenis voor wanneer God meedeelt waar en hoe Hij Zijn volk wil ontmoeten. Dit leert ons dat Gods Woord, Zijn Getuigenis centraal staat bij deze ontmoeting.
De stenen platen werden gekenmerkt als ‘edut’ of ‘luchot ha-edut’ (Ex. 25:16; 31:18). Mozes kreeg opdracht Gods ‘edut’/getuigenis in de ark te plaatsen (Ex. 25:16,21; vgl. 40:20). De ark werd daarom aangeduid met deze term ‘edut’ en kreeg de benaming ‘aron ha-edut’ (ark van de getuigenis). De getuigenis-ark (Ex. 25:22) werd ook kortweg ‘edut’/getuigenis genoemd (Ex. 16:34; 30:6,36). De tent waarin de ark stond werd eveneens aangeduid met dit woord ‘edut’: tent van de getuigenis (Ex. 38:21; Num. 9:15; 17:7; 18:2; Joz. 4:16).
Wanneer Mozes de ontmoetingstent inging om met God te spreken, dan hoorde hij een stem boven de getuigenis-ark (Num. 7:89). Zie ook Ex. 30:6,26; 39:35; 40:3,5,21; Num. 4:5; Joz. 4:16. De term ‘edut’ komt bovendien voor in de niet onbekende uitdrukking ‘tabernakel van de getuigenis’ (Ex. 38:21; Num. 1:50,53; 10:11). Voor Gods ‘edut’ hing het voorhangsel (Ex. 27:21; Lev. 24:3).

Gods ‘edut’/getuigenis in de Psalmen
De term ‘edut’/verzekering heeft in de Psalmen een belangrijke plaats. Het gaat hierbij vooral om wijsheidspsalmen - met name de Psalmen 19 en 119 - waarin het begrip ‘edut’/bepaling parallel staat met de Tora en slaat op het geheel van Gods leer, geboden, wetten, voorschriften. “De Tora van de HERE is volmaakt… de ‘edut’/getuigenis van de HERE is betrouwbaar/zeker” (Ps. 19:8).
Gods ‘edut’/getuigenis is Zijn Woord! Hierin openbaart Hij ons Zijn wil, liefde en bedoeling met ons. ‘Edut’ duidt op Gods Woord, gegeven om zorgvuldig in acht te nemen. Het verlangen om Gods ‘edut’/getuigenis te bewaren horen wij in Psalm 119:88: “…ik zal de ‘edut’/belofte van Uw mond bewaren.” Gods ‘edut’/getuigenis is de mens gegeven als verordening, vermaning, stellige verzekering en belofte van zegen voor wie Hem volgt en gehoorzaamt, maar is tevens een indringende waarschuwing om niet van Zijn wegen af te dwalen. Gods getuigenissen zijn door Hem gestelde - niet optionele! - richtlijnen om naar te leven.
In Psalm 119 zegt de psalmist: “Ik klamp me vast aan uw ‘edot’1/getuigenissen HERE…” (vers 31). Hij had geleerd zich door Gods getuigenissen/bepalingen te laten leiden. Daarin lag zijn levensvreugde (vers 24) en op die basis zocht hij geloofsgemeenschap met “…wie U vrezen en Uw ‘edot’/getuigenissen kennen” (vers 79). Voor niemand schaamde hij zich voor Gods Getuigenissen (vers 46). Dit leert ons niet de wereld te zoeken, waar Gods Woord geweerd wordt en Zijn ‘edut’/getuigenis niet te loochenen.
“Uw getuigenissen zijn wonderlijk daarom bewaart mijn ziel ze.” (Ps. 119:129).

Dr. Gieneke van Veen-Vrolijk

1 Dit is een meervoudsvorm ‘edot’: getuigenissen.