Een bijgestelde uitverkiezingsleer

Joop Schotanus • 78 - 2002/03 • Uitgave: 18
Een ieder mag Hem dankend aanvaarden in geloof.

Voor de geregelde opinie-lezer is het wel duidelijk dat de schrijver hiervan nogal eens zijn bewogenheid heeft getoond met lieve christenen, die zich ongerust maken over hun uitverkiezing. Van de kant van de Reformatie zijn de hakken in het zand gezet in de Dordtse leerregels. Dit zijn de vijf artikelen tegen de Remonstranten, waarin de leer der uitverkiezing uiteen gezet wordt. Op de Dordtse synode in 1618/19 wilde men eens voor altijd de discussie hierover een halt toeroepen en de nodige duidelijkheid verschaffen. Door de eeuwen heen is de discussie gebleven en de duidelijkheid uitgebleven.

De eenvoud van het evangelie
In de kerkelijke discussie over de uitverkiezing komen we in aanraking met gecompliceerde zaken. Allereerst kunnen we ons de vraag stellen of het wel ooit de bedoeling van de Here geweest kan zijn om zo problematisch met het Evangelie om te gaan. De verborgenheden behoren de Here toe en de geopenbaarde dingen zijn voor de mensen. Laten wij ons niet al te vaak en al te gemakkelijk afbrengen van de eenvoud van het Evangelie. Onze redeneringen en onze bedenksels kunnen het kennen van God in de weg staan (2 Cor. 10:3-6). Mogen we verder gaan dan dat een kind kan begrijpen? Omdat de theologie ons door de eeuwen heen niet echt de nodige duidelijkheid heeft verschaft aangaande de uitverkiezing, is het voor velen nog een haast ondragelijke last.

De ingrediënten
Het bijeen willen brengen van Gods voorbeschikking en onze menselijke verantwoordelijkheid heeft geleid tot een beperkt en eenzijdig beeld van de Here God. Zo kom je terecht bij een God die verkiest of verwerpt. Tot op de millimeter nauwkeurig moest men Gods werk kunnen verklaren. Pas als men de geëigende kenmerken van een bepaalde geestelijke ontwikkelingsgang op weg naar de wedergeboorte bezat, kon men (soms ook nog maar aarzelend) spreken van "uitverkoren zijn". Ondertussen kwam men in de theologie ook nog aandragen met de onderdelen die de kerkelijke leer van de uitverkiezing aannemelijk moest maken. De calvinistische leer van het ene verbond, dat zich uitstrekt over de hele Bijbel, vormde de basis. Hierdoor verdween grotendeels het verschil tussen het aardse volk Israël en de Gemeente als een hemels volk (zonder daarbij oog te hebben voor de juiste onderscheiding tussen het Oude en het Nieuwe Testament). De goddelijke voorbeschikking krijgt het volle accent. De inbreng van de leer van het verbond, stelde hen weer voor nieuwe vragen. Hoe verhoudt zich de verkiezing tot het verbond? Gaat de verkiezing vooraf aan het opgenomen zijn in het verbond of vice versa? Vele theologen hebben zich hierover bezonnen en zich voor het één dan wel het ander uitgesproken. Bij de Vrijgemaakt gereformeerden is het verbond doorslaggevend. Verbondstrouw is daarom ook van het grootste belang. Men spreekt dan ook wel van verbondsautomatisme. Bij de Gereformeerde Gemeenten komt de verkiezing op de eerste plaats. Wie de begrippen als voorbeschikking, verkiezing en verbond (nog afgezien van de onderlinge relatie) blijft hanteren, heeft het recht zich gereformeerd te noemen. Zo krijg je zelfs "gereformeerde" baptisten!

De nieuwe benadering
In het Nederlands Dagblad van 5 oktober j.l. wordt in een bespreking van het boek van Drs. H. de Jong gesproken van een nieuwe benadering van de moeilijke uitverkiezingsleer. In de evangelische kringen, waar men gewend is het Evangelie volop Christocentrisch te benaderen, zal het helemaal niet zo nieuw klinken. De Jong (emeritus predikant van de Nederlands gereformeerde kerk) hoopt met zijn boek het harde standpunt van eeuwen her enigszins te verzachten. Hij breekt een lans voor het omgaan met de belijdenisgeschriften op een sympathiek-kritische manier. Hij meent dat de Bijbel veel minder de nadruk legt op de goddelijke voorbeschikking dan dat de Dordtse leerregels dat doen. Hij wijst op de tweederangs positie, die de Here Jezus inneemt in de standpuntbepaling over de voorbeschikking en uitverkiezing. In wezen laat hij zien dat veel van de steeds weer terugkerende discussies van de laatste eeuwen hierover overbodig zou zijn geweest, als men meer Christocentrisch had gedacht en misschien moeten we eraan toevoegen dat kerkscheuringen hadden voorkomen kunnen worden als men deze Christocentrische benadering in de loop der eeuwen het volle pond had gegeven. Het standpunt van De Jong is als volgt verwoord: "Ik zie Gods voorbeschikking en verkiezend handelen in de Schrift uitkomen bij de verkiezing van Christus. Hij is van eeuwigheid uitverkoren en wij in Hem. Zijn verkiezing straalt op ons af. De verkiezing van mensen wordt werkelijkheid via het geloof in Christus. Daarin krijgt de verantwoordelijkheid van mensen een plaats". Hiermee heeft De Jong de eeuwenoude uitverkiezingsleer danig bijgesteld. Dit lijkt me een hele goede basis bij de besprekingen over kerkelijke eenheid van de drie kerken uit de Gereformeerde gezindte.

Door de poort
In 1950 maakte ik een heerlijk JNVC kamp mee in Doorn. Vooral de bijbelstudie van Mr. Metcalf over de brief aan de Efeziërs maakte diepe indruk. Deze studies werden gegeven met behulp van een flanel-bord. In mijn gedachten zie ik nog een poort met de uitnodigende tekst "Iedereen die wil". Als men in geloof door de poort was binnen gegaan, kon men achterom kijkend lezen "Uitverkoren in Christus". Het kan niet meer bijbels. Het hoeft toch geen enkele moeite te kosten voor mensen die hun Bijbel kennen om hier theologisch in mee te kunnen gaan? Het is uiterst belangrijk om de plaats van Christus duidelijk uit te laten komen, als het gaat om ons persoonlijk heil. De grote tegenstander is er op uit om mensen te laten tobben over een moeilijke uitverkiezingsleer. Als we Christus centraal stellen, zal de Heilige Geest overtuigen van zonde, gerechtigheid en oordeel. Het geloof is uit het gehoor en het gehoor door het Woord Gods. Door middel van het geloof mogen we ingaan tot het heil. Dat middel hebben we zelf niet verzonnen.

Dat middel heeft de Here God ons uit genade geschonken. God biedt elke zoekende ziel het heil in Christus aan en een ieder mag Hem dankend aanvaarden in geloof. "In Hem hebben we de verlossing, dat is de vergeving van de zonden, naar de rijkdom van Zijn gena".

Joop Schotanus