Ervaringen van een prediker (7)

ds. Gerrit Leuvenink • 87 - 2011 • Uitgave: 18
Weg met die halfslachtige levenshouding.

Regelmatig rond 05.00 uur in de vroege ochtend zat ik met hem te praten over zijn manier van leven. Hij had zijn eigen levensstijl ontwikkeld, tot groot verdriet van vrouw en kinderen. Naar eigen zeggen was hij al jarenlang een christen met een grote vrijmoedigheid om over Jezus te spreken.
Dat hij zo langzamerhand gezien werd als een zonderling, was voor hem absoluut geen bezwaar. Hij genoot ervan wanneer mensen hem niet-begrijpend aankeken en vragen stelden. Ze kwamen bij hem omdat hij een prima schoenmaker was en omdat het geen geheim was dat het gezin de inkomsten nodig had. Het was duidelijk: ze hadden het niet breed. Toch wist hij met slecht betalende klanten wel raad, dan was hij net als ‘Koen’ uit het oude rijmpje. “Nou mevrouw, dan blijft die schoen daar hangen.”

Hij had een groot probleem waar hij niet mee kon omgaan, daar gingen dikwijls onze gesprekken over. Als christen, verslaafd aan alcohol, kon hij het flesje niet laten staan, wat hij ook probeerde. Soms dacht hij het in de kracht van zijn geloof overwonnen te hebben. Hij liet dan ’s morgens bij het binnenkomen in de werkplaats vol trots een aantal halfvolle flesjes zien, waar hij aan de buitenkant een doodskop met een zwarte kruis op had geschilderd.
Wilde ik ze meenemen dan hoefde dat niet, want hij wilde dat graag laten zien aan de klanten. Het was voor hem een aanleiding om mensen te wijzen op zijn - zoveelste - beslissing te stoppen met drinken. Telkens trachtte hij zijn toehoorders te overtuigen van een ‘krachtige daad’. Het raakte hem niet dat in de wandelgangen met zijn beslissing de spot gedreven werd.
Dat hij toch na korte tijd weer terugviel, was de schuld van anderen, want die vroegen hem in het buurtcafé te komen vertellen over zijn levensstijl en geloof. Hij was van mening: ‘met de Jood een Jood en met een bierdrinker evenzo’. Met hem aan de bar was er altijd wel iets te lachen.

Eens smeekte zijn vrouw me om hem uit het café te halen. Hij riep toen luid: “Daar is mijn dominee, die weet veel meer van de Bijbel.” Hoogvliegende kennis van Gods woord was toen niet nodig, veel meer wijsheid om hem van de barkruk in de auto te laten landen.
Vaak las ik met hem aansprekende teksten uit de Bijbel, gedeelten waarin duidelijk staat dat je nooit je eigen verslaving kunt overwinnen. Stoppen en radicaal met de zonde breken, dat is wat Gods woord ons leert. Langzaam groeide zijn liefde voor Jezus Christus en nam kracht van de Overwinnaar de drankzucht weg. Niet een beschilderd bierflesje was de weg om de verslaving te verbreken, maar stoppen met een halfslachtige christelijke levenshouding.

ds. Gerit Leuvenink