Geloofsvertrouwen

Jef de Vriese • 81 - 2005/06 • Uitgave: 4
Geloofsvertrouwen



Wij kunnen geschokt zin wanneer er onrechtvaardige dingen gebeuren of wanneer wij iets of iemand die ons dierbaar is moeten afgeven. Heel ons leven staat op zijn kop wanneer wij een man, vrouw, kind, ouder of goede vriend verliezen. Wij snappen niet dat God bepaalde problemen toelaat.

Abraham doorstond een unieke proef. God vroeg hem zijn enige zoon te offeren (Gen. 22). Hij zou zijn zoon niet alleen verliezen, maar hij moest hem ook eigenhandig doden. Deze opdracht druiste in tegen alles wat Abraham wist over God. Het paste niet in wat hij wist over Gods karakter.

Toch reageerde hij onmiddellijk. ‘s Anderendaags stond hij op en deed wat God van hem vroeg. Hij kloofde eigenhandig het hout. Geen discussie. Geen uitstel. Geen onderhandeling. Geen commentaar. Elke belofte die God hem had gedaan over de toekomst van het volk dat uit hem zou opstaan stond menselijk gesproken op de helling. Abraham geloofde rotsvast dat God in deze zaak geen vergissing beging en dat Hij zelfs in staat was Isaak uit de dood op te wekken (Hebr. 11:18). Zijn vertrouwen in God was onwankelbaar, zelfs op momenten dat hij niets van God snapte. Abraham vertrouwde God en dat geloof werd hem tot gerechtigheid gerekend.



Drs. Jef De Vriese