Gezegend zij mijn volk Egypte

Jan van Barneveld • 78 - 2002/03 • Uitgave: 5
Zoeklichtlezers, hartelijk dank! U zult zich misschien afvragen: 'Waarvoor word ik bedankt?' Eind 1999 brachten lezers van ons blad een bedrag van f 19.050,90 (€ 8.645) bijeen voor een kerk in Egypte. Het jaar daarop is dat kerkje in de Shoubra, de grote sloppenwijk van Caïro, inderdaad gebouwd. Nu komen er zondags zo'n 100 mensen bijeen. Er is een peuterspeelzaal, een zondagsschool, er zijn evangelisatiediensten en bijeenkomsten voor jongeren en voor vrouwen. Velen komen tot geloof in de Here Jezus Christus tijdens de evangelisatie-samenkomsten. De meesten van hen worden opgevangen in andere kerken. U hebt door uw gaven meegewerkt aan de zegen van de Heer in het kerkje van El Kaima. Op de foto ziet u de enthousiast zingende zusters van de gemeente.

Een leuk incident
De kerk in Egypte is een levende en biddende kerk. Het is daar gewoon als elke week een hele nacht wordt doorgebeden. In en door het gebed krijgen voorgangers moed om 'grote dingen' te doen voor de Heer. Evangelisatiecampagnes, soms met evangelisten uit Nigeria of andere Afrikaanse landen, evangeliefestivals, bouwplannen voor kerken en centra en gemeentestichting. Dit alles gebeurt in dit grote Moslimland met z'n 68 miljoen inwoners. Tijdens een bespreking van één van die plannen kwam er een keurige jongeman binnen. Hij sprak ds. Saeed, de voorganger, heel hartelijk aan. 'Dit is mijn vader' zei hij tegen ons. Toen gaf hij aan ds. Saeed LE 500 (ongeveer f 250) voor zijn diaconale fonds voor de armen in de Shoubra. Later vertelde ds. Saeed: 'Begin tachtiger jaren hebben jullie ons geholpen met ons fonds voor de armen. Zijn ouders waren doodarm en door onze hulp kon deze jongen gaan leren. Nu is hij predikant. Op een keer kwam hij ons vragen om LE 5 en dat hebben we hem gegeven. Nu hij is afgestudeerd komt hij dit honderdvoudig terugbetalen. Uit dankbaarheid!' Mooi is dat! Er is inderdaad veel zegen in Egypte. 'Jesaja 19:25 slaat op ons' zeggen sommige Egyptische christenen dankbaar.

Een kleine opwekking
Eén van de antwoorden van de Heer op het rijke gebedsleven van de Egyptische kerk is de wonderlijke doorbraak van het Evangelie in Manhory, een dorpje van 17.000 inwoners in het Zuiden van Egypte. In dat dorp wonen weinig Moslims. Er was wat oppervlakkig Christendom. Op een dag kwamen, opeens, een paar mensen tot een levend geloof in de Here Jezus Christus. Ze begonnen spontaan met huissamenkomsten. Dat groeide explosief en al gauw konden de huizen de nieuwe gelovigen niet mee; bevatten. Dus hield men de samenkomsten maar op straat. Regelmatig kwamen tussen de 1000 en 2000 mensen bijeen om de Heer te loven. U ziet daar iets van op de foto's. Voorgangers uit de buurt hoorden hiervan en gingen de nieuwe gelovigen onderwijs geven. Ds. Saeed was er ook en de gelovigen vroegen hem om een kerk. Want de politie en de andere dorpsbewoners drongen erop aan niet meer op straat samen te komen. Men was bang voor gewelddadige reacties van de moslimbroederschap. De kerk van ds. Saeed gaf 50% van het geld dat nodig was voor de aankoop van een stuk land en de jonge gelovigen brachten de rest bij elkaar. De opwekking gaat nog steeds door; er komen voortdurend mensen tot geloof. Nu is er nog een bedrag van tussen de € 5.000 en € 6.000 nodig om een ruim, maar eenvoudig kerkgebouw op te zetten.

Het zout van Egypte
Sinds president Sadat de moedige stap zette om vrede met Israël te sluiten is Egypte onder president Mubarak opgebloeid. Aan de kust van de Golf van Suez in de Sinaïwoestijn worden veel vakantie-oorden voor toeristen opgezet. Verderop wordt naar gas en olie geboord en ontwikkelt zich een petro-chemische industrie. Langs de woestijnweg van Caïro naar Alexandrië worden talrijke industrieën, boomgaarden, wijngaarden enz. opgezet. Om de kilometer staat een moskee. Vandaar dat de moedige Ds. Saeed een stuk land heeft gekocht om daar een opvang voor straatkinderen, een trainingscentrum voor beroepsopleidingen, een bijbelschool, boomgaarden en bovenal een internationaal centrum voor gebed voor de hele Arabische wereld op te zetten. Aan de ene kant zegen en een gouden tijd vol kansen voor de kerk en ook voor Egypte. Aan de andere kant is de haat tegen Israël en het Joodse volk bijna tastbaar. De pers brengt eenzijdig de leugens van Arafat en de zijnen. Vervolgens klinkt elke _-dag vijfmaal van de moskeeën de kreet: 'Allah is groter'. Groter dan Wie? Uiteraard bedoelt de Islam 'groter dan de Here Jezus Messias'. In de spanning tussen zegen en oordeel staat de kerk van Egypte. Jullie zijn het zout van Egypte' zegt de Here Jezus tegen onze broeders en zusters in Egypte. Voorzichtig peilden we de houding van de
christenen tegenover Israël. Het was in de meeste gevallen alsof er een sluier viel. Bewust of onbewust sluit men zich af. Dat vindt men blijkbaar veiliger, want ze zijn bang dat de positieve situatie zal omslaan en dat dan de gouden kansen voor het Evangelie voorbij zijn. Bid voor Egypte want de Heer heeft gezegd: 'Gezegend zij mijn volk Egypte'. Op dit moment is er inderdaad grote zegen, maar er dreigt ook oordeel en vloek in verband met de harde houding van dat land tegenover Israël. De Gemeente, het 'zout van Egypte' ervaart zegen maar staat tegelijk tussen zegen en oordeel in.

Het zout van Nederland
Het was boeiend en tegelijk ontroerend het 'brood dat op het water van de Nijl gegooid was' (het Zoeklichtproject voor het kerkje in el Kaima en het diaconale fonds) na vele jaren terug te mogen vinden en te zien hoe de Heer het heeft gezegend. Zo mochten we ook een klein korreltje zout zijn. We moeten niet vergeten dat ook in ons land de gemeente van de Here Jezus Christus het enige zout is dat Hij heeft. Zout geeft smaak en zout is bederfwerend. Gemeente-zijn is veel meer dan zondags naar een bemoedigende en krachtige preek te luisteren en fijn met elkaar te zingen. Onze gemeentes zijn pas 'zout' voor de Heer door vier belangrijke prioriteiten te stellen:

1. De voorbede voor, troost en bemoediging aan Israël.
2. Door intense gehoorzaamheid aan de Grote Opdracht: 'Verkondig het Evangelie aan de hele schepping'.
3. Door warme, diaconale betrokkenheid bij de nood van onze medegelovigen hier, maar vooral in arme landen en via hen bij de nood in de wereld.
4. Door enthousiaste lofprijzing en aanbidding in de gemeente en in onze eigen 'stille tijd'. 'Mijn ziel maakt groot de Here'! Als we Hem 'groot maken' zal Hij groot zijn in ons midden.

De kerk in Egypte is biddend bezig met de punten 2, 3 en 4. De Here zegent hen en ook Egypte. Welke zijn de prioriteiten van onze kerken en gemeenten? Tot ons intense verdriet moeten we constateren dat veel 'zout van Nederland' krachteloos is geworden en "weggegooid is en door de mensen vertrapt wordt" (zie Matthéüis 5:13). Voor ons allen geldt het advies van de Here Jezus: "Hebt zout in uzelf en houdt vrede onder elkaar" (Marc. 9:50). Ook hiervoor mogen de genoemde vier punten een startpunt zijn. Nederland heeft uw zoutkorreltje hard nodig!

drs. Jan van Barneveld