Humanisme: vriend of vijand

John Hofman • 87 - 2011 • Uitgave: 14/15
In eerste instantie lijkt het begrip ‘humanisme’ positief. Het zou immers refereren aan humaan zijn, aan menselijk zijn. Er is niets tegen humaan zijn, tegen zaken die de mens ten goede komen. Maar humanisme als geloof in de mens, is een heel andere zaak.
Derek Prince, een befaamd internationaal Bijbelleraar, noemt humanisme de voorloper voor de antichrist. Deze opvatting legt de rode loper uit voor de komende antichrist. De antichrist zal namelijk alle belangrijke godsdiensten en wereldbeschouwingen samensmelten tot een mix waarin de mens ‘heer’ is. Christus wordt in deze visie niet erkend als ‘Heer’, als God, maar als een onderdeel van een opvatting waarin de mens zelf zijn koers bepaalt. De humanist ziet de mens als de maat aller dingen. In wezen is de mens dan zijn eigen god. Immers, niemand schrijft hem of haar iets voor. Simpel gesteld: de mens die zich niet wil onderwerpen aan Gods principes, is in wezen een rebel. De mensheid als zodanig is in rebellie tegen God en dát nu markeert de wereldsituatie van vandaag de dag.
David Wilkerson noemde positief denken als maatstaf een valkuil in de eindtijd. Immers, veel positivisten zullen te allen tijde vrede, vrede en geen gevaar roepen, terwijl de Bijbel en de realiteit iets heel anders laten zien. De Bijbel spreekt over ontzagwekkende plagen in de eindtijd, over oorlogen, over Armageddon. Wilkerson was beslist geen ‘doemdenker’, maar iemand die Bijbelse realiteit hoger achtte dan menselijk positief denken.

Kenmerken
Het moderne humanisme kent en erkent geen opperwezen. Als levensbeschouwing legt het humanisme de nadruk op vorming (Bildung), rede, redelijkheid en wereldburgerschap. Het humanisme combineert individuele ontwikkeling met een politiek-ethisch streven naar humaniteit, dat wil zeggen: menselijkheid. Een betekenisvol, zinvol leven wordt volgens het humanisme in deze combinatie gevonden. Sleutelwoorden van het humanisme zijn zelfontplooiing en -ontwikkeling, autonomie (in de betekenis van vrijheid en het streven naar een goed en mooi leven), verantwoordelijkheid, kritisch denken, gelijkwaardigheid en humaniteit.

Geschiedenis
Na de Tweede Wereldoorlog en in de periode dat de Nederlandse samenleving verzuild was, werd in 1946 het Humanistisch Verbond opgericht met Jaap van Praag als belangrijkste 'huisideoloog' als alternatief voor de dominante kerken. De kerken verzetten zich aanvankelijk sterk tegen de invloed van het humanisme.
In de tweede helft van de 20e eeuw had het georganiseerd humanisme een overwegend anti-kerkelijk en emancipatoir karakter. Aan het begin van de 21e eeuw wordt steeds meer duidelijk dat binnen het humanisme zowel atheïsten, agnosten, nihilisten als gelovigen een plaats vinden.
Europa is een voorbeeld bij uitstek van humanistisch denken: via de weg van compromissen, van pragmatisme wordt beleid gemasseerd dat dan recht moet doen aan een politieke opvatting. Omdat de mens de hoogste norm is, heeft democratie geen enkele Bijbelse grondslag, met als gevolg dat de willekeur regeert. Ruim 30 jaar geleden was de meerderheid van de Nederlandse bevolking tegen abortus, maar jaren later is die meerderheid, onder invloed van demonische machten, een minderheid geworden.

Gods kijk op humanisme
Jeremia 17:5 stelt dat een ieder die vlees tot zijn arm stelt (op een mens vertrouwt), vervloekt is. Dat houdt dus in dat wie meer op menselijke kennis en kunde vertrouwt dan op God, vervloekt is. God is een jaloers God en zal nooit gedogen, toelaten, dat Zijn glorie, Zijn eer, naar de mens gaat.
Humanisme vinden we al in de Hof van Eden, waar Eva toegeeft aan de leugen en de misleiding van de slang, die gebruikt maakt van de begeerte van de mens naar macht, aanzien en eer. De opmerking van de slang: “…dan zult gelijk zijn aan de Allerhoogste” gaf bij Eva de doorslag. Het resultaat van het eten van de verboden vrucht was verbanning uit de Gezegende Tegenwoordigheid van God.
Bij de torenbouw van Babel wordt de menselijke ambitie naar macht opnieuw duidelijk in de uitspraak: Laat ons een Naam maken. Ze wilden een toren bouwen die tot aan de hemel zou reiken. God greep in en verwarde hen zodat ze elkaar niet meer konden verstaan.

Streven van satan
Door de eeuwen heen heeft satan zijn ambitie (aan God gelijk worden) nooit opgegeven. Hij trachtte zelfs Jezus, Gods Zoon, in de woestijn te verleiden door Hem de heerschappij over alle volkeren der aarde aan te bieden, op voorwaarde dat Jezus hem zou aanbidden. Daar is Jezus gelukkig niet op ingegaan!
De tijd wordt nu rijp gemaakt voor verschijning van de antichrist. De politieke en economische situatie in de wereld schreeuwt als het ware om een leider. Is het niet opvallend dat een meerderheid van de bevolking in Rusland Stalin vereert, ondanks het feit dat hij miljoenen mensen heeft omgebracht ter wille van de Rode Revolutie?
De mens heeft de loop de dingen steeds minder in de hand. Daarom wordt naarstig uitgezien naar een verlosser, een soort Messias. Veel ogen zijn nu op Obama gericht. De geschiedenis leert echter dat veel (Amerikaanse) leiders een grote mate van narcisme (eigenliefde) vertoonden. Ze waren uitermate eerzuchtig en alles stond in het teken van hun eigen glorie. Velen van hen werden aanvankelijk bejubeld en bewierookt, maar naderhand neergesabeld of ontmaskerd als bedriegers. Ze vielen van hun voetstuk, omdat ze niet aan de verwachtingen van de mensen beantwoordden.

De mens kiest voor zichzelf, voor zijn eigen ziel
Toen Jezus Zijn intrede deed in Jeruzalem werd Hij aanvankelijk toegejuicht door de menigte die Hem met palmtakken toezwaaide. Doch, kort daarna, toen Pontius Pilatus het volk de keuze voorhield: Jezus of Barabbas, een moordenaar nota bene, scandeerde het volk onder invloed van hun leiders die hun positie, hun aanzien bij het volk niet wilden verliezen: “Kruisigt Hem, kruisigt Hem.”
Derek Prince stelt dat de mens, ook de gelovige, die niet radicaal en consistent kiest voor het centraal stellen van Jezus in alle opzichten, het risico loopt te worden meegesleept door de misleidende machten van de eindtijd die eropuit zijn om de antichrist ten tonele te voeren. Ambitie, zo zegt hij, is immers de brandstof voor het voeden van ons ego, ons zielenleven. Van nature hunkert elk mens naar bevestiging, naar erkenning, naar gezien te worden. Vooral degenen die in ernstige mate zijn afgewezen, vernederd, onderdrukt, hebben een intense behoefte om erbij te horen, om betekenisvol te zijn.
Mensen als Hitler, Zirinovski, Lee Oswald en vele anderen hadden een verminkte jeugd, een laag zelfbeeld en stelden zich open voor occulte machten die aanzien en macht beloofden. De mens die niet voor God kiest, zal zich altijd laten leiden door zelfzuchtige motieven waar de machten der duisternis gretig gebruik van maken.
Helaas zien we vandaag de dag vele gelovigen, ook veel leiders, die hun positie belangrijker vinden dan de weg van dienstbaarheid en nederigheid, de weg van Christus. Velen zoeken eer van mensen, versterken hun ego en veroorzaken vaak grote schade aan het Koninkrijk van God. De Bijbel zegt dat velen ten val zullen komen, omdat ze hun eigen leven (ego) niet prijs willen geven. In 2 Timoteüs 3:1-5 staat dat we in gevaarlijke tijden leven, omdat velen opgeblazen zijn met meer liefde voor geld en genot dan voor God.

Waarschuwingen in de Schrift
Om niet in de valkuil van ambitie, van humanistisch denken te lopen, adviseert Derek Prince, om altijd het Kruis centraal te stellen. Wie dicht bij het Kruis blijft, zegt hij, zal altijd zijn leven vullen met dankbaarheid aan Christus, zal er altijd op gericht zijn vervuld te zijn en te blijven van Gods liefde. Zijn streven zal altijd zijn: niet mijn wil, maar Gods wil, niet mijn naam, maar Gods Naam eer geven. Hij zal willen leven conform Jezus, wiens spijze was de wil van God te doen, van de Vader.
De Schrift zegt in dat indien het mogelijk ware zelfs de uitverkorenen misleid zouden worden. Het is dus van het grootste belang om waakzaam te zijn en te blijven. In Matteüs 24 roept Jezus herhaaldelijk op te waken voor valse leraren, valse profeten en valse apostelen die in de eindtijd talrijk zullen zijn. Velen zullen de gezonde leer inruilen voor een plezierig, mensgericht Evangelie dat geen aanstoot geeft en niet appelleert aan openlijke of verborgen zonden.
Veel christenen menen dat ze door middel van een prestatiegeloof (ik wil… ik kan… Ik doe…) wonderen en tekenen kunnen doen. Ze missen dan ten enenmale de bewogenheid en de afhankelijkheid van God. Als ons grote Voorbeeld Jezus Zelf zei: “Zonder Hem (de Vader) kan Ik niets doen”, hoeveel te meer dienen wij te beseffen dat we volledig afhankelijk zijn van de kracht van de Heilige Geest. Prestatiegeloof werkt volgens programma’s, methodieken (net als in de marketing), voedt het ego en is in wezen humanistisch. Dit type geloof is in feite zelfzuchtig en eerzuchtig. God wil dat we leven vanuit genade, afhankelijkheid en bewogenheid.
Velen zoeken de kracht Gods, de wonderen en de tekenen, maar zonder het overgegeven gekruisigde leven. Zij lopen het risico op de dag dat de boeken worden geopend te horen van Jezus Zelf: “Gaat heen gij werkers der ongerechtigheid, Ik heb u nooit gekend.”

Derek Prince stelde dat de eindtijd twee soorten gelovigen kent:
A) Zij die zich volkomen onderwerpen aan de Heilige Geest, een beelddrager van Jezus willen zijn en van daaruit de werken Gods doen;
B) Zij die uiterlijk hetzelfde doen als de eerstgenoemde categorie, maar innerlijk hun eigen agenda volgen en daardoor bewust/onbewust gebruik maken van manipulatie, intimidatie en controle (toverij) om hun doel te bereiken.
Hij omschrijft categorie B als een vijfde colonne, een groep die in wezen de weg bereidt voor de antichrist. Kortweg gezegd: de humanistische gelovige die de mens centraal stelt.

Laten we elkaar aanvuren om de smalle weg van het kruis te bewandelen en ons verre te houden van de brede weg waarin wereldgezindheid en ambities de boventoon voeren die uiteindelijk zullen leiden tot de ondergang.

John Hofman