Moeten we het geheim van het christenleven herontdekken?

Feike ter Velde • 79 - 2003/04 • Uitgave: 8
Moeten we het geheim van het christenleven herontdekken?



Vakantie is bedoeld om uit te rusten, maar voor veel mensen komt dat er niet van. We zijn een zieke en vermoeide generatie.

Een miljoen mensen arbeidsongeschikt en de aanpak van de overheid faalt keer op keer.

De burn-out – opgebrand – is een begrip geworden, ook onder jonge mensen. We komen kennelijk niet meer tot rust. Op de camping, waar echtparen opeens weer tijd met en voor elkaar hebben, is ergernis en ruzie vaak niet van de lucht. We zijn zo moe geworden. Moeten we het geheim van het christenleven niet herontdekken?




Wie is er niet wel eens moe? Dat overkomt iedereen. Er bestaat ook zoiets als een chronische vermoeidheid, een vermoeidheidssyndroom, waarvan de oorzaak nog steeds niet bekend is. Maar over het algemeen genomen, lijkt de Bijbel toch te leren dat vermoeidheid geen normale zaak is in het leven van een mens. De Here Jezus roept ons toe: "Komt (herwaarts - SV), die vermoeid en belast zijt en Ik zal u rust geven" (Matth. 11:29). Het gaat hier niet om de vermoeidheid na een lange werkdag. Dat is normaal – en gezond en het is dan ook zoet rusten daarna. Het gaat hier om een geestelijke, fundamentele vermoeidheid en juist die vermoeidheid lijkt wel haast tekenend voor deze tijd. Die vermoeidheid is niet normaal. Die is ernstig, want op de duur kan een mens daaronder bezwijken. Je bent niet meer tegen het leven opgewassen. Alles gaat steeds zwaarder wegen. Je gaat tegen alles opzien en alles lijkt zinloos. De fut is er uit.



Zouden we in zo’n situatie niet eens stil moeten staan bij deze woorden van de Here Jezus? Doelde Hij op de zware lasten die de geestelijke leiders het volk oplegden? Zij moesten de wet volbrengen, zoals die in die tijd en cultuur werd gezien. Zij konden het niet, voelden eigen falen en werden onder dat juk dodelijk vermoeid. Dat zou heel goed mogelijk kunnen zijn. Immers, het Evangelie is van een totaal andere orde, dan die van de wet. De sabbatsrust van het Evangelie, waarin we elke dag van de week mogen leven, stijgt uit boven de kerkelijke wetten en wetjes van toen en nu. Een mens kan in eigen kracht niet de wet Gods volbrengen.We moeten leren leven in de kracht van de Heilige Geest (Ef. 1:19-20).



De profeet Jesaja zegt: "Hij geeft de moede kracht en de machteloze vermeerdert Hij sterkte. Jongelingen worden moede en mat, zelfs jonge mannen struikelen, maar wie de Here verwachten, putten nieuw kracht; zij varen op met vleugelen als arenden; zij lopen maar worden niet moede, zij wandelen maar worden niet mat" (Jes. 40:29-31).



Aan de andere kant van de wedergeboorte en de bekering ligt een leven dat het van de Here verwacht. Dat is geen theorie, maar een praktijk van elke dag. Het van de Here verwachten, betekent Hem om raad en advies vragen, wachten op antwoord en dan een beslissing nemen en keuzes maken in het leven. Veel mensen zeggen te geloven, maar in de praktijk doen ze alles in eigen kracht en naar eigen inzicht. Later krijgen ze van die verkeerde keuzes de rekening gepresenteerd. Veel moeilijkheden in huwelijk en gezin gaan terug op verkeerde keuzes. We staan gauw klaar om de schuld bij anderen te leggen en onszelf vrij te pleiten. Dat kan een ware gelovige nooit doen. Die zoekt de oorzaken eerst bij zichzelf en gaat na welke verkeerde keuzes er misschien aan zijn mislukkingen en moeiten ten grondslag liggen. Daarmee moet een mens eerst klaarkomen voor het aangezicht van God. "Verwachting hebben van de Here" is: "Ken Hem in al uw wegen, dan zal Hij uw paden recht maken" (Spr. 3:6).

Wie dat in praktijk brengt, mag verwachting hebben… niet vàn het leven, maar vóór het leven. Wat je mag weten dat je op de weg van de Here gaat, ook al komen er moeilijkheden. Dan kun je daarin stand houden en op de been blijven.



Die mensen, we vinden ze in de kerk, zijn een rots in de branding en klaar om anderen bij te staan in hun mislukking en hun falen, omdat zij weten hoe de wegen van de Here gelegen zijn. Zij hebben Zijn wegen beproefd en spreken daarom met anderen uit eigen ervaring, ook als ze met anderen de Bijbel lezen. Dan moet alles ook eerlijk aan de orde komen: de vermoeidheid, de zware last, het juk, de schuld en vergeving. Met dit alles weet de Here raad. Daarom nodigt Hij alle vermoeiden uit. Hij doet je dan opstaan en geeft je vleugels als die van een arend. Die vleugels spreken niet van de eigen krachtsinspanning, maar veel eerder van het‘zweven op de thermiek’ van Gods genade. Dan worden het geloofsvleugels: spreidt ze maar uit en je wordt gedragen op de opstijgende warmte van Zijn liefde. Die twee adelaarsvleugels heten dan ‘geloof’ en ‘dankzegging’. ‘Geloof’ is de gave die we ontvangen hebben en ‘dankzegging’ de daad die we daarop stellen mogen.



De levende God vindt zijn hoogste eer als mensen toekomen aan Zijn genade, rust vinden in het volbrachte werk van de Here Jezus Christus. Aan dat volbrachte werk hebben de Vader en de Zoon enorme pijn geleden, want er werd een offer gebracht. Het Evangelie leert ons niet alleen over de toekomst en de hemel maar ook over het nu en de aarde. We mogen leven uit Gods vergevende liefde en leren wandelen in zijn levensvernieuwende kracht. Hij geneest ons van moedeloosheid en leert ons te waken voor overmoed.



Feike ter Velde