Nederlander en hemelburger

Dirk van Genderen • 83 - 2007 • Uitgave: 16
Nederlander en hemelburger



De afgelopen weken ontstond er commotie over opmerkingen van prinses Maxima over de Nederlandse identiteit. Bestaat de Nederlander nu wel of niet? Is er een specifieke Nederlandse identiteit? Eerlijk gezegd voel ik me wel degelijk Nederlander. En wanneer je in het buitenland bent, wordt ook wel duidelijk dat buitenlanders ‘de Nederlander’ redelijk helder voor ogen hebben.



Veel Nederlanders voelen zich meer Nederlander dan Europeaan of wereldburger. Het woord Europa krijgt echter langzamerhand wel een negatieve bijsmaak. Zeker nu de Raad van Europa (een breder orgaan dan de EU; dvg) de 47 aangesloten landen oproept tot krachtig verzet tegen het creationisme in het onderwijs als een wetenschappelijke discipline. Deze Raad, die zich bezig hoort te houden met de mensenrechten, heeft geen enkele bevoegdheid om iets af te dwingen op het terrein van het onderwijs.
Toch geeft zo’n resolutie een krachtig signaal af, dat degenen die in de schepping geloven en vast willen houden aan wat de Bijbel erover zegt, eigenlijk niet echt meetellen. Immers, er wordt gesteld: ‘Het darwinisme berust op feiten en heeft niets van doen met een goddelijke openbaring.’

Het creationisme wordt door de stellingname van de Raad van Europa absoluut ten onrechte verbonden met religieus extremisme.



Een gelovige heeft er echter altijd nog een identiteit bij, namelijk de hemelse identiteit. Paulus zegt immers in Filippenzen 3:20: ‘Want wij zijn burgers van een rijk in de hemelen, waaruit wij ook de Here Jezus Christus als Verlosser verwachten.’


De Filippenzen kenden het woord politeuma (gemenebest, staatsverband), omdat hun stad Filippi een Romeinse kolonie was. De Filippenzen bezaten dus het Romeinse burgerrecht. Zo hebben de gelovigen een hemels vaderland, waar Christus is (zie ook Efeze 2:6,19 en Kolossenzen 3:1-4). Dit houdt niet in dat we ons moeten terugtrekken uit de wereld. Wel vormen we op aarde een grote schare mensen, die samen één mogen zijn in de naam van de Here Jezus. Gekocht en betaald door Zijn dierbaar bloed. Hem, onze Verlosser, verwachten we met groot verlangen. Letterlijk staat er dat we Hem volhardend verwachten, samen met alle andere gelovigen.



Dirk van Genderen