Postmoderne invloeden in de Gemeente (2)

Hans Kruisman • 87 - 2011 • Uitgave: 23
In het eerste artikel is gebleken dat het raamwerk van Celebrate Recovery van occulte oorsprong is. Nu herhaal ik nogmaals de vraag die wij eerder hebben gesteld: Is hier sprake van een dialectische1 methodiek die de cursist naar de totale verandering van het paradigma2 zou kunnen voeren?
Met het stellen van deze vragen maak ik het mijzelf behoorlijk moeilijk. En toch… Het doel van dit schrijven is niet alleen het vaststellen dat hier de grote misleider achter zit, dat hebben wij in het eerste artikel besproken, maar ook om in dit raamwerk de ‘sporen’ van de duisternis te ontdekken. Sporen die ons denken negatief zouden kunnen beïnvloeden.
Wij gaan de principes/stappen in numerieke volgorde bespreken.

Citaat stap 1: ‘Hoogmoed bekennen… Ik geef toe dat ik zelf niet in staat ben om mijn neiging kan bedwingen om verkeerde dingen te doen … Ik ben namelijk God niet… Matteüs 5:3, Romeinen 7:18.’
Antwoord: Het erkennen van hoogmoed is natuurlijk wel goed, maar volstrekt onvoldoende. De natuurlijke mens moet niet alleen denken aan ‘overgave’, maar eerst en vooral aan de noodzakelijkheid van ‘vernieuwing’. Vernieuwing is de noodzakelijke basis op weg naar herstel! Ik geef toe; Ik erken… Het draait allemaal om hoe je zelf tot herstel kunt komen met God. Het Bijbelse principe werkt net andersom. Het is het genadevolle werk van de Heilige Geest dat ons de noodzaak doet beseffen om tot de Here Jezus Christus te gaan. Het is een toonbeeld van hoogmoed wanneer de mens het noodzakelijke werk van de Heilige Geest in dit proces niet wenst te erkennen. In stap 3 zullen wij dit onderdeel verder uitwerken.
Citaat stap 2: ‘Er is hoop… Ik geloof dat God bestaat, dat ik belangrijk voor Hem ben en dat Hij kracht heeft om mij te herstellen… (Warren formuleert: ‘Came to believe that a power greater than ourselves…’, gingen geloven dat een macht groter dan wij). Matteüs 5:4.’
Antwoord: Het is een regelrechte belediging om de God der Schriften met het woord ‘power’ gelijk te stellen. God is gehecht aan Zijn naam (Maleachi 1:6). In het bovenstaande citaat lezen wij ook van ‘hoop’. Er is hoop! Maar wanneer kunnen wij spreken van een levende hoop? ‘Geloofd zij de God en Vader van onze Here Jezus Christus, die ons naar zijn grote barmhartigheid door de opstanding van Jezus Christus uit de doden heeft doen wedergeboren worden tot een levende hoop…’ (1 Petrus 1:3). Alleen bij het besef dat wij van nature dood zijn, niet bij het besef dat wij voortdurend falen in ons gedrag, gloort de levende hoop. Pas dan kan van een echt herstel gesproken worden.
Citaat stap 3: ‘Ik maak de radicale keuze om heel mijn leven en mijn wil aan Christus’ zorg en leiding toe te vertrouwen… Matteüs 5:5.’
Antwoord: Hier komt daadwerkelijk de ‘overgave’ aan de orde. Het boek van John Baker spreekt hier van de belangrijkste keuze in het leven van de mens. Volgens hem is het de stap om zo goed mogelijk je leven en je wil over te geven aan Christus. Dit is niet de stap ten leven! Bij de stap ten leven realiseren wij ons de noodzaak dat wij in Christus dienen te sterven aan de oude mens (Romeinen 6:3-8). Het is een stap waarin het kruis van Christus centraal gesteld wordt.
Aangezien deze cursus voor iedereen open staat op de weg naar het ‘herstel’, dienen wij eerst en vooral te spreken over onze verloren staat (Efeziërs 2:1-5). Is ons besluit om te komen gebaseerd op: ‘als u zich bedenkt wat Christus aan het kruis voor u gedaan heeft’? (Omdat Christus dit voor mij gedaan heeft, zal ik mijn leven aan Hem toevertrouwen) Als dit het motief is, lopen wij het gevaar dat de zonde nog altijd op de troon van ons leven blijft zitten. Wij komen opdat wij ‘Het leven’ zouden grijpen, verlost van de toorn Gods. Pas hierna kunnen wij spreken over het dienen van de levende God, zoals o.a. in Romeinen 12:1. Daar staat: ‘…dat gij uw lichamen stelt tot een levend, heilig en Gode welgevallig offer: dit is uw redelijke (logische) eredienst.’
Vanuit Gods optiek produceert de mens immers uit zichzelf alleen dode werken. ‘Want ik getuig van hen, dat zij ijver voor God bezitten, maar zonder verstand’ (Romeinen 10:2); ‘…ons bewustzijn reinigen van dode werken, om de levende God te dienen’ (Hebreeën 9:14). Wij moeten eerst zelf veranderen, om vervolgens Hem te dienen in afhankelijkheid van de kracht van de Heilige Geest. (Romeinen 8:4,13; ‘Want zijn maaksel zijn wij, in Christus Jezus geschapen om goede werken te doen, die God tevoren bereid heeft, opdat wij daarin zouden wandelen’ Efeziërs 2:10) Wij zijn hier op aarde om Zijn werken uit te voeren, de goede werken! En waar blijft dan ons roemen? ‘Maar ik moge ervoor bewaard blijven te roemen anders dan in het kruis van onze Here Jezus Christus, door wie de wereld mij gekruisigd is en ik der wereld. Want besneden zijn of niet besneden zijn betekent niets, maar of men een nieuwe schepping is’ (Galaten 6:14-15).
Citaat stappen 4 t/m 7: ‘Schuld belijden… Ik doe open en eerlijk zelfonderzoek en belijd mijn zonden tegenover mijzelf, tegenover God… Matteüs 5:8, Klaagliederen 3:40… toelaten van Gods wil… Ik werk vrijwillig en van harte mee aan elke verandering die God in mijn leven wil aanbrengen… Matteüs 5:6, Jakobus 4:10, ‘Belijden we onze zonden, dan zal hij, die trouw en rechtvaardig is, ons onze zonden vergeven’ (1 Johannes 1:9)’.
Antwoord: Dit gedeelte geeft u een inkijkje hoe de duisternis u op een ander spoor wenst te zetten. Zowel bij de stappen als de principes wordt met geen woord gesproken over het ‘bloed’ van het Lam. En toch is dit alles bepalend! ‘…gerechtigheid Gods door het geloof in Jezus Christus… Hem heeft God voorgesteld als zoenmiddel door het geloof, in zijn bloed’ (Romeinen 3:22-25). Verzoening geeft herstel van de relatie met Hem, opdat wij zouden worden ‘Gerechtigheid Gods in Hem’.
De geciteerde Bijbeltekst uit 1 Johannes 1:9 handelt over hen die reeds wedergeboren zijn. ‘…maar indien wij in het licht wandelen, gelijk Hij in het licht is, hebben wij gemeenschap met elkander; en het bloed van Jezus, zijn Zoon, reinigt ons van alle zonde. Indien wij zeggen, dat wij geen zonde hebben, misleiden wij onszelf en de waarheid is in ons niet. Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, om ons de zonden te vergeven en ons te reinigen van alle ongerechtigheid’ (1 Johannes 1:7-9). Er is een rechtvaardige grondslag nodig (het bloed van Christus) om vergeving te kunnen ontvangen. In de Schrift staan verzoening en vergeving altijd in verbinding met het zoenmiddel, Jezus Christus (zie o.a. in Efeziërs 1:7-14; Kolossenzen 1:14; 1 Johannes 2:1-2). Dit is het werk van de Heilige Geest, ‘…zal Hij (Heilige Geest) de wereld (de mens) overtuigen van zonde… omdat zij in Mij (Jezus Christus) niet geloven…’ (Johannes 16:8-10).
Waarom hoor ik dan niets van het Bijbels evangelie, dat ons eerst en vooral spreekt van de verzoening door Jezus Christus, in dit zogenaamd ‘Bijbels gefundeerd programma’? Het ontbreken van deze verbinding is niet naar de Schrift en vormt een sterk signaal dat dit programma niet door de Heilige Geest gestalte heeft gekregen. Wat ernstig! In bovenstaand citaat lees ik ook dat wij willen meewerken aan al de veranderingen die God in ons leven wil aanbrengen. Hierin bespeur ik enige hoogmoed. ‘…opdat zij, die leven, niet meer voor zichzelf zouden leven, maar voor Hem, die voor hen gestorven is en opgewekt… Zo is dan wie in Christus is een nieuwe schepping’ (2 Korintiërs 5:15-21); ‘Of weet gij niet, dat uw lichaam een tempel is van de Heilige Geest, die in u woont, die gij van God ontvangen hebt, en dat gij niet van uzelf zijt?’ (1 Korintiërs 6:19). Laten wij het accent leggen op: ‘Niet ik, maar Christus’.

Hans Kruisman

1 Dialectische methode: De methode om de mens te transformeren naar een ander denkkader. (Synthetisch denkkader)
2 Paradigma: (Gr. ‘patroon’ of ‘model’) is een term die o.a. in de filosofie wordt gebruikt. Het wordt in dit vakgebied omschreven als een denkkader waarmee de omgeving wordt geanalyseerd, beschreven en beoordeeld. Ons paradigma, denkkader, is als een verzameling van geloofsstellingen ofwel dogma’s, die als levensbeschouwelijk kan worden gezien.