Raken we het evangelie kwijt?
De zwijgcultuur is doorbroken. Men heeft de koe bij de horens gepakt en men is begonnen aan een nieuwe discussie over homoseksualiteit. Binnen de EO via Visie en het EO-vrouwenblad Eva in de Hervormde Kerk, in de vrijgemaakte Kerk, in het blad Confessioneel. In de waarheidsvriend van de Gereformeerde Bond, binnen het Evangelische Werkverbond van de SoW-kerken. Overal is debat, maar raken we het Evangelie niet kwijt?
Waarom deze nieuwe discussie? Omdat in reformatorische en evangelische kringen steeds meer de oorspronkelijk bijbelse standpunten worden losgelaten. De gevoelde noodzaak daartoe komt niet van buitenaf maar veeleer van binnenuit. Kerkleden eisen van hun predikant en kerkenraad b.v. dat homofielen worden ingezegend bij hun keuze tot samenwonen. Het blad van de Gereformeerde Bond, 'De Waarheidsvriend', heeft bij monde van Ds. G.D. Kamphuis te Amstelveen haar stem ertegen verheven. "De kerk moet ook 'nee' durven zeggen bij het maken van haar keuzes. Door deze verkeerde keuze van de Hervormde synode heeft zij op dit cruciale punt haar geestelijk gezag verloren, zo stelde ds. Kamphuis. Een profetisch geluid dat tot dankbaarheid stemt!
Getuigenis
In het blad Visie van de EO stonden op de buitenkant woorden: 'Ik ben een homo'. Daar schrik je toch van? Het verwees naar het gelijknamige artikel binnenin over een man met homoseksuele gevoelens. Overigens een heel goed getuigenis, van iemand die als gelovige weet dat Gods normen hem van een homoseksuele relatie weerhouden.
Ook iemand die getuigt, dat de Here hem geen zwaar gebod oplegt door te kiezen voor een celibatair leven. Geheel anders dan het verhaal van de kerkelijke homogroep 'Contrarie'. Het gaat over iemand, die geleerd heeft dat het seksuele niet alles beheersend is in het leven van een mens en dat hij als mens en als christen voluit kan en mag functioneren. Jammer van de titel: 'Ik ben een homo'. Daarmee kleurt hij dan zijn hele leven in met dat ene facet — zijn seksuele gerichtheid. Dat kan een christen nooit zeggen van zichzelf. Als hij een waar christen is — en dat blijkt uit zijn getuigenis — dan is ook hij 'geheel anders' - namelijk 'kind van God', die steeds verder mag 'veranderen naar het beeld van Christus' (Rom. 8:29). Hij mag steeds meer ervaren dat het nieuwe leven van de Here Jezus door de Heilige Geest allesbeheersend wordt in zijn leven. Helaas bleek niet uit zijn verhaal, dat de Heilige Geest ook 'Heer' over je gedachteleven en je gevoelsleven — dus ook over je seksuele fantasieën — moet zijn. Want zondigen in gedachten staat niet ver af van zondigen in de fysieke daad, zo leert de Here Jezus met betrekking tot de 'begeerte'. Daarin ligt meestal de zwakte van het christelijk getuigenis op dit punt.
Het christenleven wordt niet in eerste instantie bepaald door de wet 'het mag niet', maar door de Geest, die een mens verandert naar het beeld van Christus. Helaas laat men in de christelijke gemeen- te op dit punt ernstig steken vallen, juist waar men het voortouw dient te nemen in de actuele verkondiging, ook op dit punt.
Wat te doen?
En daar ligt nu juist de zorg en de verontrusting. Veel binnen de christelijke discussie over dit onderwerp is gericht op de mens en zijn zonde en nood. Niet in de eerste plaats op het verlossende Evangelie van Christus. In Amsterdam bestaat de evangelische Vereniging ''Tot heil des Volks'- de EHAH - die zich al vijfentwintig jaar inzet voor bijbelse hulp aan homofielen.
Zij houden voluit vast aan de Bijbel, aan Gods geboden en aan het verlossende Evangelie. Zij praten niet maar doen! Echter in veel reformatorische en evangelische kringen lijkt de kogel door de kerk: de homo praxis kan en mag, mits 'in liefde en trouw'. Die twee 'toverwoorden'- liefde en trouw - moeten een zondige levensstijl sanctioneren.
Zijn we — op dit punt — niet het Evangelie kwijtgeraakt in zijn oorspronkelijke kracht? Is de christenheid niet de confrontatie met wereld en zonde uit de weg gegaan in het Sodom en Gomorra van onze dagen? Op de gevlucht geslagen in een zwijgcultuur? Zijn we de radicale boodschap van de Bijbel met de praktische consequenties ervan niet uit de weg gegaan, niet alleen op het punt van de homofilie, ook op het punt van de profetie? Die profetie omvat de weerstand tegen de heidense cultuur waarin we leven, maar ook de steun aan Israël in zijn nood. Zwijgen de kerken niet vaak nu Israël in nood is? De SoW-kerken kwamen zelfs niet op Israëls ambassade tijdens de onafhankelijkheidsdag omdat men een politieke keuze heeft gemaakt tegen Israël. Die keuze blijkt al jaren lang uit het beleid ten aanzien van Israël in de nood van deze tijd. Men faalt helaas zo vaak in de belichting van het wereldgebeuren vanuit het profetisch Woord. Men heeft hierin kennelijk verkeerde keuzes gemaakt. We zijn al veel kwijtgeraakt in ons land. Maar raken we nu ook nog het Evangelie der verlossing kwijt? Dan wordt het tijd voor verootmoediging voor de Here opdat Hij zal ingrijpen en de Boodschap van volkomen verlossing door het bloed van het Lam nog helder zal klinken.
Feike ter Velde
Kader
'Bij het verkopen van nieuwe ethische opvattingen heb je de meeste last van de kerken. Ondanks dat de Amerikaanse samenleving snel seculariseert, heeft de godsdienst toch nog een grote invloed. Dat wordt vaak onderschat. Het besef van goed en kwaad heeft diepe religieuze wortels die taai zijn. Daarom moet de homobeweging haar pijlen vooral richten op de kerken. Van progressieve kerken hebben we geen last. De streng orthodoxen krijg je niet om. Die moet je marginaliseren. Het gaat erom de middengroep mee te krijgen." Dat was het verhaal dat Marshall Kirk en Hunter Madsen op een congres van de homobeweging in 1988 in het Amerikaanse stadje Warrenton vertelden. Kirk en Madsen, beiden als sociaal wetenschapper afgestudeerd aan de beroemde universiteit van Harvard, adviseerden de bijeengekomen homoactivisten een geraffineerde reclamecampagne op te zetten. "Of het nu om Pepsi Cola gaat of om de emancipatie van homoseksuelen, je moet de massa indoctrineren zonder dat het publiek doorheeft dat het wordt gemanipuleerd! Als je het goed doet, is de samenleving binnen vijftien jaar om."
Het eerste waar volgens Kirk en Madsen de homolobby aan moest werken was het creëren van een ontvankelijke stemming. "Het gaat erom het publiek onder te dompelen in een constante stroom reclames waarin homoseksuelen in beeld komen. Als de heteroseksuelen deze douche niet kunnen uitzetten, worden zij uiteindelijk nat."
Bron: Reformatorisch Dagblad
Waarom deze nieuwe discussie? Omdat in reformatorische en evangelische kringen steeds meer de oorspronkelijk bijbelse standpunten worden losgelaten. De gevoelde noodzaak daartoe komt niet van buitenaf maar veeleer van binnenuit. Kerkleden eisen van hun predikant en kerkenraad b.v. dat homofielen worden ingezegend bij hun keuze tot samenwonen. Het blad van de Gereformeerde Bond, 'De Waarheidsvriend', heeft bij monde van Ds. G.D. Kamphuis te Amstelveen haar stem ertegen verheven. "De kerk moet ook 'nee' durven zeggen bij het maken van haar keuzes. Door deze verkeerde keuze van de Hervormde synode heeft zij op dit cruciale punt haar geestelijk gezag verloren, zo stelde ds. Kamphuis. Een profetisch geluid dat tot dankbaarheid stemt!
Getuigenis
In het blad Visie van de EO stonden op de buitenkant woorden: 'Ik ben een homo'. Daar schrik je toch van? Het verwees naar het gelijknamige artikel binnenin over een man met homoseksuele gevoelens. Overigens een heel goed getuigenis, van iemand die als gelovige weet dat Gods normen hem van een homoseksuele relatie weerhouden.
Ook iemand die getuigt, dat de Here hem geen zwaar gebod oplegt door te kiezen voor een celibatair leven. Geheel anders dan het verhaal van de kerkelijke homogroep 'Contrarie'. Het gaat over iemand, die geleerd heeft dat het seksuele niet alles beheersend is in het leven van een mens en dat hij als mens en als christen voluit kan en mag functioneren. Jammer van de titel: 'Ik ben een homo'. Daarmee kleurt hij dan zijn hele leven in met dat ene facet — zijn seksuele gerichtheid. Dat kan een christen nooit zeggen van zichzelf. Als hij een waar christen is — en dat blijkt uit zijn getuigenis — dan is ook hij 'geheel anders' - namelijk 'kind van God', die steeds verder mag 'veranderen naar het beeld van Christus' (Rom. 8:29). Hij mag steeds meer ervaren dat het nieuwe leven van de Here Jezus door de Heilige Geest allesbeheersend wordt in zijn leven. Helaas bleek niet uit zijn verhaal, dat de Heilige Geest ook 'Heer' over je gedachteleven en je gevoelsleven — dus ook over je seksuele fantasieën — moet zijn. Want zondigen in gedachten staat niet ver af van zondigen in de fysieke daad, zo leert de Here Jezus met betrekking tot de 'begeerte'. Daarin ligt meestal de zwakte van het christelijk getuigenis op dit punt.
Het christenleven wordt niet in eerste instantie bepaald door de wet 'het mag niet', maar door de Geest, die een mens verandert naar het beeld van Christus. Helaas laat men in de christelijke gemeen- te op dit punt ernstig steken vallen, juist waar men het voortouw dient te nemen in de actuele verkondiging, ook op dit punt.
Wat te doen?
En daar ligt nu juist de zorg en de verontrusting. Veel binnen de christelijke discussie over dit onderwerp is gericht op de mens en zijn zonde en nood. Niet in de eerste plaats op het verlossende Evangelie van Christus. In Amsterdam bestaat de evangelische Vereniging ''Tot heil des Volks'- de EHAH - die zich al vijfentwintig jaar inzet voor bijbelse hulp aan homofielen.
Zij houden voluit vast aan de Bijbel, aan Gods geboden en aan het verlossende Evangelie. Zij praten niet maar doen! Echter in veel reformatorische en evangelische kringen lijkt de kogel door de kerk: de homo praxis kan en mag, mits 'in liefde en trouw'. Die twee 'toverwoorden'- liefde en trouw - moeten een zondige levensstijl sanctioneren.
Zijn we — op dit punt — niet het Evangelie kwijtgeraakt in zijn oorspronkelijke kracht? Is de christenheid niet de confrontatie met wereld en zonde uit de weg gegaan in het Sodom en Gomorra van onze dagen? Op de gevlucht geslagen in een zwijgcultuur? Zijn we de radicale boodschap van de Bijbel met de praktische consequenties ervan niet uit de weg gegaan, niet alleen op het punt van de homofilie, ook op het punt van de profetie? Die profetie omvat de weerstand tegen de heidense cultuur waarin we leven, maar ook de steun aan Israël in zijn nood. Zwijgen de kerken niet vaak nu Israël in nood is? De SoW-kerken kwamen zelfs niet op Israëls ambassade tijdens de onafhankelijkheidsdag omdat men een politieke keuze heeft gemaakt tegen Israël. Die keuze blijkt al jaren lang uit het beleid ten aanzien van Israël in de nood van deze tijd. Men faalt helaas zo vaak in de belichting van het wereldgebeuren vanuit het profetisch Woord. Men heeft hierin kennelijk verkeerde keuzes gemaakt. We zijn al veel kwijtgeraakt in ons land. Maar raken we nu ook nog het Evangelie der verlossing kwijt? Dan wordt het tijd voor verootmoediging voor de Here opdat Hij zal ingrijpen en de Boodschap van volkomen verlossing door het bloed van het Lam nog helder zal klinken.
Feike ter Velde
Kader
'Bij het verkopen van nieuwe ethische opvattingen heb je de meeste last van de kerken. Ondanks dat de Amerikaanse samenleving snel seculariseert, heeft de godsdienst toch nog een grote invloed. Dat wordt vaak onderschat. Het besef van goed en kwaad heeft diepe religieuze wortels die taai zijn. Daarom moet de homobeweging haar pijlen vooral richten op de kerken. Van progressieve kerken hebben we geen last. De streng orthodoxen krijg je niet om. Die moet je marginaliseren. Het gaat erom de middengroep mee te krijgen." Dat was het verhaal dat Marshall Kirk en Hunter Madsen op een congres van de homobeweging in 1988 in het Amerikaanse stadje Warrenton vertelden. Kirk en Madsen, beiden als sociaal wetenschapper afgestudeerd aan de beroemde universiteit van Harvard, adviseerden de bijeengekomen homoactivisten een geraffineerde reclamecampagne op te zetten. "Of het nu om Pepsi Cola gaat of om de emancipatie van homoseksuelen, je moet de massa indoctrineren zonder dat het publiek doorheeft dat het wordt gemanipuleerd! Als je het goed doet, is de samenleving binnen vijftien jaar om."
Het eerste waar volgens Kirk en Madsen de homolobby aan moest werken was het creëren van een ontvankelijke stemming. "Het gaat erom het publiek onder te dompelen in een constante stroom reclames waarin homoseksuelen in beeld komen. Als de heteroseksuelen deze douche niet kunnen uitzetten, worden zij uiteindelijk nat."
Bron: Reformatorisch Dagblad