Saul, Saul, waarom vervolgt gij Mij?

Henk Schouten • 87 - 2011 • Uitgave: 10
Deze woorden kwamen mij vanmorgen, toen ik de krant las, voor de geest. De meesten van ons weten deze woorden wel te plaatsen. Saulus is onderweg naar Damascus met één groot verlangen, zijn persoonlijke drive is de uitroeiing van de mensen die ‘van die weg’ zijn. We komen de gebeurtenis tegen in Handelingen 9. We lezen er zelfs bij: ‘Saulus, nog dreiging en moord blazende.’ Het waren heftige tijden aan het begin van de kerkgeschiedenis. De botsing tussen de orthodoxe Joden en de Joden die tot geloof in Jezus Christus gekomen waren, was hevig. De spanning en strijd tussen Joden en christenen is soms zeer heftig geweest. Daarbij moeten wij als christenen beseffen dat we daarin wel een hele slechte reputatie hebben. De kerkgeschiedenis laat al heel vroeg zien dat Joden niet lang meer echt welkom waren. Al snel werd gesteld dat Joden bijvoorbeeld geen bisschop mochten worden. Bizar voor een geloofsgemeenschap welke de wereld is ingedragen door Joden en bovendien gebaseerd is op het offer dat door een Jood pur sang, onze Here Jezus, gebracht werd.

Ook werden de feesten van de Heer, zeg maar Pasen en Pinksteren, verschoven op de kalender, om ze zo los te maken van hun Joodse oorsprong. Ook werd de sabbat, de door God aan de Joden gegeven rustdag, teken van Zijn verbond met het volk, doorgeschoven naar de eerste dag van de week, de zondag. De zondag was feitelijk een dag ter ere van de zon(negod). Al deze dingen en veel meer waren de voedingsbodem voor antisemitisch geweld dat er tot op vandaag is. Daar moeten we ons, die tot de christelijke wereld behoren, voor schamen, ook al zijn we zelf heel anders gezind.

Wat las ik in de krant? ‘Demonstraties tegen Messiaanse Joden verwacht’. Het verhaal leerde dat ultraorthodoxe Joden het voornemen hadden te demonstreren voor het huis van een voorganger van een Messiaanse gemeente. De vijandige houding tegen de gelovigen is de laatste paar weken duidelijk toegenomen, aldus het krantenartikel.

Vanmiddag werd me een filmpje gemaild met een ooggetuige-verslag van een dergelijke protestactie, waarbij de verslaggever, een Jood nota bene, met Hitler werd vergeleken. Na ongeveer 2000 jaar is er ten diepste nog weinig veranderd. De Saulussen bestaan nog, gekleed in zwarte pakken, lange baarden en zwarte hoeden menen zij als de hoeders over het Oudtestamentische erfgoed aangesteld te zijn en claimen het recht Joden die de Here Jezus als hun verlosser hebben aangenomen, op alle fronten te mogen hinderen met zeer kwetsende uitspraken. Zo wijd als de kloof was tussen ‘mensen van die weg’ en de orthodoxie toen, minstens zo breed is de kloof tussen hun beider nazaten nu.

Ons, christenen uit de heidenen, past wel enige terughoudendheid in dit conflict, want hebben juist ook niet wij een beschamende reputatie? Zijn wij niet hele slechte gezanten geweest van de blijde boodschap?

De geschiedenis is niet terug te draaien, maar uit het profetisch woord weten we dat de Here God met alle mensen geschiedenis wil schrijven. Dat wil Hij met de ultra-orthodoxe Jood, de liberale Jood en de seculiere Jood, met ieder mens, ongeacht van welk volk, ras of stand ook. Die geschiedenis wordt geschreven vanuit de ontmoeting met de Here Jezus.

In de ontmoeting die Saulus/Paulus met de Here Jezus had, mogen we iets profetisch zien. De Here Jezus ontmoette Paulus met de woorden: “Waarom vervolgt gij Mij?” Paulus was er, net als de orthodoxe Joden, diep van overtuigd een zaak te doen die de Here welgevallig zou zijn. Zijn motieven waren zeker oprecht, maar niettemin zat hij er volkomen naast toen hij onderweg naar Damascus dreiging en moord blies. Zo zaten ook de christenen in de geschiedenis er helemaal naast toen ze te vuur en te zwaard met vreselijke middelen Joden tot bekering wilde brengen.

De Here God kwam Saulus tegemoet, wat een genade en een liefde. Onder de zegenende handen van Ananias vielen hem de schellen van de ogen. Zijn verblinding werd opgeheven en van een vervolger werd hij een verkondiger. Daar zit een profetische boodschap achter. Hoe vijandig de sfeer op dit moment ook is, de houding van velen van het volk zal veranderen. Er komt een dramatisch moment, gelijk aan de ontmoeting tussen Jozef en zijn broers die hem dood waanden, dan zullen velen het net als Paulus horen: “waarom vervolgt gij Mij?” De schellen zullen van de ogen vallen en de verblinding zal weggenomen worden, dan zullen de Joden, zoals eenmaal Saulus/Paulus, verkondigers van het evangelie van het koninkrijk worden. Daar zal het niet bij blijven, ook de volkeren zullen dan horen en met zijn tienen de slip van een Joodse man vastgrijpen, omdat ze gehoord hebben dat God met hen is. Wat nodig is, is dat het evangelie tot het Joodse volk gebracht wordt. We mogen helpen de grond voor te bereiden, want van Paulus leerden we immer: Eerst de Jood en dan de Griek.

ds. Henk Schouten