Spreuken 6:25 (II)
Spreuken
‘Begeer haar schoonheid niet in uw hart’
Spreuken 6:25
Begeren vindt plaats onzichtbaar in ons hart. Als het nu niet opgevolgd wordt door verkeerde daden, is het dan wel zonde? Er zijn ontelbare mannen die naar porno kijken, maar niet tot overspel komen. Ze denken dat daar niets mis mee is. Ze zijn toch trouw gebleven aan hun eigen vrouw en hebben haar toch geen kwaad gedaan? Is dat wel zo?
Paulus zegt in Romeinen 7:7 dat hij pas door de wet bewust is geworden dat begeren zonde is. In de tien geboden verbiedt de Here niet alleen de uiterlijke verkeerde handelingen, zoals liegen, stelen, moorden, maar ook het innerlijke onbeheerste en zelfzuchtige verlangen naar iets dat van een ander is.* Begeren is niet alleen fout omdat het tot zondige daden leidt, maar begeren op zich is zonde. Wie beseft dat en gelooft dat eigenlijk nog?
De Here Jezus doet er in de Bergrede zelfs nog een schepje bovenop: ‘Een ieder die een vrouw aanziet om haar te begeren, heeft in zijn hart reeds echtbreuk met haar gepleegd’.** Het zondige verlangen is gelijk aan de zondige daad. Dat is behoorlijk heftig!
Even terug naar waar we begonnen zijn. Als je alleen maar naar porno kijkt, verder niet, brengt het dan geen schade? Vergeet het maar! Een vrouw vertelde het volgende: “Ik kwam tot de ontdekking dat mijn man via webcam eerst een andere vrouw uit de kleren chat en vervolgens bij mij in bed stapt. Het voelt alsof hij vreemd gaat. Sindsdien vertrouw ik hem niet meer. Hij heeft mij er diep mee gekwetst. En er valt niet over te praten, want hij vindt dat er niets aan de hand is.” Deze verborgen ontrouw schaadt de intimiteit diep. Bovendien wordt het meestal stiekem gedaan en is het omgeven met leugens.
In ons wetsbestel worden alleen slechte daden veroordeeld, maar God rekent ook met de onreinheid binnenin ons die niet naar buiten treedt. Hij kijkt dwars door de mens heen en doorzoekt onze gedachten en overleggingen.*** Maar er is niets waarvoor de mens zo blind is als voor zijn eigen zondige hart, totdat de Geest het hem door het Woord openbaart! Dán pas kan de Here ons hart wassen van ongerechtigheid. En Hij verlangt er zo naar om dat te doen! Want alleen de reinen van hart zullen Hem zien!****
Els ter Welle
* Ex. 20:17
** Matt. 5:28
*** Hebr. 4:12
**** Matt. 5:8
‘Begeer haar schoonheid niet in uw hart’
Spreuken 6:25
Begeren vindt plaats onzichtbaar in ons hart. Als het nu niet opgevolgd wordt door verkeerde daden, is het dan wel zonde? Er zijn ontelbare mannen die naar porno kijken, maar niet tot overspel komen. Ze denken dat daar niets mis mee is. Ze zijn toch trouw gebleven aan hun eigen vrouw en hebben haar toch geen kwaad gedaan? Is dat wel zo?
Paulus zegt in Romeinen 7:7 dat hij pas door de wet bewust is geworden dat begeren zonde is. In de tien geboden verbiedt de Here niet alleen de uiterlijke verkeerde handelingen, zoals liegen, stelen, moorden, maar ook het innerlijke onbeheerste en zelfzuchtige verlangen naar iets dat van een ander is.* Begeren is niet alleen fout omdat het tot zondige daden leidt, maar begeren op zich is zonde. Wie beseft dat en gelooft dat eigenlijk nog?
De Here Jezus doet er in de Bergrede zelfs nog een schepje bovenop: ‘Een ieder die een vrouw aanziet om haar te begeren, heeft in zijn hart reeds echtbreuk met haar gepleegd’.** Het zondige verlangen is gelijk aan de zondige daad. Dat is behoorlijk heftig!
Even terug naar waar we begonnen zijn. Als je alleen maar naar porno kijkt, verder niet, brengt het dan geen schade? Vergeet het maar! Een vrouw vertelde het volgende: “Ik kwam tot de ontdekking dat mijn man via webcam eerst een andere vrouw uit de kleren chat en vervolgens bij mij in bed stapt. Het voelt alsof hij vreemd gaat. Sindsdien vertrouw ik hem niet meer. Hij heeft mij er diep mee gekwetst. En er valt niet over te praten, want hij vindt dat er niets aan de hand is.” Deze verborgen ontrouw schaadt de intimiteit diep. Bovendien wordt het meestal stiekem gedaan en is het omgeven met leugens.
In ons wetsbestel worden alleen slechte daden veroordeeld, maar God rekent ook met de onreinheid binnenin ons die niet naar buiten treedt. Hij kijkt dwars door de mens heen en doorzoekt onze gedachten en overleggingen.*** Maar er is niets waarvoor de mens zo blind is als voor zijn eigen zondige hart, totdat de Geest het hem door het Woord openbaart! Dán pas kan de Here ons hart wassen van ongerechtigheid. En Hij verlangt er zo naar om dat te doen! Want alleen de reinen van hart zullen Hem zien!****
Els ter Welle
* Ex. 20:17
** Matt. 5:28
*** Hebr. 4:12
**** Matt. 5:8