Ton Jacobs: “God heeft mijn leven volledig op z’n kop gezet”

Feike ter Velde • 86 - 2010 • Uitgave: 23
Op een dag is hij afgehaakt; hij wierp alles wat met het christelijk geloof te maken had van zich af. Daarvoor echter is hij actief geweest in de Vrije Evangelische Gemeente, waarin hij is opgevoed. Hij was daar kerkorganist en speelde in een jongerencombo, waarmee werd opgetreden in evangelisatiediensten in binnen- en buitenland. Het was een mooie tijd, zegt hij. Maar op een dag deed het geloof hem niets meer en om niet nader te verklaren redenen liet hij alles los. Ook alle andere dingen raakten in de versukkeling: de relatie met zijn kinderen en ook met zijn vrienden. Nu kan hij erover vertellen, want alles is anders geworden. Ton Jacobs legt het uit en getuigt!

De grootste schok in mijn leven was het feit dat ik mijn vrouw aantrof met een andere man, ’s avonds op de bank in de woonkamer. Van het ene moment op het andere, zonder dat ik ooit iets daarvan heb bemerkt, was mijn vrouw mij ontrouw geworden. Deze overspelsituatie riep grote spanningen tussen ons op. Die man, van Turkse afkomst, werd naar mij toe ook nog ernstig bedreigend, zodat ik daarvan enkele malen aangifte bij de politie moest doen. Later kwam er nog een andere man bij haar in beeld, zodat er niets anders overbleef dan mijn huwelijk, waarin twee kinderen werden geboren, te beëindigen. Ik werd er letterlijk ziek van. Ik kon mijn werk niet meer doen; ik raakte depressief. Somberheid en neerslachtigheid vulden mijn dagen. Ik raakte zo diep in de put dat ik geen uitweg meer zag; me zelfs af ging vragen wat de zin van mijn leven nog langer was. Wat wil ik verder met mijn leven? Wil ik nog wel doorgaan? Ik zonderde mij sociaal gezien helemaal af. Ik was zelfs zover heen, dat ik serieus overwoog mij met de auto, met grote snelheid, tegen een boom of zo te pletter te rijden. In die gemoedstoestand belandde ik op het internet en vandaar in een MSN-chatbox onder de categorie Leeftijdgenoten. Ik zat er dagelijks uren achter. Dat was nog mijn enige venster naar de wereld. Mijn leven ging zich concentreren op die computer.
Vooral een chatter, een vrouw, sprak mij enorm aan. In het begin had ik zelf niet eens in de gaten hoezeer zij mij aansprak, zozeer zat ik met mijzelf in de knoei.
Elke dag weer wachtte ik vol spanning, totdat zij weer online kwam. Haar gesprekken waren heel bijzonder en gaven mij een speciaal gevoel van begrepen te worden. Er werd zowaar naar me geluisterd en ik kreeg goede adviezen en antwoorden, niet alleen van haar, maar ook van anderen in die chatbox. Mijn gemoedstoestand viel op. Men wilde dat ik bleef komen en praten. Zodoende werd dus die computer steeds belangrijker in mijn leven.

Na zo’n drie weken kwam ik er - door een e-mail van een van die chatters - achter wat mijn gevoelens waren en hoe diep die gevoelens inmiddels voor haar via het internet duidelijk in beeld waren gekomen. Zij zag mijn geestelijke nood en haar antwoorden op mijn vragen sloegen in als een bom. Ik besloot in te gaan op het advies om haar een e-mail te sturen. Na een aantal telefoongesprekken met haar heb ik dan de stoute schoenen aangetrokken. Ik heb haar op een dinsdagavond gebeld en gevraagd of ik langs mocht komen. Toen ze de voordeur opende, sloeg de bliksem bij mij in en zette mijn hart in vuur en vlam.
We hebben die avond heel lang met elkaar gepraat. Ik heb mijn ziel en zaligheid bij Mary, want zo heet ze, op tafel gelegd. Telkens bleek, dat onze belangstelling naar zoveel gemeenschappelijke dingen uitging. Er waren veel raakvlakken in ons beider levens.

Mary nam mij op een zondag mee naar haar Pinkstergemeente, waar ik met heel veel warmte en liefde werd opgevangen. Ik werd er stil van. Ik ging met haar mee - als ik niet hoefde te werken - naar de Bijbelstudies en begon mij steeds meer af te vragen of God een speciale bedoeling met mij had door Mary op mijn pad te zetten. Steeds weer opnieuw kwam mijn vroegere lijfspreuk uit 1 Korintiërs 13 mij voor ogen: ‘Zo blijven dan geloof, hoop en liefde, deze drie, maar de meeste van deze is de liefde.’
Ik probeerde mij te verzetten tegen een gevoel diep in mij, dat als een roepende stem was. Ik wilde zelf de controle over mijn leven houden. Ik wilde alles zelf doen en beslissen. Ik vocht en vocht om niet door de liefde van God overrompeld te worden, zodat ik alle vaste grond onder mijn voeten misschien zou verliezen. Ik vocht, maar… ik zou dat gevecht verliezen.

Op zondagmorgen ben ik huilend uit de dienst gelopen. Ik kon mijzelf er niet toe brengen naar voren te lopen en me compleet over te geven aan God en de Here Jezus te aanvaarden als mijn Verlosser, als mijn Heiland. In de gang heb ik mijn hart uit mijn lichaam gehuild. Mary en een van de oudsten hebben mij toen meegenomen naar een kantoortje en daar hebben we verder gesproken en gebeden. Die dag heb ik mij overgegeven aan Jezus. Na die dag wilde ik nog maar een ding en dat was mijn hele leven in handen geven van de enige levende God. Ik was thúisgekomen!

De week erna heb ik veel nagedacht, gebeden en met Mary gesproken en het besluit genomen dat ik heel erg graag, maar nu als een volwassene, gedoopt wilde worden. Ik wilde ten overstaan van de hele gemeente, maar vooral tegenover God, belijden dat ik voor de Here Jezus als mijn Verlosser wilde leven en Hem wilde volgen. Op zondag 20 mei stond ik op het podium van die Pinkstergemeente om me te laten dopen. Ik heb daar toen mijn oude, zondige leven afgeworpen en ben een nieuw leven begonnen met de Here Jezus als mijn Leidsman.
Met de onvoorstelbaar grote liefde van Jezus en met mijn liefde voor Mary en haar liefde voor mij wilde ik verder leven! Op diezelfde zondag, 20 mei, hebben we ons verloofd. Donderdag 14 februari zijn we getrouwd en hebben wij Gods zegen afgesmeekt over ons huwelijk.

Heel eerlijk, het is niet allemaal zo gemakkelijk gegaan als het mocht lijken. Er is strijd geweest, er zijn problemen van allerlei aard geweest, die overwonnen moesten en nog steeds moeten worden. Ik ben soms heel emotioneel in de diensten, maar ik ben ervan overtuigd dat de Heilige Geest in mij werkt. Ik moest ook van zó ver weg komen. Ik ben zo wonderbaar door Gods genade gered!
Op mijn levensreis waren er zeer donkere tijden; alle kleur uit mijn leven was verdwenen. Alles overschaduwd door pijn, angst, verdriet en een gevoel van machteloosheid. Nu zijn Mary en ik actief met evangelisatie op het internet. We zijn gestart met een MSN-community en nu zijn we de webmaster van het internationale online evangelisatiemagazine In Gods veilige handen, in acht talen en met bezoekers uit negenentachtig verschillende landen. Zo komen we met heel veel mensen in contact over de blijde Boodschap van de Here Jezus Christus!
Ik las een keer in een Bijbels dagboek deze regels: “Deel je liefde, je blijdschap, je geluk, je tijd, je eten, graag met allen. Wonderen zullen er dan plaatsvinden. Nu zie je het alles slechts in knop, de pracht van de open bloem is niet te beschrijven. Liefde, blijdschap, vrede, in rijke overvloed - alleen: geloof! Deel liefde uit en alles wat je kunt met een blij hart en met milde hand. Gebruik al wat je maar kunt voor anderen, en dan zullen er talloze goederen en zegeningen voor terug komen.”
God heeft mijn leven de afgelopen jaren volledig op z’n kop gezet en heel eerlijk gezegd: ik vind het nog steeds fantastisch! Prijs de Here, mijn ziel, en vergeet niet één van Zijn weldaden!

Feike ter Velde