Troost, troost Mijn volk

Jan van Barneveld • 80 - 2004/05 • Uitgave: 9
Troost, troost Mijn volk



U hebt de afgelopen maanden veel gelezen en gehoord over het ongelukkige Gaza-plan van premier Sharon. Zelfs de V.S. en Egypte hebben grote vraagtekens gezet bij dit plan. Egypte was bang dat de Hamas Gaza over zou nemen. Die fanatieke terroristen zo vlak aan de grens zou een gevaar kunnen betekenen voor de stabiliteit van Egypte. De V.S. schatte het gevaar van een terroristenstaatje in Gaza heel reëel in. Wat zijn er veel ‘plannen’ voor vrede in het Midden-Oosten en voor een Palestijnse staat op tafel gelegd en snel daarna onder tafel verdwenen. De Osloakkoorden 1 en 2, het ‘Hebron eerst’ plan, Camp David, Taba, Genève, de Routekaart, plannen van Beilin, Peres, Mitchell, Tenet, Saudi-Arabië enz. enz. Al die veroordelingen en oproepen van de V.N., de E.U. en allerlei internationale organisaties. Verder het antisemitisch en antizionistisch gemekker van het Palestina-comitee, van ICCO en allerlei andere ‘kleintjes’, die in de wereldpolitiek willen meedoen. De Bijbel zegt: ‘De HERE verbreekt de raad der volken, Hij verijdelt de gedachten van de natiën’ (Psalm 33:10). De Veiligheidsraad van de volken kan anti-Israël resoluties aannemen, de (Arabische) naties en de E.U. hebben allerlei gedachten en maken plannen tegen Israël, maar de HERE ‘verijdelt hun gedachten’ en alleen ‘de raad van de HERE houdt eeuwig stand’ (Psalm 33:11). Er komt over al die anti-Israëllanden ‘een dag van wraak, een jaar van vergelding in Sions rechtsgeding’ (Jesaja 34:8). Want we weten dat de HERE ‘in grote ijver voor Sion is ontbrand’. Voor ons land, dat begin deze maand voorzitter van de E.U. is geworden, is het komende halfjaar een testperiode. Wat gaan premier Balkenende en minister Bot doen? Zingen ze mee in het valse koor van de E.U.? Maken ze zich, en ons land, belachelijk door met een nieuw zot plan te komen voor vrede in het Midden Oosten, met een Palestijnse terroristenstaat U in Gods land? Ons land wordt op de proef gesteld. Een laatste herexamen? Bidt dat onze regeringsleiders Israël zullen steunen in de rechtvaardige strijd om te overleven in een uiterst vijandige wereld.



De oostelijke muur

De plannen van God gaan door. Er is heel wat gaande op, onder en rond de Tempelberg. Dorfman, de directeur van de afdeling Oudheden van de Israëlische regering houdt niet op met waarschuwen. Niet alleen de Knesseth, maar ook de islamitische beheersorganisatie van de Tempelberg, de Waqf, krijgen rapporten van deskundigen. De uitstulping van de oostelijke muur is weer 2,5 cm groter geworden en staat op instorten. De hele Tempelberg is verzadigd van water. Net als vorig jaar zomer de dijk bij Wilnis, is er maar een kleine aardbeving nodig om de zaak te doen instorten. Grote delen van de Tempelberg zijn uitgegraven voor moskeeën. De Waqf heeft bij voorbaat Israël al de schuld gegeven als er iets mocht gebeuren. Een van de volgende stappen in Gods raad betreffende zijn volk is de herbouw van de Tempel. Gezien de ‘grote ijver voor Sion’ mogen we verwachten dat binnen afzienbare tijd ‘de berg Sion… een heiligdom zal wezen’ (Obadja:17). De Waqf probeert wanhopig Gods ‘gloeiende ijver voor Sion’ af te remmen. Nu zijn ze bezig de begraafplaats ten Oosten van Jeruzalem uit te breiden. Alles om de Messias tegen te houden. Maar Hij komt!



Een wrange grap

Angstig teken van de naderende eindtijd is de toename van het neo-antisemitisme en van het antizionisme. Over de acties van het Israëlische leger in Gaza om de wapensmokkeltunnels te vernietigen en om zelfmoordacties en andere terroristische acties te verhinderen zijn er weer veel leugens verspreid. Zo wordt de haat tegen Israël gevoed en wordt de wereld klaar gemaakt voor de oorlog van ‘alle volken’ tegen Juda en Jeruzalem. Israël klaagt: ‘Zie, hoe talrijk zijn mijn vijanden en met welk een boosaardige haat haten zij mij’ (Psalm 25:19). Hebt u wel eens gemerkt hoe fel men wordt als u iets goeds over Israël zegt? Hoe grif de leugens over Israël worden geloofd?

Een wrange grap illustreert deze situatie:

‘Een man in Parijs zag hoe een gemene pitbull terriër een klein meisje aanviel. Dapper redde hij het leven van de peuter. Verslaggevers bestormden de dappere redder en vroegen: ‘Hoe heet u? Heel Parijs zal van u houden. Morgen leest u in de krant de koppen: ‘Held redt klein meisje van gemene hond’.

De man zegt: ‘Maar ik kom niet uit Parijs’.

Verslaggevers: ‘Geen probleem. Heel Frankrijk zal van je houden. Let op de koppen in de kranten: ‘Held redt klein meisje van gemene hond’.

De man zegt: ‘Ik kom ook niet uit Frankrijk’.

Verslaggevers: ‘Ook geen probleem. Heel Europa zal van je houden. De koppen van de kranten zullen uitschreeuwen: ‘Held redt klein meisje van gemene hond’.

De man zegt: ‘Ik kom ook niet uit Europa’.

Verslaggevers: ‘Waar kom je dan vandaan?’

De man: ‘Ik kom uit Israël’.

Verslaggevers: ‘Geen probleem. Dan veranderen we de koppen in de kranten. Het wordt:

‘Israëli doodt de hond van een klein meisje’.




Troost, troost mijn volk

Weet u nog wie David Hatuel is? Half mei werden zijn acht maanden zwangere vrouw Tali en zijn vier dochtertjes in koelen bloede vermoord. Zij woonden in Gush Katif, één van de twintig Joodse nederzettingen in de strook van Gaza. Deze gemeenschap is in 1986 opgezet. De oudste nederzetting is Kfar Darom uit 1946. De meest recente werd in 2000 gesticht. De meeste mensen hebben de indruk dat de Joden (‘kolonisten’ worden ze verachtelijk genoemd) in de Gazastrook een groep stijfkoppige orthodoxe extremisten is, die in primitieve caravans wonen en door een leger van duizenden soldaten moeten worden beschermd. De werkelijkheid is anders. Deze 7.500 dappere pioniers hebben een grote woestenij van zandduinen in een paradijs omgezet. Ze produceren enorme hoeveelheden groenten en fruit. Exporteren zelfs naar Europa. Veel Palestijnse arbeiders kregen werk in hun kassen en op hun velden. Een journalist bezocht David Hatuel in Gush Katif. Hij vroeg hem of hij haat voelde tegen de Arabische terroristen die zijn vrouw en dochters hadden vermoord. Hij antwoordde dat hij niet geïnteresseerd was in beschuldigen. Hij had nauwelijks in de pers gezocht naar de identiteit van de daders. In zijn hart was geen enkel spoor of wens om wraak op de terroristen. De volgende vraag aan David was heel indringend: ‘David, jij bent een vroom en religieus mens. Heb je nu geen hekel aan God, die toegestaan heeft dat jou zo’n vreselijke ramp is overkomen?’ Hij antwoordde: ‘Mijn niet-gelovige vrienden vragen me hoe ik zo verder kan. Zij zeggen me dat ze hen een kogel door hun kop zouden jagen. Dank zij God ben ik in staat ermee te leven. Ik richt me liever op de 12 prachtige jaren die ik met mijn geliefde vrouw en mijn dochters heb gehad, dan op de ramp die mij mijn gezin heeft ontnomen. We hebben een heerlijke tijd gehad. Ik moet alleen maar geloven dat God er een plan mee heeft waarom die mooie tijd is verkort’.

Zo zijn er velen met intens verdriet in Israël. In zijn grote ijver voor Israël zal de Here God Zelf hen troosten. Maar Hij wil ook ons daarbij gebruiken.



drs. Jan van Barneveld