Van de redactie - jrg. 78-02

Feike ter Velde • 78 - 2002/03 • Uitgave: 2
De toestand in Israël is in de laatste weken ernstig geëscaleerd. Hoe het zal zijn op het moment dat u dit nummer van ons blad ontvangt, is natuurlijk met geen mogelijkheid te zeggen. Israël strijdt om zijn voortbestaan tegen een vijand zonder leger, maar een vijand met grote slagkracht. Zelfmoordacties door Islamitische mannen en vrouwen, die menen een goede daad te doen door zoveel mogelijk mensen in hun zelfgekozen dood mee te nemen zijn aan de orde van de dag. Zulke dingen zijn demonisch en komen uit het rijk der duisternis, van 'de mensenmoorder van den beginne'. Wie kan zich daar goed tegen verdedigen? Straaljagers en tanks en een goed uitgerust leger zijn ontoereikend. Heel het gebeuren in Israël, hoe vaak hebben we dat al geschreven, is een strijd tegen de machten der duisternis, die Israëls ondergang op het oog hebben.

De wereld bemoeit zich ermee, de Verenigde Naties voorop. Er waren de afgelopen dagen al politici in de kringen van de VN die suggereerden, dat er een internationaal leger op af moet worden gestuurd. Dat is precies het eindtijd-scenario van de profeten. Een internationaal samengesteld leger zal tegen Israël ten strijde trekken, maar zal vallen op de bergen van Israël (o.a. Ez. 38).

Naast de interne oorlog laait de strijd ook op aan Israëls noordgrens. Hezbollah, actief gesteund door Iran en Syrië, kan elke moment toeslaan. Wie in handen valt van deze beroepsmoordenaars, zoals enige jaren geleden gebeurde met een aantal van Israëls soldaten, wacht een verschrikkelijke dood. De gruwelijkheden waartoe Islamieten in staat zijn tarten meestal elke beschrijving. De lynchpartijen van hun eigen mensen, van wie wordt vermoed dat ze met Israël samenwerken, zijn te gruwelijk voor woorden. Wie herinnert zich ook niet het lynchen van twee Joodse mannen, die in Ramallah de weg kwijt waren en in handen vielen van Palestijnen. Verscheurende wolven takelden de twee op onbeschrijfelijke wijze toe en smeten de lijken uit het raam naar buiten. Een hysterische dansende massa vertrapte de gedoden. De Palestijnse politie keek vermakelijk toe. De marteling in Palestijnse gevangenissen en de gevangenen van Arafat (we publiceerde een lijst met namen en foto's), die jaren achter de tralies zitten zonder proces, doet ook Palestijnen vrezen voor een toekomstig regiem van een Palestijnse staat onder Arafat. Dat Arafat de terreur initieert en financiert staat vast. En dat met geld uit Europa, ook van de Nederlandse belastingbetaler, en geld uit andere Arabische landen.

Waar gaat het heen met Israël? Hoe moeten we er nog over schrijven? Welke facetten verdienen in het bijzonder in ons blad de aandacht? Israël als "teken van de tijd", maar kunnen we nog wel bidden voor Israël en voor de vrede van Jeruzalem? Moeten we niet tegelijkertijd bidden om de komst van de Messias?
Hoelang zullen christenen nog standhouden in hun voorbede voor Israël, nu de media maar doorgaan Israël als de grote boosdoener af te schilderen. In Israël zelf doen ook de kerken van zich spreken, compleet met pro-Palestijnse 'vredesmarsen', predikanten en priesters voorop. Waar zijn deze 'geestelijke leiders' als er tientallen Joodse mannen en vrouwen, jongens en meisjes, omkomen in restaurants en theaters door Palestijnse moordenaars? Het is net als gedurende de Holocaust: de kerk zwijgt. Denkt men dan toch stiekem: 'Het zijn maar Joden, ze hebben het verdiend?'
De geluiden in christelijke kerken in Jeruzalem en elders in Israël zijn altijd al antisemitisch, anti-joods, anti-Israël. Men haat de Joodse staat, alwaar men echter wel alle mogelijke vrijheid geniet. Deze haat brengt men ook over op andere kerken in de wereld.

De boodschap "Israël, teken van de eindtijd', krijgt steeds meer urgentie. Dit is in ons blad ook steeds weer kenmerkend. Het gaat vooral om een geestelijke strijd.

Namens de redactie
FtV