Verstikkende rijkdom ofÂ…

Henk Schouten • 85 - 2009 • Uitgave: 16
We leven in tijden van crisis. Er waren grote financiële klappen te verwerken. Astronomische bedragen worden genoemd, getallen met nullen die we niet eens zomaar kunnen uitspreken, laat staan narekenen. De verhouding van onze gezamenlijke schuldenlast tot het reële bezit, de echte waarde is volledig zoek. Door dit alles dreigt er iets anders en dat is voor te veel mensen al werkelijkheid geworden. Mensen mogen thuisblijven, het bedrijf moet inkrimpen en zal misschien zelfs moeten sluiten.
Wanneer je dat overkomt heb je een heel grote zorg. Buiten jou om, over je hoofd heen wordt er besloten. Gevoelens van ongelijkheid, van onrecht, van schaamte en machteloosheid dringen om de voorrang. Behalve deze depressievoedende gevoelens zijn er ook materiële problemen. De auto moest direct worden ingeleverd, ineens geen vervoer meer. Hoe kunnen we de eigen hypotheek aflossen? Worden we gedwongen het huis te verkopen en te verhuizen naar een eenvoudiger woning of moeten we gaan huren? De kinderen moeten na de vakantie naar een andere school, hoe gaat het met het boekenpakket. Moeten de jongeren mee met zo’n dure schooltrip, dat komt nu wel erg slecht uit. Hoe leg ik uit aan mijn puberende zoon of dochter, dat we daar nu even niet aan kunnen denken?
Zomaar wat bijeengeschraapte gedachten, u kunt die wellicht met een veelheid aanvullen. De tijden zijn onzeker. Juist nu las ik in de krant dat de vraag naar psychologische hulp toeneemt. Er is niet veel wijsheid nodig om daar een verband te zien. Onze wereld raakt oververhit. De op het individu gerichte samenleving creëert een toenemende vereenzaming. Solidariteit wordt geofferd aan het ego. Daarmee hebben we de twee hoofdgoden van onze samenleving genoemd. Het ego en de mammon.
Ondertussen hebben we ook vastgesteld, dat de zegen die deze goden verstrekken, maar van korte duur is, onzeker is en nog minder een blijvende innerlijke vrede geven.
Wellicht kan er nog iets anders worden opgemerkt. Zomaar uit de losse pols, maar ook hier denk ik dat de lijn zo voor de handliggend is dat ik het wel aandurf zo te stellen. Dit bedoel ik. Ons land, maar feitelijk heel de mondiale samenleving, keert de Here God, de Schepper van alles bijna volkomen de rug toe. De kerken worden in hoog tempo gesloten of gaan dienst doen als museum, kinderspeelpaleis of zelfs als moskee. Liefde voor de levende God heeft men ingeruild tot liefde voor de dode god mammon en voor de verstikkende god ego. Een verhaal verduidelijkt dit misschien:
Er kwam een rijk maar diep ongelukkig mens bij een rabbi. Deze man klaagde de rabbi zijn nood. Rijk en welgesteld ging hij door het leven, maar hij had geen vrede, rust of balans in zijn leven. De rabbi nam hem mee naar een venster en vroeg, wat zie je? Het antwoord was: ik zie mannen, vrouwen en kinderen lopen. Toen nam de rabbi hem mee naar een spiegel en vroeg, wat zie je? De man antwoordde: ik zie mezelf. Daarop antwoordde de rabbi. Je kijkt in beide gevallen door hetzelfde, namelijk door glas. Alleen het glas van de spiegel is met een zilverlaag bestreken. Wanneer je uit bent op het zilver, zie je geen andere mensen meer, alleen nog jezelf. Is dat niet een typering van onze wereld. Zo gefixeerd op materiële zaken, dat daardoor de mens verblindt, die vervolgens in eenzaamheid komt. Die eenzaamheid, de bijkomende onrust en veel verschillende uitingsvormen waarin het gezicht van een depressie zich kan uiten, komen op de divan bij de psycholoog naar buiten.

Wat voor commentaar moet je daar als dominee op geven? Ik moest denken aan dingen die lang geleden door de apostel Paulus zijn geschreven. In 1 Timotheüs 6:9 lezen we: ‘Maar wie rijk willen zijn, vallen in verzoeking, in een strik, en in vele dwaze en schadelijke begeerten, die de mensen doen wegzinken in verderf en ondergang. Door daarnaar te haken zijn sommigen van het geloof afgedwaald en hebben zich met vele smarten doorboord.’
Opnieuw uit de losse pols, maar toch: ik denk dat Paulus hier een feilloze omschrijving geeft van de zorg die onze maatschappij teistert en velen naar de psycholoog doen vluchten. Paulus is echter niet alleen een (oordeels)profeet. Paulus heeft ook een therapie: ‘Ontvlucht deze dingen, doch jaag naar de gerechtigheid, godsvrucht, geloof, liefde, volharding en zachtzinnigheid.’ Ik geef toe, geen populair advies, maar geneesmiddelen zijn nooit lekker, ze werken wel iets goeds uit. Verderop in hetzelfde hoofdstuk van 1 Timotheüs 6 schrijft Paulus, en ook dat is een therapeutisch, zo u wilt pastoraal advies: ‘dat mensen hun hoop niet op onzekere rijkdom gevestigd moeten houden, doch op God.’
Hier ligt een geweldige kans voor kerken en gelovigen. Wij moeten de gordijnen voor het venster van het evangelie weer wagenwijd openschuiven. We moeten in onze pastorale zorg en adviezen niet aansluiten bij wat de psycholoog te bieden heeft. Wij hebben échte antwoorden en bieden échte hoop. Laten we de geweldige boodschap van de Bijbel herontdekken, dan hebben we juist vandaag geweldige kansen voor het evangelie.

Henk Schouten
Directeur Het Zoeklicht