Vragen - jrg. 85-17

ds. Theo Niemeijer • 85 - 2009 • Uitgave: 17
Ik worstel erg met het feit, dat vrouwen bij ons in de gemeente tegenwoordig ook het avondmaal en de doop mogen bedienen. Er zijn zoveel broeders in de gemeente die het ook kunnen doen. Waarom moeten deze taken nu door vrouwen gedaan worden? (W. M. te Z.)

Antwoord:
Laat het duidelijk zijn dat de Bijbel ons leert dat het gezag in de gemeente aan de broeders toevertrouwd is. Ondubbelzinnig leert Paulus ons dit in 1 Korinthiërs 14:34-36 en 1 Timoteüs 2:11-15. We denken hierbij aan het leergezag dat met het onderwijs in de gemeente te maken heeft, maar ook aan het pastoraal gezag, zoals het vermanen, tuchtigen en het gebed voor zieken en occult gebonden personen, waarin broeders een eerste verantwoordelijkheid hebben.
Gezag verwerf je overigens niet zelf, maar wordt je verleend en staat altijd ten dienste van de gemeente, dus nooit ten dienste van jezelf! Gezag is dan ook nooit heersend, maar dienend.
De toenemende trend van vrouwelijke ambtsdragers in de gemeente van Jezus Christus is een afspiegeling van de emancipatiegolf die de laatste decennia in onze maatschappij op gang gekomen is. Het is niet in overeenstemming met Gods Woord, maar met de geldende normen in onze huidige samenleving. Daarbij zien we ook een tekort aan toewijding aan de Here bij de mannen in de gemeente, die veel drukker bezig zijn met hun carrière dan met hun roeping in de Here.
Natuurlijk is het bijzonder zegenrijk dat erg veel werk door vrouwen in de gemeente verzet wordt. We denken aan het zondagsschoolwerk, het jeugdwerk, het diaconale werk, enzovoorts. Het is nooit de bedoeling van God geweest dat door de gezagspositie van de broeders, de vrouwen overbodig zouden worden in de bedieningen binnen de gemeente. Net zoals in het huwelijk, waar de man als hoofd geroepen is, zoals Christus het Hoofd van de gemeente is, geldt dit principe ook in de gemeente. Man en vrouw vullen elkaar aan in het huwelijks- en gezinsleven, waarbij echter de man de uiteindelijke verantwoordelijkheid draagt. Vrouwen die zich verzetten tegen hun, door God ingestelde, positie in het huwelijk, zullen zich ook blijvend verzetten tegen de Bijbelse gezagsstructuur in de gemeente. Tenslotte wil ik de mannen oproepen om de hun toevertrouwde positie binnen het huwelijk en de gemeente in te nemen, priester te zijn in huwelijk, gezin en gemeente. Eens zul je als man voor de troon van Christus verantwoording af moeten leggen voor de wijze waarop je deze roeping vervuld hebt, zoals ook eens Adam ter verantwoording geroepen werd nadat Eva zich door de zonde had laten verleiden, terwijl Adam er passief bij stond!


In onze gemeente komt een lesbisch stel in de dienst, en ook homo’s zijn welkom. ‘Liefde’ is een belangrijk thema in onze gemeente, waarbij ons wordt geleerd om ook hen lief te hebben. Over het samenwonen voor het huwelijk wordt ook niet zo moeilijk gedaan. Wij weten niet of we wel bij deze gemeente moeten blijven. Graag uw reactie hierop. (M. O. te ?)

Antwoord:
Natuurlijk is de opdracht om elkaar lief te hebben heel belangrijk. We moeten echter wel oppassen om hierin niet te eenzijdig te worden. Persoonlijk ben ik van mening dat er de laatste tijd wel erg veel over Gods liefde gesproken wordt, terwijl Gods gerechtigheid steeds meer verzwegen wordt. De Bijbel spreekt duidelijk over de zonde van homofilie en als gemeente hebben wij niet het recht om deze vreselijke zonde goed te praten en met de mantel der liefde te bedekken. Broeders en zusters die met homofiele - en lesbische gevoelens worstelen, zonder deze in praktijk te brengen, zullen binnen de gemeente liefdevol en vertrouwensvol opgevangen en geholpen moeten worden. Zij die hun gevoelens in de praktijk brengen en er niet voor terugschrikken om een seksuele relatie aan te gaan met iemand van hetzelfde geslacht dienen te weten dat hun levenswandel in strijd is met Gods Woord.
Wel wil ik pleiten voor meer pastorale aandacht in de gemeente voor broeders en zusters die met hun seksuele gevoelens worstelen. Er zijn velen die uit eigen ervaring kunnen getuigen dat homofiele en lesbische gevoelens niet, zoals meestal beweerd wordt, aangeboren zijn, maar zich in een bepaalde levensfase ontwikkeld hebben. Vooral in de huidige maatschappij met de roldoorbreking tussen mannen en vrouwen zien we een toename van homofilie. Bij kinderen die in een cruciale levensfase hun seksuele geaardheid ontdekken, ontbreekt op dat moment vaak een echte man/vader of vrouw/moeder waaraan zij zich kunnen spiegelen.
Juist binnen de gemeente dient herstel aangeboden te worden voor hen die met deze ontspoorde gevoelens worstelen. Gemeenten die zowel homofiele gevoelens als praktijken onder de mantel der liefde aanvaarden, zullen deze hulp dan ook niet kunnen aanbieden, omdat er dan geen hulpvraag bestaat.
Over het ongehuwd samenwonen wordt in de Bijbel niet letterlijk gesproken. Wel vinden we voorbeelden van Maria en Jozef die voor hun huwelijk uitdrukkelijk niet samenwoonden en geen seksuele relatie hadden. De Bijbel leert ons het huwelijk in ere te houden en laat ons in de vele huwelijken die in de Bijbel beschreven worden, zien dat het samenwonen en de seksuele relatie pas een aanvang nemen vanaf de huwelijksluiting. Natuurlijk zien we in de Bijbel veel verschillende manieren waarop de huwelijksceremonie voltrokken werd. Bij Adam en Eva was het God Zelf die het huwelijk tussen hen beiden voltrok. Bij Isaäk en Rebecca ging het er weer heel anders aan toe, zo ook bij Jakob en Lea/Rachel. Toch was er bij ieder huwelijk steeds een duidelijk moment van huwelijkssluiting, waarbij het voor familie en vrienden vaststond dat man en vrouw door het huwelijk vanaf dat moment voor altijd aan elkaar verbonden waren. Een huwelijk is dan ook niet zo maar een beslissing om samen te gaan wonen of seksuele gemeenschap met elkaar te hebben. De Bijbel leert ons dat een huwelijk met een trouwbelofte begint, waarbij man en vrouw voor Gods aangezicht, in aanwezigheid van menselijke getuigen, elkaar trouw beloven voor de rest van hun leven. Zo wordt het huwelijk in ere gehouden, beschermd voor indringers en wordt de liefde niet vogelvrij verklaard!
Gemeenten die geen probleem zien in het ongehuwd samenwonen laten zich niet leiden door Gods Woord, maar door de oprukkende wereldse normen en waarden van de huidige samenleving.

ds. Theo Niemeijer