Vrijheid: doen wat je wilt?

Ad Kooijmans • 88 - 2012 • Uitgave: 5
Er is wellicht geen begrip dat in het menselijk denken meer is misvormd dan het begrip vrijheid (Galaten 5:13). De meest gangbare definitie in de wereld van vrijheid is dat je kunt doen wat je wilt. Het is juist deze valse definitie die velen in harde slavernij heeft gestort, hetzij door alcohol, drugs, seks of welke andere verslaving ook (2 Petrus 2:19). Dat leidt tot de conclusie dat deze definitie van de wereld een valstrik en een leugen is.

Christus, onze Here en Redder leert ons de waarheid die vrij maakt. Dat lezen we in Johannes 8:31-32 ‘Als gij in Mijn woord blijft, zijt gij waarlijk discipelen van Mij en gij zult de waarheid verstaan, en de waarheid zal u vrij maken.’ Een discipel is een persoon onder discipline. Dat gaat volkomen in tegen de definitie van de wereld over vrijheid. Christus laat ons zien dat de mens van nature leeft onder de leugen van de duivel en dat daarom zijn verlangens hem bedriegen (Efeziërs 4:22).
Niemand heeft ooit een duidelijker karakterisering van de duivel gegeven dan Jezus. Dat lezen we in Johannes 8:44 ‘Die was een mensenmoorder van den beginne en staat niet in de waarheid, want er is in hem geen waarheid. Wanneer hij leugen spreekt, spreekt hij naar zijn aard, want hij is een leugenaar en de vader der leugen.’ Zijn leugen is dat je zult zijn als God (Genesis 3:5). De implicatie daarvan is dat je God niet nodig hebt, onafhankelijk bent van Hem en dat je je eigen weg kunt kiezen. Die leugen heeft de mensheid van God gescheiden en alleen door de waarheid van Jezus kan die relatie hersteld worden. Hij zelf is de waarheid en daarom de weg naar God die ten leven leidt (Johannes 14:6).
Hij is de waarheid, omdat Hij de waarachtige weergave is van Gods scheppingsplan voor de mens. Het is die waarheid die vrij maakt. Het verwerpen van Jezus betekent blijven onder de leugen van de duivel met al de consequenties daarvan. Dat lezen we in 2 Korintiërs 4:3-4 ‘Indien dan nog ons evangelie bedekt is, is het bedekt bij hen, die verloren gaan, ongelovigen, wier overleggingen de god dezer eeuw (= de duivel) met blindheid heeft geslagen, zodat ze het schijnsel niet ontwaren van het evangelie van de heerlijkheid van Christus, die het beeld Gods is.’

Alles moet kunnen
De heerlijkheid van Christus is dus dat Hij het beeld Gods is, de waarachtige weergave van Gods scheppingsplan (Genesis 1:26). Het is de heerlijkheid die wij ontberen vanwege de zonde zoals we lezen in Romeinen 3:23 ‘Allen hebben gezondigd en derven de heerlijkheid Gods.’ Christus kwam om ons te bevrijden van de slavernij van de zonde (Matteüs 1:21) en ons terug te voeren naar de heerlijkheid van Gods scheppingsplan zoals we lezen in 2 Korintiërs 3:17-18 ‘De Here nu is de Geest; en waar de Geest des Heren is, is vrijheid. En wij allen, die met een aangezicht, waarop geen bedekking meer is, de heerlijkheid des Heren weerspiegelen, veranderen naar hetzelfde beeld van heerlijkheid tot heerlijkheid, immers door de Here, die Geest is.’
We komen zo tot de christelijke definitie van vrijheid: Vrijheid is de onbelemmerde ontwikkeling naar Gods scheppingsplan. Het is Gods voorziening in onze Here Jezus Christus (Johannes 8:36; Romeinen 8:20-21).
Als we Christus toebehoren, leert Hij ons het bedrog te doorzien en achter ons te laten (Efeziërs 4:20-21). Behalve de genoemde opvatting van de wereld zijn er ook nog andere benaderingen, die hetzelfde bedrog in zich dragen. Eén daarvan is de uitdrukking ‘alles moet kunnen’. Het bedrog is hetzelfde, namelijk door onafhankelijkheid van God. Jezus stelt daar tegenover: “Zonder Mijn Vader kan Ik niets doen” (Johannes 5:19,30). Dat is Zijn machtspositie, want daardoor heeft de duivel geen vat op Hem (Johannes 14:30). Het bedrieglijke motto ‘alles moet kunnen’ leidt tot morele ontaarding, omdat de waarheid van God vervangen wordt door de leugen (Romeinen 1:24-28). In dat gedeelte zien we dat het natuurlijke, dat is Gods scheppingsorde, vervangen wordt door het tegennatuurlijke. Het resultaat is dat de hele mens verwerpelijk wordt wat betreft zijn wil (vers 24), zijn emotie (vers 26) en zijn verstand (vers 28).

De zwaartekracht breken
Vrijheid heeft grenzen, want God schiep ons in de sfeer die Hij voor ons toebereidde. Een astronaut heeft op de maan hulpmiddelen nodig, omdat hij niet vrij kan ademen zoals op aarde. Een walvis is vrij in de wijdte van de oceaan, maar als hij de begrenzing overschrijdt en op het strand geworpen wordt, sterft hij. Zo is er ook alleen maar doodsverwachting voor hen die de vrijheid van de geestelijke sfeer, die God voor hen bereid heeft, ontvluchten.
Tenslotte wil ik nóg een vals vrijheidsbegrip noemen, namelijk de anarchie, dat is de wetteloosheid. God heeft ons Zijn wet gegeven, niet als een dwangbuis, zoals de satan ons wil doen geloven, maar als een leidraad om de vrijheid van Zijn scheppingsplan niet te verliezen. Het is met Zijn geestelijke wetten net zoals met Zijn natuurwetten.. Die kunnen we niet overtreden zonder ongelukken te krijgen. Als je van het dak springt, kun je de wet der zwaartekracht niet breken; je breekt je nek. Zo ook als je Gods morele wet terzijde stelt, dan moet je de onvermijdelijke gevolgen daarvan aanvaarden. Dat kan van alles zijn, maar in ieder geval betekent het leven onder de leugen van satan en die heeft zeker niet het goede met ons voor.
David zag er doorheen en kon zeggen: “Hoe lief heb ik Uw wet!” Jakobus spreekt van de wet der vrijheid (Jakobus 1:25). Die maakt ons immers vrij van de slavernij van de zonde (Romeinen 6:17-18). Jezus Christus is gekomen om ons die vrijheid te geven zoals we lezen in Johannes 8:36 ‘Wanneer de Zoon u vrijgemaakt heeft, zult gij werkelijk vrij zijn.’ Hij is de grote Overwinnaar die eens de hele schepping zal bevrijden tot de vrijheid van de heerlijkheid (= het beeld Gods) der kinderen Gods (Romeinen 8:21).

Ad Kooijmans