Vrouw, zie uw zoon,
Zoon, zie uw moeder
Moeizaam klimt ze de heuvel op, haar hoofd is gebogen, haar benen trillen, haar hart doet pijn. Dan is ze op die verschrikkelijke plek. Mensen joelen en schreeuwen naar de drie misdadigers die daar hangen aan een kruis. De middelste is haar Zoon. Hij hangt daar onschuldig. Als ze naar Hem kijkt, gaat er een zwaard door haar ziel. Ja, ze is de meest gezegende vrouw van alle vrouwen, maar ze lijdt zoals nog nooit een moeder heeft geleden.
Maria was nog jong toen de engel Gabriël haar een bijzondere boodschap kwam brengen. Hij zei: “Wees gegroet gij begenadigde! Gij zijt gezegend onder de vrouwen. Gij zult zwanger worden en een zoon baren en gij zult Hem de naam Jezus geven.” Toen het kind veertig dagen oud was, gingen ze naar de tempel om hun Zoontje aan de Here voor te stellen. De priester legde zijn hand op hun baby om Hem te zegenen, maar hij had helemaal niet door dat dit Kind de Messias was. Niemand wist dat, of toch? Daar kwam, door de Heilige Geest geleid, een oude man de tempel binnen. Ook hij nam het kind in zijn armen. Hij wist wèl wie hun Kind was! Zijn ogen straalden en zijn stem trilde van ontroering toen hij profeteerde: “Here, het wachten is voorbij! Nu ben ik gerust. U hebt uw woord gehouden. Met eigen ogen heb ik de Redder gezien, die U aan de wereld gaat geven. Hij is een licht voor de volken; de roem en eer voor Uw volk Israël. Maar er zal een zwaard door uw ziel gaan. Want velen in Israël zullen zich aan dit Kind ergeren, tot hun eigen ongeluk. Maar vele anderen zal Hij de grootste vreugde geven.”
Hoe ziet een zegenrijk leven er eigenlijk uit? Houdt het voorspoed in? De afwezigheid van problemen? Goede gezondheid? Rijkdom? Er zijn mensen die dit allemaal beloven aan de volgelingen van de Here Jezus. Niets is minder waar. We kunnen niet om lijden heen. We leven in een abnormale wereld waarin lijden normaal is. Maar het geweldige is, dat God lijden gebruikt voor Zijn doel!
Uit het moeilijke kan Hij het mooie te voorschijn te roepen!
De moeder van de Heer staat als aan de grond genageld. Ze ziet het verschrikkelijke lijden van haar Zoon, hoe Hij diep vernederd en mishandeld wordt. Zijn pijn is haar pijn. Zijn wonden doen haar hart bloeden. De profetie van Simeon wordt ten volle waarheid: er gaat een zwaard door haar ziel.
Het is bewonderenswaardig dat deze moeder het allemaal kan doorstaan. Op Johannes na zijn alle discipelen gevlucht. Maar zij blijft tot het bittere einde. Plotsklaps klinkt er de stem van de Here Jezus, een rilling trekt door Maria heen. Haar Zoon richt zich regelrecht tot haar en ook tot Johannes. Hij kijkt hen aan en zegt: “Vrouw, zie uw zoon en zoon, zie uw moeder.”
De Here Jezus gaat niet zo op in Zijn pijn en strijd dat Hij geen oog meer heeft voor anderen. Eerst had Hij Zijn blik omhoog gericht en bad tot Zijn Vader: “Vader, vergeef het hun, want ze weten niet wat ze doen.” Nu kijkt Hij naar beneden en bekommert Zich om Maria, die weduwe was. Hij vraagt Zijn lievelingsleerling om voor Zijn moeder te zorgen. Jezus heeft geen bezittingen, geen geld of goud, geen huis of land om aan haar achter te laten, maar Hij betoont Zijn moeder midden in Zijn doodstrijd, Zijn tere zorg.
Het is een welgevallen voor God als we hierin de Here Jezus volgen! (1 Timoteüs 5:4,8)
Johannes neemt Maria in zijn huis. De geschiedenis vertelt dat hij voor haar heeft gezorgd tot het einde van haar leven.
Ook het leven van Johannes liep niet over rozen. Aan het eind van zijn leven wordt hij naar het kleine eiland Patmos verbannen. Wat moet dat moeilijk voor hem zijn geweest. Maar juist dáár in die donkere tijd, is de Here aan Hem verschenen en ontving hij de indrukwekkende Openbaring van Jezus Christus!
Een gezegend en vruchtbaar leven is niet hetzelfde als een gemakkelijk en voorspoedig leven. Dat zien we in het leven van Maria en Johannes, maar bovenal in het leven van de Here Jezus.
Johannes 12:24 zegt: ‘Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, indien de graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft zij op zichzelf; maar indien zij sterft, brengt zij veel vrucht voort.’
De Here Jezus lag in het graf als zaad in de aarde. Maar zoals zaad weer opkomt, fris en groen en bloeiend en zich vermenigvuldigt, zó heeft een stervende Christus, ontelbare levende christenen voortgebracht. Halleluja!
Els ter Welle
Moeizaam klimt ze de heuvel op, haar hoofd is gebogen, haar benen trillen, haar hart doet pijn. Dan is ze op die verschrikkelijke plek. Mensen joelen en schreeuwen naar de drie misdadigers die daar hangen aan een kruis. De middelste is haar Zoon. Hij hangt daar onschuldig. Als ze naar Hem kijkt, gaat er een zwaard door haar ziel. Ja, ze is de meest gezegende vrouw van alle vrouwen, maar ze lijdt zoals nog nooit een moeder heeft geleden.
Maria was nog jong toen de engel Gabriël haar een bijzondere boodschap kwam brengen. Hij zei: “Wees gegroet gij begenadigde! Gij zijt gezegend onder de vrouwen. Gij zult zwanger worden en een zoon baren en gij zult Hem de naam Jezus geven.” Toen het kind veertig dagen oud was, gingen ze naar de tempel om hun Zoontje aan de Here voor te stellen. De priester legde zijn hand op hun baby om Hem te zegenen, maar hij had helemaal niet door dat dit Kind de Messias was. Niemand wist dat, of toch? Daar kwam, door de Heilige Geest geleid, een oude man de tempel binnen. Ook hij nam het kind in zijn armen. Hij wist wèl wie hun Kind was! Zijn ogen straalden en zijn stem trilde van ontroering toen hij profeteerde: “Here, het wachten is voorbij! Nu ben ik gerust. U hebt uw woord gehouden. Met eigen ogen heb ik de Redder gezien, die U aan de wereld gaat geven. Hij is een licht voor de volken; de roem en eer voor Uw volk Israël. Maar er zal een zwaard door uw ziel gaan. Want velen in Israël zullen zich aan dit Kind ergeren, tot hun eigen ongeluk. Maar vele anderen zal Hij de grootste vreugde geven.”
Hoe ziet een zegenrijk leven er eigenlijk uit? Houdt het voorspoed in? De afwezigheid van problemen? Goede gezondheid? Rijkdom? Er zijn mensen die dit allemaal beloven aan de volgelingen van de Here Jezus. Niets is minder waar. We kunnen niet om lijden heen. We leven in een abnormale wereld waarin lijden normaal is. Maar het geweldige is, dat God lijden gebruikt voor Zijn doel!
Uit het moeilijke kan Hij het mooie te voorschijn te roepen!
De moeder van de Heer staat als aan de grond genageld. Ze ziet het verschrikkelijke lijden van haar Zoon, hoe Hij diep vernederd en mishandeld wordt. Zijn pijn is haar pijn. Zijn wonden doen haar hart bloeden. De profetie van Simeon wordt ten volle waarheid: er gaat een zwaard door haar ziel.
Het is bewonderenswaardig dat deze moeder het allemaal kan doorstaan. Op Johannes na zijn alle discipelen gevlucht. Maar zij blijft tot het bittere einde. Plotsklaps klinkt er de stem van de Here Jezus, een rilling trekt door Maria heen. Haar Zoon richt zich regelrecht tot haar en ook tot Johannes. Hij kijkt hen aan en zegt: “Vrouw, zie uw zoon en zoon, zie uw moeder.”
De Here Jezus gaat niet zo op in Zijn pijn en strijd dat Hij geen oog meer heeft voor anderen. Eerst had Hij Zijn blik omhoog gericht en bad tot Zijn Vader: “Vader, vergeef het hun, want ze weten niet wat ze doen.” Nu kijkt Hij naar beneden en bekommert Zich om Maria, die weduwe was. Hij vraagt Zijn lievelingsleerling om voor Zijn moeder te zorgen. Jezus heeft geen bezittingen, geen geld of goud, geen huis of land om aan haar achter te laten, maar Hij betoont Zijn moeder midden in Zijn doodstrijd, Zijn tere zorg.
Het is een welgevallen voor God als we hierin de Here Jezus volgen! (1 Timoteüs 5:4,8)
Johannes neemt Maria in zijn huis. De geschiedenis vertelt dat hij voor haar heeft gezorgd tot het einde van haar leven.
Ook het leven van Johannes liep niet over rozen. Aan het eind van zijn leven wordt hij naar het kleine eiland Patmos verbannen. Wat moet dat moeilijk voor hem zijn geweest. Maar juist dáár in die donkere tijd, is de Here aan Hem verschenen en ontving hij de indrukwekkende Openbaring van Jezus Christus!
Een gezegend en vruchtbaar leven is niet hetzelfde als een gemakkelijk en voorspoedig leven. Dat zien we in het leven van Maria en Johannes, maar bovenal in het leven van de Here Jezus.
Johannes 12:24 zegt: ‘Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, indien de graankorrel niet in de aarde valt en sterft, blijft zij op zichzelf; maar indien zij sterft, brengt zij veel vrucht voort.’
De Here Jezus lag in het graf als zaad in de aarde. Maar zoals zaad weer opkomt, fris en groen en bloeiend en zich vermenigvuldigt, zó heeft een stervende Christus, ontelbare levende christenen voortgebracht. Halleluja!
Els ter Welle