Wijs wandelen in de wereld - jrg. 79-18

Els ter Welle • 79 - 2003/04 • Uitgave: 18
Spreuken 20

'Ga met ons loeren op bloed, laat ons de onschuldige belagen, ook al geeft hij geen oorzaak; laat ons hen levend verslinden, met huid en haar.' Spreuken 1:11,12.
Gruwelijke teksten. Het kwade in deze wereld is heel reëel. En het lijden van de onschuldige rechtvaardige heel groot. Want zij zijn, net als in deze verzen het doelwit. Dat was zo, dat is zo en dat zal zo zijn tot de grote dag waarop God zal zeggen: 'Stop, nu is het genoeg'.

Alle apostelen vonden de martelaarsdood. Zij werden gekruisigd, verbannen, levend gevild, onthoofd, door paarden uiteengetrokken en door het zwaard gedood. Oppervlakkig bekeken lijkt het of het kwade wint. Maar dat is schijn. Tijdens de culturele revolutie werd onder het bewind van Mao ongelooflijk veel onschuldig bloed vergoten van onnoemelijk veel christenen. (en het gaat nog steeds door) Maar.....
het bloed van de martelaren werd het zaad der kerk! Vóór Mao aan de macht kwam, waren er in China een half miljoen christenen. Maar door de vervolging vermenigvuldigde zich het aantal naar tachtig tot honderd miljoen christenen vandaag de dag!*
Hetzelfde gebeurt in Soedan, waar enorme christenvervolging is. Bisschop Von Torit vertelt in een Duits familieblad ** dat alleen al in één week 5000 mensen tot geloof kwamen. Volgens hem groeit de kerk nergens zo snel als in zijn land. Ook daar is de vervolging, het zaad voor een geweldige opwekking. De bekende christen-filosoof Francis Schaeffer zei het zo: "We leven in een abnormale wereld waarin lijden normaal is, maar waarin God lijden gebruikt voor Zijn doel".
Voor mensen als Mao, maar ook zij die hetzelfde doen in het klein en minder zichtbaar, geldt: "Zij loeren op hun eigen bloed en leggen een hinderlaag voor hun eigen leven" (Spr. 1:18). Met andere woorden: Hun aanslag op de rechtvaardigen daalt op henzelf neer. De duivel trekt uiteindelijk altijd aan het kortste eind, nu en in de eeuwigheid.

Els ter Welle

* Thuiskomst, Randy Alcorn, blz. 363
** 'Family' 2/02, blz. 70.