Zacharia: Pastoraal, Praktisch en Profetisch (1)

Dato Steenhuis • 81 - 2005/06 • Uitgave: 1
Zacharia: Pastoraal, Praktisch en Profetisch



Zacharia heeft samen met Haggaï geprofeteerd en gediend, toen een klein deel van Israël terug keerde vanuit de ballingschap te Babel. Het aanvankelijke enthousiasme was weg geslonken door tegenstand en ontmoediging. De tempel mocht weer worden gebouwd, maar de omgeving was tegen en spande een proces aan. U vindt dit in Ezra 5 en Haggaï. Bovendien is er een tegenstander die zegt: jij ? Moet jij dat gaan doen? Weet je wel hoeveel er bij jou niet goed is?




In Hoofdstuk 3 van Zacharia laat de profeet zien aan een van de voormannen van toen, de hogepriester Jozua, hoe hij aangevallen wordt door de tegenstander en hoe hij er feitelijk voor staat. Dat is buitengewoon pastoraal, heel erg praktisch en duidelijk profetisch. Het beeld uit Zach. 3 is heel vaak gebruikt om iemand duidelijk te maken vooral te kijken naar wat de hemel ziet en niet allen te zien op wat er bij onszelf te zien is. Jozua, de hogepriester was inderdaad bekleed met vuile kleden. Het was geen loos verhaal van de satan, het was waar. Een lied zegt: als de satan mij wijst op mijn schuld, zeg ik: ja, maar.. het is genageld aan het kruis. Zodra wij iets willen doen voor de Heer, begint de duivel te ontmoedigen. Mensen om ons heen, tegenkantig, maar ook ontmoediging van binnenuit. Zijn wij dan brandschoon? Neen!



Als er op een dergelijk moment een profeet van God binnen komt met een woord van God, dan ben je te feliciteren. Een pastoraal woord en een praktische toepassing. Duidelijk wordt dat er in de hemel iets anders gebeurt. Daar is de aanklager, die dag en nacht aanklaagt. Maar daar is ook onze Heer, die andere dingen zegt. Een brandhout uit het vuur gerukt, statiegewaad, doet uit hem die vuile kleren. Dat is de Heer die ons ziet in het volbrachte werk van Golgotha. En zo staat Jozua daar, brandschoon, helemaal in het nieuw met een nieuwe opdracht. Bouwen; aan de slag! Toen was het een pastorale bemoediging voor dat overblijfsel. Nu is het een praktische toepassing en eveneens een bemoediging.



Maar het is ook een profetisch vergezicht. In Jozua, die als Hogepriester het hele volk op zijn hart en schouders droeg, zien wij geheel Israël. Bekleed met vuile kleren en de satan doet zijn uiterste best om het aan te klagen. Hij wil duidelijk maken hoe erg het met dat volk is gesteld en wat ze allemaal gedaan hebben. Hij scoort op punten. Maar er is ook iemand anders. De Heer Jezus spreekt ! Dit is die profetische zegen voor Israël. Alle vuiligheid wordt uitgedaan. Statiegewaad wordt aangetrokken en een reine tulband op het hoofd met een nieuwe opdracht. Dat is Israël in de toekomst. In dit stukje is sprake van een Spruit, die Knecht is. Dat is een duiding van onze Heer en Heiland, maar het duidt ook op Israël die de knecht, de Spruit, van God zal zijn. Zullen we toch nog eens gaan kijken naar dit bijzondere bijbelboek in het oude testament? Gods genade en zegen komen uit, in de terugkeer, maar ook de begeleiding na die terugkeer. Voor mensen toen pastoraal, bemoedigend. Voor ons praktisch en voor Israël profetisch.

Zegen bij het lezen.



Dato Steenhuis