Image

Worsteling met gender-gevoelens gaat meestal vanzelf over

Artikel
13 april 2024

In een simpelere tijd, toen de transgender-ideologie nog niet alomtegenwoordig was en chirurgische ingrepen op dat vlak nog niet mogelijk waren, bleek uit onderzoek naar personen met gender-dysforie dat meer dan 85% van hen op volwassen leeftijd vrede vonden met hun biologisch geslacht. Een deel groeide op tot homoseksuele volwassenen, een ander deel trouwde en stichtte een gezin.* Nu is er een Nederlands (!) onderzoek dat in onze tijd van de 21e eeuw, eenzelfde resultaat laat zien.

In onze ideologisch gedreven tijden mogen dit soort resultaten van onderzoek er eigenlijk niet meer zijn, maar ja... de feiten spreken voor zich ook al hoor je ze, vanwege de dominante ideologie, nergens over tafel komen.
Het belangrijkste onderzoeksresultaat? Het onderzoek onderzocht een populatie 2772 personen naar de beleving van hun geslacht. In deze onderzoekspopulatie was 11% ontevreden met zijn biologisch geslacht in de vroege puberteit, terwijl dat was teruggelopen naar 4% in jong-volwassen periode (onderzocht op 26-jarige leeftijd). Ontevreden zijn over je geslacht is daarbij een bredere categorie dan het psychiatrische ziektebeeld gender-dysforie, maar uiteindelijk gaat het over hetzelfde: ben ik tevreden met wat mij biologisch gegeven is? Opvallend daarbij is dat deze dalende lijn parallel loopt aan de leeftijd: in zes leeftijdsfasen van onderzoek was een steeds verder neergaande lijn te ontdekken. Het onderzoek hield op bij 26 jaar oud, maar het zou dus kunnen dat dit nog verder zakt in de jaren daarna.
Een ander opvallend resultaat: mensen die worstelen met hun geslacht zijn vaker biologische vrouwen en hebben over het algemeen een lager zelfbeeld, meer emotionele problemen en slechtere mentale gezondheid. Of het een uit het ander voortkomt of andersom is niet onderzocht.

Het bijzondere van dit onderzoek ten opzichte van ouder onderzoek uit de twintigste eeuw, is dat dit onderzoek zowel biologische mannen als vrouwen heeft onderzocht (respectievelijk aantallen: 53 en 47%). In oudere onderzoeken is de populatie vrijwel uitsluitend mannelijk. Ook is het waardevol dat dit onderzoek is uitgevoerd in een maatschappelijk en cultureel heel andere landschap dan in de twintigste eeuw. En toch blijken de resultaten niet fundamenteel anders te zijn. Het lijkt erop dat in de meeste gevallen de worsteling met gender en geslacht een fase is in de ontwikkeling. Dat stelt daarmee ook vragen aan onze protocollen rondom behandeling. De gangbare methode bij genderverwarring die wereldwijd wordt toegepast en zelfs bekend staat als de Dutch Method, zorgt immers potentieel voor onherstelbare en onomkeerbare schade aan lichamen van jonge en deels ook minderjarigen mensen (hierover schreven we al eerder artikelen, zie onder).

Het is tekenend voor onze tijd dat een onderzoek als dit verdwijnt in de la en voor de gemiddelde Nederlander, Europeaan of westerling, niet eenvoudig te vinden is. Alles wat onwelgevallig is voor het dominante verhaal in onze maatschappijen, moet het zwijgen worden opgelegd. Het liefst door het te negeren en er geen podium aan te geven, maar als het moet ook met (verbale) agressie, wetgeving en intimidatie.  

*Zie bijvoorbeeld het boek 'Trans' van Helen Joyce